/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Opinie
/Cultuur
/Studentenleven
/Achtergrond
/English page
/Onderzoek
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Ranzigt
/Colofon
/Faculteits Berichten
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/TUE
/Zoeken:
/ Cursor nummer 1 nummer 4

Jaargang 44, 13 december 2001


Opinie

Untitled Document

En ik vind...

Het menselijk aspect

Vorige week werd in Cursor in de artikelen-reeks over de gevolgen van de AVA-operatie de Dienst Algemene Zaken (DAZ) behandeld.Door tijdgebrek was dr.ir. Karin Overdijk, hoofd van de afdeling Vastgoed TU/e (ook vallend onder DAZ), niet in staat direct een reactie te geven over het verloop en de uitwerking van AVA op haar afdeling. Voor de volledigheid volgt hieronder alsnog haar visie op deze operatie.

Dat het verlaten van de scheiding tussen staf- en servicetaken en het inrichten van functionele kolommen gevolgen heeft voor de diensten die met huisvestingszaken te maken hebben, begrijp ik. Maar -met alle respect voor structuren- voor mij gaat het om de personen in een organisatie en om hun kwaliteiten. Samen kun je iets bereiken door onderlinge betrokkenheid, verantwoordelijkheid en vertrouwen. Bij de AVA-operatie heb ik vooral het menselijk aspect gemist. Vóór AVA moest ik met een te beperkte groep te veel werk verzetten. Na AVA is die situatie eigenlijk niet veranderd, ondanks dat er geschoven is met taken en personen: de werkdruk is even hoog. Wat er aan onduidelijkheid en frustratie bijgekomen is, wordt nauwelijks gecompenseerd door een betere samenwerking met de voormalige BTD, of door beter gestroomlijnde processen. Begin van het jaar heb ik bepaalde afspraken gemaakt met het College van Bestuur. Hoe daaraan vastgehouden wordt, is mij onbekend. Ondertussen blijven de diensten Huisvesting en Vastgoed voortdurend in gesprek over het inrichten van huisvestingsprocessen.

Dr.ir. Karin Overdijk,
hoofd Vastgoed TU/e

Pleidooi voor de praktijk

Met de invoering van de BaMa-structuur wordt de (verplichte) stage als onderdeel van de opleiding ter discussie gesteld. De plaats die het opdoen van praktijkervaring in de opleidingen krijgt en de vorm waarin dat gebeurt, kunnen ongetwijfeld beter. Het opdoen van praktijkervaring volledig uit (het verplichte deel van) curricula houden, lijkt me echter een slechte ontwikkeling.
Een praktijkperiode laat studenten hun studie in een ander perspectief plaatsen. Dat is zeker zo bij buitenlandse stages. Stagiairs kunnen in de praktijk toetsen wat ze 'waard zijn' en waar de sterke en zwakke punten van zichzelf en van hun opleiding liggen. Dat kan de universiteit scherp houden. Stages bevorderen een wisselwerking tussen universiteit en maatschappij. De universiteit blijft beter op de hoogte van wat er in de praktijk speelt en bedrijven en andere organisaties krijgen een beter beeld van wat er op de universiteit gebeurt.
Daarnaast biedt een stage studenten de mogelijkheid om hun studie meer persoonlijk te maken, te verbijzonderen. Studenten kunnen zich ermee 'profileren'.
Wetenschappelijke theorievorming hoort centraal te staan op een universiteit. Dat is niet in strijd met het opdoen van praktijkervaring. Wisselwerking met de praktijk leidt tot betere wetenschappelijke theorievorming met meer maatschappelijke betrokkenheid.

Michiel van der Velden, stagiair

Vervoersonderzoek

Vorige week werd via een e-mailbericht de oproep gedaan mee te werken aan een vervoersonderzoek. Op het webadres www.virgil.bwk.tue.nl zou alle informatie voor deelname te vinden zijn. Verzocht werd nog de instructies eerst rustig door te lezen.

Waarom moet dit onderzoek weer zo klunzig worden opgezet? Ik was volledig bereid om mee te werken, maar heb er bij nader inzien vanaf gezien. De reden: er is niet voldoende nagedacht over hoe en wanneer de geënquêteerden moeten worden benaderd. En dat zal het resultaat van het onderzoek ongetwijfeld ongunstig beïnvloeden, waardoor de verzamelde gegevens onbetrouwbaar zullen zijn.
Wat zijn mijn klachten?
Het begint al met dat 'klikken' hierboven. In mijn browser viel er niets te klikken, omdat de URL niet volledig was. Verder wordt er kennelijk van uitgegaan dat iedereen zijn werk doet op een windows-pc. Dat is wat mij betreft niet het geval. En dat zal voor meer mensen gelden. Maar goed, ik heb wel een windows-machine ter beschikking. Dus daarop het programmaatje geïnstalleerd. Het zou voor de leken onder ons handig zijn geweest als er een shortcut op het bureaublad zou zijn verschenen, maar vooruit, ik kon uit de voeten met de situatie zoals die door het installatieprogramma werd gecreëerd. Maar niet met de vragenlijst. Op zichzelf is het natuurlijk verstandig om het bevestigen van een antwoord pas mogelijk te maken nadat een geënquêteerde een antwoord heeft gegeven. Maar niet als dat antwoord al volledig is voorgegeven. Ik moest eerst iets veranderen en dat vervolgens weer terug veranderen voordat ik de vraag omtrent mijn werktijden kon bevestigen. Vervolgens ging de vragenlijst zonder waarschuwing en zonder onderbreking over in vragen over de dag waarop ik mijn dagboekje zou moeten bijhouden. Omdat die dag in de toekomst ligt, kan ik die vragen (nog) niet beantwoorden. Maar er werd mij geen enkele mogelijkheid geboden om uit de vragenlijst te ontsnappen. Gelukkig ben ik niet een erg naïeve computergebruiker dus ik slaagde daar uiteindelijk wel in. Maar als ik aan jullie verzoek wil voldoen, zal ik de hele kermis te zijner tijd weer moeten opstarten en alle vragen opnieuw moeten beantwoorden. Jullie nemen me het hopelijk niet kwalijk als ik daarvoor bedank.
En zo worden weer allerlei goede bedoelingen gesmoord in een ondoordachte uitvoering. Hebben jullie dat programmaatje überhaupt getest met behulp van een aantal proefpersonen?

Pim Lemmens, faculteit Wiskunde en Informatica

Doek valt voor De Mensa

Na de ontdekking van een enorme blunder van 7,4 miljoen gulden is het volgens het CvB nu tijd voor een 'strak beleid'. Onderdeel van dit beleid is het opheffen van De Mensa. Nu zat dat er schijnbaar al langer aan te komen, maar het uiteindelijke besluit komt toch ietwat onverwacht. In Cursor 12 wordt een aantal argumenten gegeven, schijnbaar vooral gebaseerd op het zo duur en zo impopulair mogelijk laten lijken van De Mensa.
Het dagelijks aantal bezoekers is afgenomen van zo'n duizend een onbekend aantal jaren geleden tot 250 nu. Dat is een flinke afname, maar niet zo verwonderlijk gezien het feit dat de prijzen een paar jaar geleden verhoogd werden tot die van menig eetcafé. Wel gingen het eten en het assortiment er aanzienlijk op vooruit. Ik kom er in ieder geval nog regelmatig.
Volgens de recentste satisfactiepeiling is de teveredenheid van de bezoekers van De Mensa afgenomen. Hoe relevant is die informatie? Is de tevredenheid onvoldoende en, zo ja, is dit reden om de boel dan maar op te heffen? Ik kan me niet voorstellen dat de tevredenheid van de gemiddeld 250 mensen die er nu per dag eten, zal toenemen, maar daar zal in de volgende satisfactiepeiling waarschijnlijk niet naar worden gevraagd.
Het laatste en natuurlijk belangrijkste argument is dat De Mensa relatief veel geld kost voor een voorziening waar relatief weinig mensen gebruik van maken. Welke toekomst zou de University Club hebben wanneer daar op dezelfde manier tegenaan zou worden gekeken? Volgens secretaris Roumen wordt De Mensa voor bijna honderd procent gesubsideerd door de TU/e, wat bij mij de vraag oproept waarom ik er dan nog een tientje moet neertellen voor mijn warme hap. Gelukkig wordt in de volgende zin duidelijk hoe de vork in de steel zit. Voor bijna honderd procent door de TU/e gesubsidieerd betekent schijnbaar dat bijna honderd procent van de subsidie voor De Mensa van de TU/e afkomstig is. Een subtiel verschil met wat er lijkt te staan. Wanneer ik acht gulden betaal voor een maaltijd, kost het bereiden zestien gulden. De TU/e betaalt het verschil en daarmee dus ongeveer vijftig procent van de inkomsten van De Mensa, die dus voor ongeveer vijftig procent door de TU/e wordt gesubsidieerd. Dat klinkt wel even een stukje goedkoper.
De Mensa is een geschikte gelegenheid voor studenten en medewerkers om na een lange dag snel en gemakkelijk een fatsoenlijke en redelijk betaalbare warme maaltijd te eten. Een redelijk alternatief voor De Mensa wordt niet geboden in de plannen. Niets ten nadele van de snackmenu's van Sodexho, maar een kop soep en een warme snack in de kantine van het Auditorium is geen complete maaltijd. Het experiment om de kantine tot maar liefst half zes open te houden, lijkt mij bij voorbaat mislukt.
Het ontbreken van een goed alternatief voor deze voorziening en het feit dat niemand toen het sluitingsplan bekend werd enig idee had wat er zou gebeuren met het personeel en de ruimte geeft aan dat de beslissing De Mensa te sluiten geen onderdeel is van een 'strak beleid', maar van een botte-bijl methode.

Ralph Savelsberg, faculteit Technische Natuurkunde

Untitled Document

Stofzuiger

Toptalent
Aanstormend toptalent heeft niet de tijd
om zich op enig vak te
concentreren.
Dat hóeft ook niet. Hun bedje is gespreid.
Met kennis kun je je niet
profileren.
Hun schitterend talent zie je van verre.
Ze werken nú reeds aan hun
carrière.

Ze spreken uiterst zelden een docent.
Men ziet ze nooit in de
collegezalen.
De theorie of het experiment,
daar valt voor hen geen eer aan te behalen.
Hooguit een zesje voor het
onderzoek.
Ze kijken vrijwel nimmer in een boek.

Al zijn ze dan niet altijd bij de les,
ze moeten op een ander slagveld zwoegen.
Ten bate van hun aanstaande
succes
tasten zij grenzen af, bezoeken kroegen,
en ze verwerven zich met veel
plezier
een functie bij 's-lands grootste kruidenier.

Zo'n werkkring is zelfs
internationaal.
Een toppositie om te watertanden.
Men spreekt waarachtig reeds één vreemde taal
en voelt zich thuis in vrijwel alle landen.
Dan komt het einde, tot ons groot verdriet.
De kruidenier gaat plotseling
failliet.

Maar lang voordat dit oordeel wordt geveld
zijn zij gestegen tot de hoogste
rangen.
Ze zitten bovenmatig goed in
't geld
en zijn volstrekt niet voor één gat te vangen.
Want reken maar. Hun bedje is gespreid:
bestuurslid van een universiteit....
Untitled Document

Ach en Wee













Website Cursor