Untitled Document
Instemming Instellingsplan lijkt nabij
Het Instellingsplan, dat al maanden onderwerp van discussie
is tussen het College van Bestuur en de universiteitsraad, lijkt
binnenkort toch zijn beslag te krijgen. Tijdens de maandag gehouden
U-raadsvergadering was de stemming over de lange termijnplannen
gematigd positief. Waarschijnlijk komt het Instellingsplan in
april in de U-raad voor
instemming.
Collegevoorzitter dr.ir. Henk de Wilt zei aan het begin van
de vergadering dat hij niet de verwachting had dat er die dag
een finale besluitvorming zou komen over het document. Aan het
eind van de U-raad vroeg hij of de raad het in principe eens kon
zijn met het voorliggende plan. "Ik wil graag een stemmingsbeeld
hebben. Ik heb het gevoel dat er een mate van consensus komt."
Loes Mutsaers, lid van de personeelsfractie binnen de U-raad,
zei dat een mening vormen over een dergelijk langlopend en veelbesproken
onderwerp niet gemakkelijk is voor de nieuwe leden in de raad.
"Ik heb nog veel vragen over dit onderwerp die ik wellicht
uit eerdere stukken kan halen." Cor Naninck zei eerst de
financiële kaders te willen weten. De Wilt was het hier niet
mee eens: "De keuzes die je maakt in het Instellingsplan,
zoals bachelor-master of Europa in willen als universiteit, hangen
niet af van financiën. Je draait het om. Je moet eerst iets
willen en dan kijken of het kan en hoe snel dat kan".
Portfolio
De Raad van Toezicht heeft enkele aanvullingen gegeven op het
Instellingsplan. Zo ligt er de vraag of het netwerk met andere
universiteiten beperkt moet blijven tot technische universiteiten
in Nederland. Ook zou er, samen met andere universiteiten, gekeken
kunnen worden naar het portfolio aan opleidingen. Moet je eenzelfde
opleiding aanbieden of het concentreren bij één
onderwijsinstelling? Ook zou moeten worden gekeken naar de gewenste
omvang van faculteiten. Bij vijfhonderd studenten is een faculteit
dragend. Maar wat moet er gebeuren als dat niet zo is, vraagt
de RvT zich af. Van die faculteiten zouden
researchinstellingen gemaakt kunnen worden die leven van de tweede
en derde geldstroom.
Over deze en nog andere vragen buigt de U-raad zich in maart.
In april komt het stuk opnieuw aan bod, dan voor instemming van
de U-raad. Op dat moment moet ook duidelijk zijn hoe het met de
financiën en de begroting staat./.