In memoriam

Na een ziekbed van zes weken is op 8 maart 2007 prof.dr. M. Groen overleden in de leeftijd van 73 jaar. Marten Groen, geboren op 16 maart 1933 in het Friese Oldeboorn, studeert psychologie aan de Universiteit van Amsterdam, waar hij in 1967 promoveert op een proefschrift ‘De voorspelbaarheid van schoolcarrières in het voortgezet onderwijs’; promotor is de befaamde prof.dr. A.D. de Groot. Het onderwerp van Groens dissertatie is ook vandaag nog actueel, gelet bijvoorbeeld op de discussies over de voorspellende waarde van Cito-toetsen. In 1970 wordt hij benoemd tot lector in de toenmalige onderafdeling der Filosofie en Maatschappijwetenschappen van de THE, met als leeropdracht pedagogiek, pubertijdspsychologie en algemene didactiek. Naast dat ambt vervult Groen tal van andere functies; zo is hij bijna tien jaar voorzitter van de Eindhovense Onderwijsraad en lid van het bestuur van het Netherlands Institute for Advanced Studies. Van zijn publicaties noem ik de trilogie ‘Het wetenschappelijk onderwijs in Nederland van 1815 tot 1980’, een indrukwekkende studie. In 1990 gaat Groen vervroegd met emeritaat. Hij blijft gepassioneerd bezig met lezen, studeren en schrijven. Als amateur-historicus is hij vooral geïnteresseerd in de geschiedenis van het Nabije Oosten. Hij brengt daarover een negental rapporten uit: ‘Palestina: een overzicht van de oude steentijd tot het Britse mandaat’. De studie, kenmerkend voor hem, is gebaseerd op gedegen literatuuronderzoek. Zijn stijl is zakelijk; hij schrijft geen ‘geparfumeerde geschiedenis’, om een woord van de grote historicus Johan Huizinga aan te halen. Leidraad bij al zijn onderzoek is het laatste bevel dat de Boeddha aan zijn volgelingen gaf: ‘Geloof niets op horen-zeggen, geloof niet in tradities omdat zij oud zijn, geloof niets uitsluitend op mijn gezag of op dat van iedere andere leraar’. Groens leven stond in het teken van studie en wetenschap en vond daarin zijn bestemming. Wij nemen met weemoed afscheid van hem en wensen zijn vrouw Henny sterkte toe en alle goeds voor de toekomst.

Frans Schurer, emeritus hoogleraar Wiskunde