* Regeling vergoeding verhuiskosten, kosten woon-/werkverkeer en pension- kosten TUE 1997 (niet van toepassing op student-assistenten)
Verhuiskosten
In tegenstelling tot de oude regeling kent de nieuwe regeling in principe geen verhuisplicht tenzij deze in dienstbelang expliciet en schriftelijk wordt opgelegd. Recht op een verhuiskostenvergoeding heeft een verhuisplichtige die binnen een jaar (eventueel te verlengen met maximaal een jaar) na aanstelling verhuist naar een woonplaats binnen een cirkel met een straal van 30 km van de TUE. Overige personeelsleden die wonen buiten een cirkel met een straal van 30 km van de TUE en die verhuizen binnen twee jaar (vaste aansteling) of een jaar (tijdelijke aanstelling van tenminste twee jaar) na aanstelling naar een woonplaats binnen een cirkel met een straal van 30 km hebben ook recht op een verhuiskostenvergoeding. De verhuizing moet in dit laatste geval echter leiden tot een reductie van de enkele reisafstand van de woning tot de TUE met tenminste 10 km. Bij het bepalen van het aantal kilometers zal gebruik worden gemaakt van het postcodesysteem ANDTRIP.
De verhuiskostenvergoeding bestaat uit een tegemoetkoming in de transport- en herinrichtingskosten en be-draagt de werkelijk gemaakte kosten met een maximum van fl. 10.000,-; voor assistenten in opleiding maximaal fl. 5.000,-. De verhuiskostenvergoeding dient binnen twee maanden na verhuizing te worden aangevraagd bij DPO onder overlegging van desbetreffende rekeningen. Een verhuiskostenvergoeding wordt slechts éénmaal verleend.
Verder bevat de regeling voor bepaal-de gevallen een terugbetalingsregeling voor door de TUE betaalde verhuiskosten.
Kosten woon-/werkverkeer
Personeelsleden die op een enkele-reisafstand van meer dan 10 km van de TUE wonen hebben recht op een reiskostenvergoeding. Voor de bepaling van de reisafstand wordt gebruik gemaakt van het postcode-systeem ANDTRIP. Voor de bepaling van de hoogte van de vergoeding wordt de NS-kilometer-tarievenlijst voor jaartrajectkaarten, tweede klasse, gehanteerd.
Aan personeelsleden die recht hebben op een vergoeding van de kosten van woon-/werkverkeer wordt een vergoeding verleend van 50% van genoemde tarieven. Indien zij aantoonbaar van openbaar vervoer gebruik maken, ontvangen zij een extra vergoeding van 25% van genoemde tarieven. De vergoeding wordt toegekend over maximaal 30 km.
Alleen personeelsleden in tijdelijke dienst die wonen op een enkele reisafstand van meer dan 30 km, ontvangen gedurende maximaal één jaar over de gehele reisafstand de 50% vergoeding (eigen vervoer) of 75% vergoeding (openbaar vervoer). Daarna krijgen zij een vergoeding over maximaal 30 km.
Praktikanten en stagiaires ontvangen de werkelijk door hen gemaakte reiskosten openbaar vervoer 2e klasse.
Indien een personeelslid langer dan een maand aaneengesloten ziek is, wordt de uitbetaling van de vergoeding gestaakt. De uitbetaling wordt hervat met ingang van de datum waarop het personeelslid hersteld is gemeld.
Pensionkosten
Personeelsleden die, gelet op de afstand tussen hun woonplaats en de TUE genoodzaakt zijn in of in de direkte omgeving van Eindhoven te overnachten, kunnen aanspraak maken op een vergoeding van de werkelijk gemaakte kosten tot een maximum van fl. 600,- per maand.
De volgende categorieën personeelsleden kunnen aanspraak maken op een dergelijke vergoeding:
a. verhuisplichtige personeelsleden, zolang zij nog niet zijn verhuisd en ten hoogste gedurende de voor hen geldende verhuistermijn;
b. niet-verhuisplichtige personeelsle-
den die bij hun aanstelling schrif-
telijk hebben verklaard te zullen verhuizen, zolang zij nog niet zijn verhuisd en gedurende een ter-
mijn van ten hoogste één jaar;
c. deeltijdmedewerkers die elders een hoofdbetrekking hebben en door hun werkzaamheden bij de TUE in of in de direkte omgeving van Eindhoven moeten overnachten.
Praktikanten en stagiaires die, gelet op de afstand tussen hun woonplaats en de TUE, genoodzaakt zijn in of in de direkte omgeving van Eindhoven te overnachten, ontvangen daarvoor een vergoeding van fl. 125,- per maand.
Personeelsleden, genoemd onder a., b. en c. komen in aanmerking voor een tegemoetkoming in de reiskosten voor gezinsbezoek. De tegemoetkoming wordt berekend naar de kosten van openbaar vervoer met een maximum van fl. 200,- per maand.
De pensionkostenvergoeding en de tegemoetkoming in reiskosten voor gezinsbezoek dienen maandelijks te worden aangevraagd bij DPO.
Vergoeding kosten woon-/werkverkeer dient opnieuw te worden aangevraagd.
Binnenkort krijgen alle personeelsleden (m.u.v. student-assistenten), die volgens het postcodesysteem meer dan 10 km van de TUE wonen, een formulier toegezonden waarmee zij een vergoeding kunnen aanvragen. Ook degenen die nu al een vergoeding ontvangen dienen deze middels dit formulier opnieuw aan te vragen. Het aanvraagformulier kan ingevuld en ondertekend worden geretour-neerd in een bijgevoegde portvrije retourenveloppe.
* Regeling vergoeding dienstreizen TUE 1997
De TUE-regeling kent o.a. de volgende begrippen/vergoedingen:
Dienstreis binnenland
Er is sprake van een dienstreis binnenland als de beheerder het noodzakelijk acht dat een personeelslid zijn werkzaamheden moet verrichten buiten de werkplek waar hij deze gewoonlijk verricht en daarvoor binnen Nederland moet reizen.
Dienstreis buitenland
Alle reizen met bestemming buitenland worden als dienstreis buitenland aangemerkt.
Verlenen van toestemming
Voor dienstreizen binnenland, die met openbaar vervoer of met meerdere personeelsleden in één auto kunnen worden gemaakt, is vooraf mondeling toestemming vereist door of namens de beheerder. Als deze dienstreizen door een personeelslid met de eigen auto worden gemaakt omdat openbaar vervoer niet mogelijk of niet doelmatig is, is vooaf schriftelijk toestemming vereist van de beheerder d.m.v. een reisvergunning. De noodzaak van het gebruik van eigen vervoer wordt beoordeeld door de beheerder.
Voor dienstreizen buitenland is vooraf schriftelijke toestemming vereist van de beheerder d.m.v. een reisvergunning. De toestemming dient schriftelijk gevraagd te worden onder overlegging van een offerte. De beheerder maakt voor de beoordeling/fiattering van de offerte gebruik van de vigerende (geldende) tarieflijst, behorende bij de reisregeling buitenland van de sektor Rijk.
Vergoeding reis- en verblijfkosten
Voor binnenlandse dienstreizen wordt in principe gebruik gemaakt van het openbaar vervoer (inclusief treintaxi). De werkelijke kosten worden vergoed. Als meerdere personeelsleden tesamen voor dezelfde dientreis gebruik maken van één auto, wordt aan de bestuurder een kilometerver-goeding verstrekt ter hoogte van maximaal het belastingvrije bedrag als genoemd in de fiscale richtlijnen. Indien gebruikmaking van openbaar vervoer naar het oordeel van de beheerder niet mogelijk of doelmatig is, wordt een kilometervergoeding verstrekt ter hoogte van maximaal het belastingvrije bedrag als genoemd in de fiscale richtlijnen. Bij dienstreizen per vliegtuig of boot bepaalt de beheerder in welke klasse mag worden gereisd. Verblijfskosten, waaronder maaltijden, worden vergoed wanneer het reisdoel buiten de standplaats ligt en de reis- en verblijftijd langer dan 4 uur duurt. De richtlijnen voor de hoogte van de vergoedingen zijn vastgelegd in een bijlage van de regeling.
Declaraties
Het personeelslid declareert zijn reis- en verblijfskosten middels een door de TUE voorgeschreven declaratieformu-lier binnen twee maanden na het einde van de dienstreis. Bij de declara-tie dienen bewijsstukken te worden overlegd. Als een personeelslid veelvuldig binnenlandse dienstreizen maakt, kan de beheerder besluiten tot toekenning van een vaste reissom per maand. Per maand vinden, aan de hand van de werkelijke declara-
ties, eventuele correcties plaats.