Schuimbekken
‘Okee, Snor. Schenk nog eens vol, we hebben wat te vieren!’ De tapper van de Schuimkraag veegde zijn handen af aan de rood-wit geblokte theedoek die hij aan zijn riem had hangen en pakte de lege glazen van Bart en de Slak. ‘Zo jongens, da’s mooi dat jullie wat te vieren hebben en bovendien goed voor de omzet nietwaar.’ Terwijl de Snor de twee glazen voltapte, keek hij zorgelijk naar zijn lege kroeg. Gelukkig lieten zijn vaste studenten het niet afweten. ‘En, wat is de reden voor het feestje vandaag?’ ‘Hahaha, we hebben morgen tentamen’, giechelden de twee maten op hun krukken. De Snor keek het tweetal vertwijfeld aan. Studenten, hij zou ze wel nooit begrijpen. ‘Eeh, tja, da’s fijn voor jullie jongens.’ Bart en de Slak rolden bijna van hun kruk van het lachen. ‘Sorry Snor, ik zal het even uitleggen’, begon Bart toen hij weer een beetje bijgekomen was. ‘De Slak en ik hebben morgen hetzelfde klote-tweedejaarsvak. Het wordt mijn derde keer en jouw...’ Hij keek de Slak aan. ‘Haha, mijn...’, de Slak proestte het uit, ‘mijn zesde keer!’
De Snor schonk bij uitzondering voor zichzelf een whisky in. De goedkoopste, dat wel. ‘Ik denk niet dat ik het al begrijp.’ ‘Nou, het zit zo’, begon de Slak te vertellen, ‘ongeveer een maand geleden hadden wij een discussie met Sander. Hij had net studiebegeleiding gehad, was dus flink over de zeik, dat begrijp je.’ ‘Ja, ja’, knikte de Snor. ‘Hij zat maar te kankeren op die vent’, vervolgde de Slak, ‘dat ze er alleen maar zijn om tegen je aan te zeuren als het kut gaat met je studie. Een soort moeders, maar dan betaald door de TUE, snappie?’ De Snor snapte het. ‘Dus, wij niet flauw’, nam Bart het verhaal over, ‘we gaan even flink tegen hem in. Dat die heren prima werk doen en dit en dat. Effe goed stangen. Kan Sander niet tegen, weet je.’ De Snor wist het. ‘Noem eens één goed ding dat die grafiekentrekkers doen dan, begon Sander toen te roepen.’ ‘Ja precies’, zei de Slak, ‘en toen stond ons Bartje met zijn bek vol tanden. Schenk trouwens nog eens in. ‘Maar ík zei toen dus: Die studieschema’s die ze je in het eerste jaar geven, die zijn toch best nuttig.’ Bart interrumpeerde: ‘Kan je het je voorstellen Snor? Uitgerekend de Slak die zoiets zegt! Ik kon m’n lachen nauwelijks houden. Sander geloofde het natuurlijk ook niet. Dus die stelde een wedje voor. Wij moesten maar eens volgens een schema studeren en dan zou hij het op zijn gewone manier doen.’ De Slak knikte: ‘De avond tevoren tot diep in de nacht stressen dus. Anyway, Sander zette een bak Palm de man in, dus Bart en ik hebben vier weken lang in de bieb zitten blokken.’ ‘Alles af’, vulde Bart aan, ‘boek, dictaat, opgaven, oude tentamens en een volle avond tijd over.’ ‘Als het maar om bier gaat’, zei de Slak, ‘en Sander zit nu nog lekker te stressen. Reden zat voor een feestje dacht ik zo.’ De Slak gaf de lege glazen demonstratief aan de Snor: ‘Neem zelf ook wat. Maar het is wel onze laatste. Morgenvroeg moeten we om negen uur even een vakje inkoppen!’
Het werd niet echt de laatste voor Bart en de Slak. Niet écht helemaal nuchter, maar toch ook niet al te laat kroop de Slak in zijn bed. Hij voelde zich goed. Hij had Sander goed beetgehad en morgen ging hij eindelijk dat struikelvak binnenslepen. Het leek of hij er pas vijf minuten inlag toen de wekker ging. Of was het de telefoon? Het was Bart. ‘Goeiemorgen Slakkie. This is your wake up call. Die bak bier die ik van Sander krijg, gaan we samen opdrinken. Ik ga hem namelijk van jou krijgen, sufkop. Het tentamen was trouwens een eitje...’

Rati

Schuimbekken is een wekelijks terugkerend feuilleton over een groep studenten, die als vaste uitvalsbasis voor hun activiteiten het café De Schuimkraag hebben.