spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

Detecteren van epilepsieaanvallen

Thuis wonen... of op kamers?

Thêta timmert aan de weg
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Vijftig miljoen voor onderzoek polymeren
11 september 2008 - De komende vier jaar steekt het ministerie van Economische Zaken vijftig miljoen euro in het Polymeren Innovatie Programma (PIP). Een groot deel hiervan zal besteed worden aan onderzoeksprojecten binnen de TU/e, zo laat dr.ir. Jacques Joosten, directeur van het Dutch Polymer Institute (DPI), weten.

Het PIP moet ertoe leiden dat binnen tien jaar de toegevoegde waarde van polymeren aan de chemische sector is opgelopen tot 2,4 miljard euro. De chemische sector zelf wil in die periode zijn toegevoegde waarde verdubbelen van 12 naar 24 miljard.

Het Dutch Polymer Institute (DPI), een publiek-private instelling gevestigd in Kennispoort op de TU/e-campus, ziet toe op de verdeling van de EZ-bijdrage. DPI-directeur Jacques Joosten zegt dat zo’n 36 miljoen euro bedoeld is voor onderzoek. De resultaten daarvan moeten door de industriële partners worden omgezet in nieuwe producten en processen. De resterende 14 miljoen is bedoeld om het midden- en kleinbedrijf te helpen met het tot waarde brengen van de kennis die voortkomt uit het onderzoek. Speciaal hiervoor is in september 2007 het DPI Value Center van start gegaan. Mkb’ers en starters kunnen hier terecht voor ondersteuning en advies op het gebied van onder meer R&D, marketing, productontwikkeling en financiering. Inmiddels hebben al ruim vijftig opdrachtgevers de weg ernaar toe gevonden, aldus Joosten.

Een groot deel van het onderzoeksgeld zal naar verwachting worden ondergebracht bij onderzoeksprojecten die worden uitgevoerd aan de TU/e. Met name bij de faculteiten Scheikundige Technologie en Werktuigbouwkunde. Volgens Joosten is dat ook goed verklaarbaar. “De TU/e heeft op dit gebied enorm veel expertise in huis en is elf jaar geleden mede-oprichter geweest van het DPI. Dat maakt de Eindhovense universiteit tot een natuurlijke partner.”

Duurzaamheid
Duurzaamheid is een belangrijk item bij het onderzoek dat de komende vier jaar gaat plaatsvinden. Om een bijdrage te leveren aan een duurzame chemische industrie wordt bekeken hoe fossiele grondstoffen kunnen worden vervangen door hernieuwbare. Men wil sowieso het gebruik van fossiele grondstoffen aanzienlijk verminderen, door processen efficiënter te maken, groene energie te gebruiken en afval en emissies terug te dringen. Voor wat betreft het hergebruik van kunststoffen staat men nog aan het begin van de mogelijkheden. Maar het streven is om ook te onderzoeken hoe kunststofmateriaal is te hergebruiken voor duurzame toepassingen.

"Steeds vaker belangstelling voor DPI"
Volgens DPI-directeur Joosten lukt het DPI steeds beter om een betrouwbare ‘brand’ te worden voor bedrijven en kennisinstellingen, zowel nationaal als internationaal. Op de site van DPI zijn een kleine veertig bedrijven en zo’n vijftig kennisinstellingen te vinden die inmiddels partner zijn. “Ook bedrijven en instellingen uit het Midden-Oosten en China tonen steeds vaker belangstelling voor ons.”

De voortgang van PIP zal eens in de twee jaar geëvalueerd worden door EZ. Joosten verwacht dat het ministerie er ook na 2012 geld in blijft steken. “We weten eigenlijk elk jaar wel of er voor de komende vier jaar geld beschikbaar is. Dat moet ook wel, want dat is ook de periode waarin een promovendus zijn onderzoek uitvoert. We denken nu voor de periode 2012-2016 zestig miljoen nodig te hebben, en ik verwacht dat dat geld er ook zal komen.”/