spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
“Honderd jaar geleden was Helmond belangrijker dan Eindhoven”
18 september 2008 - ‘Weet je hoe je een groep Helmonders uit elkaar krijgt? Door er een overall tussen te gooien.’ “Dit soort grappen maken Helmonders onderling”, vertelt TU/e’er én Helmonder dr. Giel van Hooff. Onlangs verscheen het boek ‘Helmond aan het werk, een beeld van het industrieel verleden in de twintigste eeuw’ van zijn hand.
Al pratend met Van Hooff merk je dat hij zelf een echte Helmonder is, die zijn verhalen doorspekt met humoristische relativeringen. Ook in zijn boek ‘Helmond aan het werk, een beeld van het industrieel verleden in de twintigste eeuw’, komt die humor even terug. Het is vooral een prachtig fotoboek geworden. “Foto’s zeggen vaak meer dan tekst. Ik wilde laten zien wat er vroeger in de fabrieken gedaan werd, hoe het eruit zag. Want ook veel Helmonders kennen alleen de buitenkant of de stank, of ze zagen een grote constructie van Begemann naar buiten gaan. Ik wilde een completer beeld geven van de activiteiten, het liefst met mensen aan het werk.”

Van Hooff (1951) verzamelt al dertig jaar gegevens over de Helmondse industrie. Zijn vader was actief in de vakbond en hij herinnert zich dat arbeiders bij hun thuis kwamen: “Ze kwamen bijvoorbeeld vertellen ‘Dè ut slecht gee mee den baos’, ofwel dat het bedrijf bijna failliet was.”

Hij studeerde geschiedenis in Nijmegen en maakte zijn doctoraalscriptie ‘Ermoei troef’ (1978) over de industrialisatie in Helmond. Terug in zijn geboortestad was het moeilijk om werk te vinden. Het onderwijs, de meest voor de hand liggende plaats voor afgestudeerde historici, lag hem niet zo. Nadat hij een tentoonstelling had ingericht, werd hij in 1982 gevraagd voor de eindredactie van een rapport voor een Nationaal Techniekmuseum dat in Helmond en/of Eindhoven moest komen. Prof.dr.ir. Harry Lintsen, die de commissie hiervoor leidde, vroeg hem vervolgens voor een promotieonderzoek bij de kersverse groep rond de techniekgeschiedenis. Zo kwam Van Hooff bij de sectie Geschiedenis van de Techniek aan de TU/e (TM) terecht.

Hij is sinds enkele jaren ook stadshistoricus van Helmond, “dat is meer een erebaantje; een beetje een goedmakertje omdat het Helmondse stadsarchief naar Eindhoven is verhuisd”, relativeert hij meteen. Hij is uiteraard lid van de stichting Industrieel Erfgoed Helmond, die tentoonstellingen, lezingen en andere activiteiten (mede)organiseert.

In het voorwoord schrijft Van Hooff: ‘Helmond aan het werk? Tjee, dan is er danig wat veranderd, zal menigeen denken. Want was dat niet die oude fabrieksstad met zijn grote werkloosheid en zijn ietwat werkschuwe bevolking die rapper is met het ‘mundje’ dan met de handen?’. “Maar honderd jaar geleden was Helmond belangrijker dan Eindhoven. Dat veranderde pas toen Philips zich daar vestigde. Helmond was al lang een echte industriestad met veel textiel- en metaalindustrie zoals de Koninklijke Begemann, kartonnagebedrijven, melkfabrieken en de cacaofabriek. De textielindustrie was onbetwist nummer één. In 1960 werkten bij Vlisco 3.600 mensen, weverijen als Raymakers en Diddens & Van Asten hadden toen honderden mensen in dienst.”

De opnamen voor dit boek komen uit bedrijfsarchieven en uit privé-bezit. Enerzijds zijn er gelikte en fraai uitgelichte professionele opnames, die soms speciaal op zondag werden gemaakt als de werkplaatsen opgeruimd waren. Anderzijds geven privé-foto’s een levensechter beeld, zoals arbeiders die elkaar fotografeerden bij een nieuwe installatie of constructie.

Toch zie je op de foto’s dat het ook smerig werk was. “Bij de uitreiking van het eerste exemplaar van het boek vertelde iemand dat zijn vader op zijn dertigste al een kunstgebit had, zo erg hadden de dampen in de verzinkerij zijn tanden aangetast. Er was dus veel smerig werk; vergeet ook niet dat beter toezicht en arbowetgeving, samen met de voortschrijdende techniek, pas vanaf zo de jaren zestig echt invloed kregen. Eerder was het vaak zwaar werk. In de ververij werden zware garenstrengen met handkracht door de verfbaden gehaald. Er is wel gezegd dat er met de teloorgang van de textielindustrie veel gesjoemeld is met de wao, maar veel mensen zaten daar toch echt terecht in”, aldus Van Hooff./.

Het boek ‘Helmond aan het werk’, uitgegeven door Aprillis, ligt voor 18,50 euro in de winkel.
Interview/Giel van Hooff door Gerard Verhoogt
Foto/Bart van Overbeeke