spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
“Bij een dynamische universiteit hoort een dynamisch fonds”
25 september 2008 - Het Universiteitsfonds Eindhoven (UFe) heeft sinds donderdag 18 september een eigen plek op de TU/e-campus. “Het kantoor in het Hoofdgebouw maakt het UFe tastbaarder en beter bereikbaar”, zo sprak UFe-voorzitter en TU/e-alumnus ir. Eric van Schagen bij de opening. “Het UFe heeft nu een echte locatie in plaats van een virtuele met een postbus. Want we willen veel meer zijn dan een virtueel bureau.” Van Schagen kondigde aan dat het UFe zich meer gaat richten op TU/e-alumni voor bedrijfssponsoring.
UFe-voorzitter ir. Eric van Schagen

“Universiteitsfondsen van oudere universiteiten zoals Leiden en Utrecht hebben miljoenen euro’s tot hun beschikking als eigen vermogen. Het Universiteitsfonds Eindhoven heeft ongeveer 450.000 euro eigen vermogen en heeft jaarlijks ruim 70.000 euro te besteden. Negentig procent daarvan komt uit sponsoring, naast donaties en rente van het eigen vermogen. Dat was eerst 25.000 euro, dus we hebben al een aardige inhaalslag gemaakt met bedrijfssponsoring. Nu gaan we ons meer op alumni richten”, zo zegt Van Schagen, sinds 2003 voorzitter van het UFe.

Van Schagen is algemeen directeur van Simac Techniek NV, een holding van bedrijven die actief zijn in producten en diensten op het gebied van ict-infrastructuren, -applicaties en industriële elektronica en automatisering.

Hij kende de vorige voorzitter van het UFe, Jan Iding, via de Brabants-Zeeuwse Werkgeversvereniging. Het was Iding die Van Schagen benaderde voor het voorzitterschap van UFe. Hij stemde in omdat hij graag iets terug wilde doen voor de TU/e, waar hij in 1981 afstudeerde als bedrijfskundig ingenieur. Tien jaar na zijn afstuderen werd hij gevraagd om gastcolleges te geven en daarna sponsorde hij een leerstoel, beide bij TM.

Om te zeggen dat hij een ingeslapen UFe aantrof, is te boud gesteld. Van Schagen: “Het UFe deed zijn werk en verleende zijn subsidies. Maar ik vind dat er meer moet gebeuren, ik wil na vijf jaar méér kunnen zeggen dan ‘We zijn een goede vermogensbeheerder geweest’. Wat dat betreft is de opening van het kantoor heel goed. Dat maakt het UFe tastbaarder en beter bereikbaar. Medewerkers, studenten en hoogleraren kunnen nu binnenlopen met vragen of om aanvragen in te dienen. Het is een echte locatie in plaats van een virtuele met een postbus. Maar”, zo benadrukt hij, “het is niet het kantoor alleen, ook de verbeterde communicatie en naamsbekendheid. Het gaat om het geheel en de samenhang, want we willen veel meer zijn dan een virtueel bureau.”

Geschiedenis
Het UFe vindt zijn oorsprong in 1947, toen de stichting Techniek Hoger Onderwijs in het Zuiden werd opgericht, met een kapitaal van zestigduizend gulden, met Frits Philips als een van de initiatiefnemers. Dat leidde mede tot de oprichting van de THE, onderzocht drs. Joost van den Brekel, alumni officer en fondsenwerver voor het UFe: “Toen de THE in 1956 werd opgericht, stelde Philips één miljoen gulden beschikbaar, maar dat geld hebben de oprichters nooit gebruikt. Hieruit ontstond in 1957 de Stichting Hogeschoolfonds (later omgedoopt tot Universiteitsfonds) die dit geld ging beheren en gebruiken. Het miljoen werd aangevuld met donaties. Sindsdien is er voor ongeveer zeven miljoen gulden uitgegeven aan projecten voor de TU/e. Dan moet je denken aan beurzen, bijzondere leerstoelen, diverse prijzen, studiereizen van studenten en/of medewerkers naar het buitenland, bijzondere projecten die niet passen in de reguliere budgetten, maar ook de KOE van CHEOPS.”

Het UFe heeft drie gebieden waarop het actief is: wetenschappelijke activiteiten aan de TU/e; het verbeteren van de relatie tussen de TU/e en het bedrijfsleven en het Eindhovens studentenklimaat, zowel op de campus als in de stad. Van Schagen: “Onder het eerste valt bijvoorbeeld de sponsoring van het 3D-Lab van Bart ter Haar Romeny bij BMT en voor de verbetering van het studentklimaat hebben we het kunstwerk ‘SOH 19’ gesponsord, het kunstwerk in de vijver. En als het studentencorps een aanvraag indient voor de verhuizing naar de binnenstad hebben ze een goede kans dat die wordt goedgekeurd. Datzelfde geldt voor evenementen op het gebied van wetenschap, sport of cultuur van nationaal of Europees niveau.”

Studenten, hoogleraren en medewerkers, kunnen een aanvraag indienen als die binnen de -vrij ruime- criteria valt. Van Schagen: “Die criteria zijn bepalend bij elke aanvraag. We hebben een checklist, maar we zijn vrij breed als het bijvoorbeeld gaat over verbetering van het leefklimaat voor studenten. We hebben ook geen driedeling gemaakt dat er zoveel euro voor wetenschap is, zoveel voor het leefklimaat en zoveel voor de relatie met het bedrijfsleven. Tot nu toe is dat ook niet nodig geweest.”

Zichtbaarheid
Het verschil met andere universiteitsfondsen mag dan in financieel opzicht aanzienlijk zijn, ze doen grotendeels dezelfde dingen. Andere fondsen kunnen een heel project dragen, voor Van Schagen hoeft dat niet. “Wij stimuleren dingen die blijven liggen. We willen ook geen vervanger zijn van de TU/e-financiering. Andere universiteitsfondsen betalen ook bijzondere leerstoelen, wij niet meer, maar het bestuur zou wel meer willen doen op wetenschappelijk- en onderzoeksgebied, zeker als het gaat om maatschappelijk betrokken onderzoek als milieu, voedsel, energie, gezondheid of derdewereldlanden.”

Onder het voorzitterschap van Van Schagen is hard gewerkt aan verbetering van de communicatie en zichtbaarheid van het fonds. Er kwam een vernieuwde website en nieuwsbrief, een nieuw logo en idem briefpapier. “Dat was bij mijn aantreden een beetje oubollig. Bij een dynamische universiteit hoort een dynamisch fonds.”

Ook worden alumni meer betrokken bij het UFe. “Zij zijn vaak nog enthousiast over hun studietijd, zijn daar dankbaar voor en willen best iets terugdoen voor de TU/e. Bovendien heeft een aantal van hen goede posities bij bedrijven, dus dan snijdt het mes aan twee kanten. Maar de meeste alumni weten gewoon niet dat ze via het UFe iets kunnen terugdoen; het is geen gewoonte zoals in Amerika. Wat niet wil zeggen dat wij hetzelfde niveau kunnen bereiken als daar, maar het kan veel meer zijn dan het nu is. Over vijf jaar willen we 250.000 in plaats van 60.000 euro aan donaties hebben, dat is ons streven. Dan kun je ook leuke projecten doen. Dat bedrag is haalbaar, de TU/e heeft 25.000 alumni.”

Hoe het UFe dat wil gaan doen, is nog niet helemaal duidelijk, maar ideeën zijn er wel. Van den Brekel: “In Leiden krijgen studenten een reductiekaart, waarmee je studenten al vanaf het begin aan je bindt en het fonds bekendmaakt. Beginnende studenten en hun ouders krijgen ook een brief met de vraag of ze het fonds met een klein jaarlijks bedrag willen steunen. Zo wen je aan het idee dat de universiteit iets voor jou doet en dat jij iets terugdoet voor je universiteit. Het gaat dus niet alleen om geld, ook om een ‘alumni-bewustzijn’.”

Van Schagen: “We beginnen met friendraising, daarna komt fundraising. Het moet een traditie worden dat je iets terugdoet voor de TU/e. Dus willen we meer doen dan één keer in de vijf jaar een alumnidag. Ik wil alumni ook graag meer betrekken en mee laten kiezen over de doelen die in aanmerking komen voor sponsoring. Via de website kun je doelen laten kiezen en koppelen aan de giften, bijvoorbeeld aan kankerbestrijding of een andere specifiek thema. Dat zou overigens ook met bedrijven kunnen.”

Daarnaast is het UFe ook in overleg met Kees Leemreis, voorzitter van de Stichting Studentenfonds Eindhoven. Van den Brekel: “Soms zijn er overlappingen met de SSFE, die vooral de cultuur en sport ondersteunt. Een aanvraag voor een nieuwe vleugel werd bij hen niet en bij ons wel gehonoreerd, dat was aanleiding voor beide besturen om met elkaar in overleg te gaan.” Van Schagen: “We weten elkaar nu te vinden en dat is belangrijk, want de doelstellingen overlappen elkaar gedeeltelijk. Verder gaan de besprekingen voorlopig niet. We bespreken gezamenlijke aanvragen en kijken waar die thuishoort en verwijzen aanvragers daar dan naar door.”/.

 

UFe/Gerard Verhoogt
Foto’s/Rien Meulman