spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

Interactief leermiddel voor peuters

The many faces of Europe

“Crisis is uitdaging voor EU”
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
Special Cursor 50 jaarSpecial Cursor 50 jaar
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Plasterk licht toe en debatteert aan TU/e
9 juni 2009 - In een bomvolle Blauwe Zaal verdedigde onderwijsminister Ronald Plasterk gisteren, maandag 8 juni, zijn beslissing om honderd miljoen euro van de eerste naar de tweede geldstroom over te hevelen. De studenten maakte hij duidelijk dat hij de ‘harde knip’ echt zeer noodzakelijk acht. x5_s.jpg
Foto: Bart van Overbeeke

Door collegelid mr. Jo van Ham, die op het ministerie van OCW nog anderhalf jaar onder hem gewerkt heeft, werd Plasterk maandagmiddag aangekondigd als een inspirerende persoonlijkheid en onafhankelijk denker.

Dat hij ook heikele zaken niet uit de weg gaat, bleek wel uit het eerste onderwerp dat hij aansneed: de beruchte overheveling van honderd miljoen euro van de eerste naar de tweede geldstroom. Die maatregel drukte hij er vorig jaar door, ondanks een storm aan protest uit de universitaire wereld. Alle universiteiten leveren in eerste instantie een deel van hun eerste geldstroommiddelen in en moeten dat dan via projectvoorstellen bij NWO weer terug zien te krijgen.

TU/e-collegewoordvoerder Peter van Dam noemde het destijds ‘het slachten van de kip met de gouden eieren’. Plasterk is er echter van overtuigd dat het gaat leiden tot een clustering van kwaliteit en dat peer review de beste manier is om geld op de juiste plaats te krijgen.

Over de zegeningen van een ‘harde knip’, waarbij een student pas aan de master kan beginnen na het behalen van de bachelor, was hij ook duidelijk. “Het behalen van de bachelor behoort een heroverwegingsmoment te zijn voor de student. Een ‘zachte knip’, als de student al begint met zijn master voordat hij zijn bachelor heeft behaald, poetst dat kostbare moment weg”, meent Plasterk.

Ook liet de PvdA’er zich kennen als een voorstander van selectie na de poort. “Het lijkt mij goed om een opleiding eerst breed op te zetten en het daarmee mogelijk te maken dat een student dan na een maand of drie gerichter gaat kiezen. En dan na een jaar nog gerichter.” Een gesprek aan de poort is ook het overwegen waard, aldus Plasterk. “Probeer iemand die psychologie wil gaan studeren, vooraf ervan te doordringen hoe belangrijk wiskunde daarbij is. Of laat iemand gewoon eens de boeken zien waarmee hij in het eerste jaar moet werken. Zo’n gesprek is moeilijk te realiseren en kost veel tijd, maar ook afhakers in het eerste jaar kosten een instelling veel tijd en inspanning.”

Na zijn lezing ging Plasterk in de University Club nog in debat met een gevarieerde groep wetenschappers. Vooral het gesprekonderwerp ‘Hoe trek je als universiteit jong talent aan?’ bracht veel discussie op gang. Plasterk is zeer gecharmeerd van het Angelsaksische model, waarbij jonge onderzoekers al snel credits krijgen voor hun onderzoeksresultaten. Het Europese model is volgens de onderwijsminister nog te hiërarchisch en nog te vaak strijkt de hoogleraar in zijn ogen met de eer. “Geef jonge onderzoekers snel wetenschappelijke onafhankelijkheid”, is het motto van de oud-hoogleraar Ontwikkelingsgenetica.

Aan diverse tafels bestond de angst dat hiermee de samenwerking tussen vakgroepen en faculteiten wordt ondermijnd, omdat wetenschappers wellicht eerder geneigd zullen zijn om onderzoeksresultaten voor zichzelf te houden. Plasterk vond dat in ieder geval gestreefd zou moeten worden naar een soort tussenvorm van het Angelsaksische en Europese model.