spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
Special Cursor 50 jaarSpecial Cursor 50 jaar
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

‘The hurt locker’, gemengde gevoelens over risico’s

27 mei 2010 - Het had weinig gescheeld of ‘The hurt locker’, overladen met Oscars, was niet in Nederland te zien geweest. Ook al was de film van regisseuse Kathryn Bigelow daarvoor al veel in de prijzen gevallen, blijkbaar was de angst voor ‘weer een film over Irak’ te groot. Of was het de held van de film, die neergezet wordt als gevarenjunk? Hoe dan ook, er is recht gedaan en op 27 mei, 1 en 2 juni is de Oscarwinnende film te zien in De Zwarte Doos.

De hurt locker betekent letterlijk vertaald ‘pijn-cel’. Onder militairen kwam dit begrip in zwang in de Vietnamoorlog waar het ‘in grote moeilijkheden’ betekende. Tegenwoordig is dat begrip toegespitst op ‘gewond geraakt bij een explosie’. Die situatie is er in alle varianten in deze film over bom-ontmantelaars. De film opent met het citaat ‘Oorlog is een drug’, ontleend aan oorlogscorrespondent Chris Hedges en opgetekend door scenarist Mark Boal. Boal is van origine journalist die in 2004 vanuit Bagdad verslag deed. Bij het schrijven van het scenario kon hij dan ook rijkelijk putten uit zijn ervaringen met het meerijden met een explosieven opruimingsdienst.

Het team bom-ontmantelaars van Owen Eldridge en J.T. Sanborn staat in de Irakoorlog onder leiding van Matt Thompson. Als Thompson om het leven komt, is de jonge en roekeloze William James zijn vervanger. Dat James door zijn roekeloosheid niet alleen zichzelf maar ook zijn collega’s in gevaar brengt, interesseert hem niet: hij is geobsedeerd door de inventiviteit van zijn vijanden. Bermbommen en andere geïmproviseerde explosieven beschouwt hij als provocaties, die zo snel mogelijk beantwoord dienen te worden door de bom te ontmantelen, liefst met blote handen. Die roekeloosheid is volgens Sanborn niet de juiste optie als je wilt overleven, maar James lijkt niet anders te kunnen.



Hollywood kent meer half-suïcidale, verknipte helden, maar die zijn zo geworden door verlies of trauma. Zo niet James: hij heeft thuis een mooie vrouw, een lief dochtertje. Als hij naar huis mag, wil hij slechts één ding: zo snel mogelijk terug naar misschien wel de enige plaats waar hij nog kan functioneren.

‘The Hurt Locker’ kent verder geen bespiegelingen of karakterontwikkeling. Dat was ook niet waar het regisseuse Kathryn Bigelow (San Francisco, 1951) op uit is. Zij wil de kijker een ervaring meegeven die zoveel mogelijk op de realiteit lijkt en bombardeert bezoekers met gruizige beelden uit de schoudercamera, een hectische montage en een daverende soundtrack die de film tot een bijna fysieke ervaring maakt.

Collega en rivaal
Bigelow maakte eerder naam met de vampierfilm ‘Near Dark’ (1987), de surfthriller ‘Point Break’ met Keanu Reeves en Patrick Swazy (1991) en het futuristische ‘Strange Days’ (1995), over virtual realityfilms als drug. Ze studeerde twee jaar aan het San Francisco Art Institute en won de prestigieuze studiebeurs van het Whitney Museum of American Art (1971). Haar masterdiploma haalde ze aan de Columbia University, waar ze in 1978 haar allereerste film maakte, ‘The Set Up’. In 1989 trouwde ze met collega-regisseur James Cameron. Twee jaar later volgde de scheiding, maar ze hielden goed contact, ‘Strange Days’ werd geschreven en geproduceerd door haar ex. Voor veel films kreeg Bigelow (kleine en grotere) prijzen, maar een grote klapper maakte ze nooit. Tot ‘The hurt locker’: die kreeg uiteindelijk zes Oscars, waaronder die voor beste film en regie. Ironisch genoeg was haar ex daarbij haar grote rivaal bij de prijsuitreiking: Cameron was met ‘Avatar ‘genomineerd en kreeg er drie. (GV)/.