Untitled Document
Online helpende hand bij huiswerk
Informatica experimenteert met nieuw computerprogramma
Huiswerkprogramma/Monique van de Ven
Illustratie/Paul Weehuizen
Geen urenlang blindstaren meer op het onleesbare gekriebel
van studenten, of wekenlang wachten op het punt voor dat pittige
tentamen. Het computerprogramma PEACH/vs, ontwikkeld door twee
medewerkers van de faculteit Wiskunde en Informatica, biedt studenten
en docenten een (online) helpende hand bij respectievelijk het
inleveren en nakijken van huiswerk.
'Programming Education And Contest Hosting/Verification System'
(kortweg PEACH/vs) heet het nieuwe systeem. Studenten kunnen er,
na registratie, elektronisch hun huiswerk inleveren. Het programma
bekijkt (doorgaans binnen enkele seconden) of het werk aan bepaalde
minimumeisen voldoet.
"Het systeem controleert
onder meer of de opgave voldoet aan de grammatica van de programmeertaal",
verduidelijkt dr.ir. Tom Verhoeff. Hij is docent bij de opleiding
Technische Informatica en ontwikkelde PEACH/vs samen met programmeur
Erik Scheffers. "Daarmee behoedt het de student voor stommiteiten
en de docent voor onnodig nakijkwerk. Want als de basis van het
werk niet in orde is, moet de opgave toch opnieuw gedaan worden."
PEACH verricht dus de eerste controle; de rest is voor rekening
van de instructeur of docent, die beslist welk cijfer de student
krijgt. De beoordeling gebeurt dus niet helemaal automatisch.
"Dat is ook niet wenselijk; daarvoor zijn veel opgaven toch
te complex", aldus Verhoeff.
Sinds een paar weken wordt PEACH gebruikt door 125 eerstejaars
studenten en een tiental instructeurs en docenten, voor het vak
'Programmeren 0'. De eerste reacties op PEACH zijn positief, zegt
Verhoeff. "Van de studenten heb ik nog weinig gehoord, maar
ik zie het als een goed teken dat de meesten zich zo snel hebben
aangemeld. De instructeurs zijn enthousiast; het systeem bespaart
ze met name een hoop administratief werk."
Winst
De winst van het systeem zit 'm volgens Verhoeff echter niet alleen
in de tijd- (en papier)besparing, maar meer nog in de verbetering
van de kwaliteit van het onderwijs. "Het systeem slaat alle
informatie op in overzichtelijke lijsten. Een docent kan het daardoor
snel zien als een bepaalde student bijvoorbeeld doorlopend slecht
presteert, of als veel studenten bij een bepaalde opgave dezelfde
fout maken. Misschien is zijn uitleg dan niet helder genoeg geweest.
In dat geval kan de docent daar in zijn volgende college weer
op inspelen."
PEACH is nog niet op brede schaal toepasbaar. Verhoeff: "We
zijn enthousiast, maar willen niet meteen té optimistisch
zijn. Dit is een prototype; we zijn het nog volop aan het uitproberen
en aan het veranderen. Het systeem is nu nog alleen geschikt voor
programmeeronderwijs. Programmeertaal is vrij eenvoudig; als je
het systeem ook wilt gebruiken voor bijvoorbeeld wiskunde-opgaven,
met alle symbolen en formules van dien, wordt het al ingewikkelder".
Wedstrijden
Het idee om een dergelijk programma te ontwikkelen, kwam voort
uit de behoefte aan een nieuw jureringsysteem voor programmeerwedstrijden
voor scholieren en studenten, vertelt Verhoeff. Naast docent is
hij voorzitter van de commissie die zich bezighoudt met de 'computer-technische'
kant van de Informatica Olympiade voor
scholieren.
"De software die bij dergelijke wedstrijden wordt gebruikt,
is op zich prima, maar je kunt er nauwelijks iets aan veranderen",
legt Verhoeff uit. "Er is één persoon die er
alles van weet, maar verder kan niemand ermee uit de voeten."
Samen met Scheffers ging hij daarom op zoek naar een meer gebruiksvriendelijk
systeem, dat liefst ook zou kunnen worden toegepast in het onderwijs.
Een toegankelijk programma moest het worden, dat geen ingewikkelde
apparatuur vereist en gebaseerd is op 'open source software'.
Verhoeff: "Als ik iets van Microsoft koop, krijg ik als het
ware een dichte doos. Ik kan er niks aan bekijken, niks aan veranderen.
Dat kan bij dit systeem wel; de gebruiker kan onder de motorkap
kijken en er zelf aan sleutelen". Dat wil zeggen: aan het
prográmma. Studenten kunnen bijvoorbeeld niet zomaar in
hun cijferlijst gaan rommelen. PEACH/vs is nog niet af, "maar
al wel heel mooi", vindt Verhoeff. Zo wordt, hoewel frauderen
volgens de makers lastig is, nog gewerkt aan verdere beveiliging
van het systeem. Daarnaast is het de bedoeling dat de student
straks automatisch een mailtje krijgt als zijn werk is nagekeken.
Nu moeten studenten zelf nog bijhouden hoe de vlag erbij hangt
"en dat vergeten sommigen nog wel eens", zegt Verhoeff
lachend. Ook wordt nog bekeken of PEACH/vs kan worden gekoppeld
aan bijvoorbeeld de studentenadministratie en aan StudyWeb. /.
'Bottleneck zit 'm in het maken van passende
toetsen'
"De TU/e is een universiteit met een heleboel wetenschappers
die van alles onderzoeken. En bij onderzoek hoort experimenteren",
zegt ir. Ruud van Vliet over het experiment met PEACH/vs bij Technische
Informatica. Van Vliet, medewerker van het Onderwijs Service Centrum,
kent het controleprogramma van Tom Verhoeff en Erik Scheffers
(nog) niet, maar noemt het 'logisch' dat de opleiding ermee experimenteert:
"Het schrijven van computerprogramma's is immers hun vakgebied".
Ook al neemt de rol van de computer in het onderwijs toe; de docent
zal volgens Van Vliet nooit buitenspel komen te staan. "Dit
systeem is nu gebouwd en moet onderhouden worden. De docent speelt
daar een belangrijke rol in. De systeembeheerder houdt zich bezig
met de technische kant van het programma, maar weet niets van
het vak, van wát er wordt getoetst."
Het werk van de docent wordt door de computer niet minder, maar
hooguit anders, denkt Van Vliet: "Zo'n controleprogramma
geeft de docent meer inzicht in de prestaties van zijn studenten.
Bovendien ontheft het hem van vervelend routinewerk, waardoor
hij meer tijd overhoudt voor wezenlijke dingen."
Evenmin verwacht hij dat de computer op termijn pen en papier
zal vervangen. "Ze moeten elkaar aanvullen, verrijken. De
lesstof staat nog altijd op papier. Een student kan er aantekeningen
bij maken, belangrijke onderdelen markeren. De computer kan vervolgens
een hulpmiddel zijn om met die stof te oefenen."
Hij verwacht niet dat programma's zoals PEACH/vs op korte termijn
("en dan praat ik over járen") op grote schaal
zullen worden toegepast. "Forget it, dat kan gewoon niet.
De bottleneck zit 'm niet in het systeem zelf, maar in het opstellen
van passende toetsen. Als de opgave en het antwoord heel gestructureerd
zijn, zoals bij multiple-choice-vragen, gaat het goed. Met zo'n
programma kun je basisbegrippen testen. Maar je kunt niet álle
stof in een multiple-choicetoets stoppen."
De TU/e is een academische instelling, benadrukt Van Vliet, die
haar studenten moet kunnen toetsen op academisch niveau. "Dat
kan via een mondeling tentamen of een rapport, waarin de student
zijn antwoorden kan toelichten. Daar kun je geen computerprogramma
voor schrijven."
Volgens Van Vliet heeft het niet veel zin om zwaar over de gevolgen
van dergelijke toepassingen te 'filoseren': "Ik wil niet
te ver vooruit kijken. Je weet toch pas wat iets is en wat het
met mensen doet wanneer je het hebt uitgeprobeerd". Het is
goed dat 'mensen aan het front' zich daarmee bezighouden, vindt
hij. "Als zij ermee op hun bek gaan, is dat vervelend voor
hén, maar verder niet zo erg. Als de hele TU/e onderuit
gaat, is het toch wat anders."
|