Innerlijke rust
Op de vraag wat nu de aantrekkingskracht van aikido is ten opzichte van andere oosterse krijgskunsten, antwoordt Van Dongen: ‘Ik hou niet zo van het wedstrijdelement omdat ik per se wil winnen.’ Dankzij aikido is hij beter in staat innerlijke rust en beheersing te vinden.
Voor de beoefening van aikido is het belangrijk een aantal basisprincipes aan te leren. Hoofddoel is de bevrijding van mentale en fysieke obstakels. De les wordt dan ook begonnen met concentratie- en ademhalingstechnieken om zo de diepte van het innerlijk te leren kennen. Tweede aspect is het leren vrijmaken van de krachten; losmaken van spieren en gewrichten om de bloedcirculatie in balans te brengen. Lichaam en geest zijn ontspannen en zuiver. Kracht en beweging komen op natuurlijke wijze.
Pas nu kan er begonnen worden met aikido. De bedoeling is dat je in harmonie komt met de beweging van je partner. De bewegingen zijn meestal cirkel- of spiraalvormig, met de nadruk op de extensie van het hele lichaam en sterk gerelateerd aan de bewegingen van het zwaardvechten. Het principe van de cirkel laat zich gelden: tijd komt tot uitdrukking in de bewegingen die een andere snelheid hebben gekregen. Er ontstaat controle. Het laatste basisprincipe: het ogenblik van zelfverwezelijking. Aikido is de kuns
t van het openstellen van de geest gecombineerd met vaardigheid en techniek. Bij de training leert Van Dongen aan wat de zwakke punten zijn van de partner en het insufficiënt maken van diens bewegingen. Insufficiënt maken is het ombuigen van de slag of stoot van de partner, waardoor deze uit balans wordt gebracht.
T’ai-chi
Ad van Dongen wil de mensen opleiden tot ze het basisniveau in aikido hebben bereikt. Voor de Nationale Commissie Aikido (NCA), dat een onderdeel vormt van de Judo Bond Nederland, kan men dan bewijzen de eerste dan waardig te zijn. Tijdens de trainingen zal geoefend worden zonder wapens, met houten wapens en met meerdere partners tegelijk. Voor de hogere dan moet men het namelijk ongewapend tegen één of meerdere al dan niet gewapende tegenstanders kunnen opnemen.
Al ruim tien jaar geeft Van Dongen les in aikido omdat hij het leuk vind en het anderen goed kan aanleren. Hij heeft een eigen school in Oosterhout, is sportmasseur en geeft ook t’ai-chi-lessen. Dat laatste is werkelijk bijzonder. Een boek over oosterse krijgskunsten beschrijft t’ai-chi als volgt: het lijkt of de arm van staal is, in watten gehuld. Hij is zacht, maar degene die er mee in contact komt voelt de zwaarte ervan. Als de tegenstander gepakt wordt is de greep zacht en licht, maar toch kan hij zich
er niet uit losmaken. Al snel doen zijn armen ondraaglijk pijn. Dat is het ware t’ai-chi.