Research
Zijn keuze om de studie aan de toenmalige Technische Hogeschool in Eindhoven te doen, werd voornamelijk ingegeven door het feit dat deze het dichtst bij zijn ouderlijk huis in Hoensbroek lag. Alhoewel Eindhoven zeker in die tijd geen gezellige stad was, heeft Habets toch veel plezier gehad tijdens zijn studie. Zonder beurs en met een kleine ouderlijke toelage ontbrak hem het geld voor een lidmaatschap van een gezelligheidsvereniging. De Limburger en zijn vrienden, waaronder de bekende astrofysicus dr.ir. Willem van Breugel van de universiteit van Berkeley (Californië), waren overtuigde ‘knorren’.
Na zijn studie en zijn promotie hoorde Habets van een ex-collega met welk onderzoek Océ in Venlo bezig was. Dat leek hem interessant en daarom hij besloot een open sollicitatie te schrijven. Deze werd gehonoreerd, en hij kon als produktontwikkelaar aan de slag. Nu, twintig jaar later, is hij adjunct directeur R&D. ‘Managen is een mooie job, maar het echte ontwikkelingswerk vind ik eigenlijk interessanter’, aldus Habets.
Zonen
Kwaliteit van het onderwijs of onderzoek speelde in 1965 niet zo voor de aspirant student. ‘Nu kan ik inschatten dat de ene universiteit niet voor de andere onderdoet, omdat ik werk en heb gewerkt met ingenieurs van alle drie de technische universiteiten.’
Toch studeren beide zoons van Habets aan de TUE. Boris, de oudste, loopt momenteel stage bij het Natlab van Philips. Habets heeft hem er nog van proberen te weerhouden om ook theoretische natuurkunde te gaan studeren, omdat hij bang was dat men de zoon zou meten aan de vader. Het mocht niet baten, Boris’ keuze stond vast. Zijn jongere broer Martijn studeert chemische technologie. ‘Ik heb mijn best gedaan om de TUE in stand te houden’, besluit de trotse vader.