Industriële mainport
Martin Rem ging in zijn presentatie in op een aantal positieve en negatieve kanten van de TUE. Een positieve waardering viel de TUE-campus ten deel. ‘Er zijn wel eens mensen die zeggen dat de TUE grijs is’, aldus Rem, ‘maar dat zijn dan vooral mensen van de TUE zelf. Wanneer je met buitenstaanders over het TUE-terrein wandelt, valt het iedereen op hoe mooi groen het is. Zeker het dal van de Dommel gooit hoge ogen. Daar komt nog bij dat al dit fraais slechts op een paar minuten loopafstand ligt van het Centraal Station van Eindhoven.’ Hoge functionele waarde kent Rem toe aan het loopbruggenstelsel tussen de gebouwen van de TUE.
Zuidoost-Brabant, zo bleek uit het betoog van Rem, is voor een technische universiteit voorts een uitstekende omgeving om te vertoeven. Het zuidoostelijke deel van Nederland wordt tegenwoordig wel geafficheerd als ‘industriële mainport van Nederland’. Alhoewel dit in de zaal enig onderdrukt gelach tot gevolg had, bleek uit de cijfers en grafieken die Rem presenteerde toch dat dit terecht was. Zuidoost-Brabant is de meest kennisintensieve regio van heel Nederland, op afstand gevolgd door nota bene de Gooi- en Vechtstreek. De cijfers, zo meldde Rem tussen neus en lippen door, waren afkomstig van het ministerie van Economische Zaken en dus onafhankelijk opgesteld. Verder is Zuidoost-Brabant een regio die boven het landelijk gemiddelde uitsteekt waar het de industrialisatie betreft. Het aandeel dat de regio heeft in moderne industrie heeft springt er ook uit.
Ontwerpersopleidingen
Maar de TUE weet soms niet goed te profiteren van deze stimulerende omgeving, zo bleek uit het vervolg van Rem’s verhaal. Het aantal wetenschappelijke publikaties ten opzichte van andere universiteiten valt, zeker gezien het aantal personeelsleden, relatief tegen. Ook het aantal proefschriften mag best hoger van Rem. Verontrustend is naar zijn idee het feit dat een concurrerende universiteit als Twente meer geld uit het bedrijfsleven genereert dan de TUE. Dat klemt des te meer, omdat de eerste geldstroom fors terugloopt. Gemiddeld blijkt de TUE meer geld uit de eerste geldstroom te krijgen dan andere universiteiten.
De eerste prioriteit van de TUE, zo sloot Rem zijn verhaal af, ligt bij het aanbieden van hoogwaardig technisch onderwijs. Hij gaf aan dat de TUE daar al aardig wat aan doet, met als voorbeeld de ontwerpersopleidingen, een bij het bedrijfsleven zeer populaire activiteit van de TUE. Technology assessment mag wat Rem betreft wel wat meer gaan leven bij de TUE. Voor een item als continuing education zou de TUE misschien een instelling als het Stan Ackermans Instituut moeten oprichten.
Bij de vragenronde aan het einde van de bijeenkomst bleek dat Rem TEMA wel wat meer in de publiciteit zou willen hebben. Zeker voor wat betreft technology assessment zou deze opleiding voor de TUE meer kunnen betekenen.
De bijeenkomst duurde nauwelijks een uur, maar de aanwezigen gingen toch met een heel wat duidelijker beeld over de opvattingen van de rector designatus terug naar de collegezaal of hun werk. Jammer genoeg waren dat er niet veel; de bijeenkomst had een ronduit beschamende opkomst van ongeveer dertig man.