Al sinds de jaren zestig is
er sprake van uitbreiding en nieuwbouw van het Van Abbemuseum. Dit om de
eigen collectie te kunnen tonen. Die bouwplannen laten in elk geval nog
minimaal twee jaar op zich wachten. Tot zolang zit het museum nog in de
oude Philipswinkel aan de Vonderweg, die voor de tweede keer uiterst fraai
verbouwd is. De tentoonstelling geeft een mooi overzicht van de kunstgeschiedenis
na 1900, maar door de aaneenschakeling van de ruimten zijn ook interessante
dwarsdoorsnedes te maken, waardoor de ontwikkeling van de kunst nog beter
te zien is.
Het museum ontstond toen de sigarenfabrikant Henri van Abbe in 1933
opdracht gaf voor de bouw ervan. Hij schonk het in 1936 aan de stad, inclusief
een aantal schilderijen uit zijn eigen collectie, want geld was er nauwelijks.
Het museum bevatte naast de geschonken werken van Van Abbe zelf (Toorop,
Willink, Sluyters) ook vaandels en trommels van de gilden. Pas met de aanstelling
in 1946 van Edy de Wilde, met 25 jaar de jongste museumdirecteur van Nederland,
verandert dat. Hij overtuigt de gemeente ervan dat een totaaloverzicht
van de hele kunstgeschiedenis vanaf de zeventiende eeuw - iets wat de gemeente
voor ogen had - niet te betalen is. En als ze dat toch wilden adviseerde
De Wilde de gemeenteraad om wandplaten aan te schaffen. Het Van Abbe richt
zich van nu af aan (1955) op moderne en hedendaagse kunst met een uniek
collectiebeleid.
Meesterzet
Tegelijk met de tentoonstellingen van hedendaagse kunstenaars wordt
er van hen werk aangekocht, waardoor men een eigentijdse collectie aanlegt,
die ook nog betaalbaar is. Daarnaast wordt ook de bestaande collectie aangevuld
en uitgebreid. Die bevat onder meer werk van Chagall, Picasso, Mondriaan,
Appel, Bacon, Marlene Dumas, Rene Daniels, Hartung, Bracque, Kandinsky,
Leger, Kokoschka, Delauney, Beckman, Gris, Corneille, Van der Leck, Beuys,
Armando, Dibbets, Warhol, Duchamp, Judd. Maar ook werk van mediakunstenaars
als Bill Viola en Tony Oursler.
Jean Leering, momenteel hoogleraar aan de TUE en van 1964-1974 directeur
van het Van Abbe, organiseert de eerste tentoonstelling van Joseph Beuys
in Nederland en hij weet één van de twee replica’s van de Lichtraummodulator
van Moholy Nagy binnen te halen. Zijn meesterzet was de aankoop van ruim
honderd werken van kunstenaar-architect El Lissitzky. Leering besteedt
ook veel aandacht aan de maatschappelijke bewustwording en organiseert
een aantal discussie-avonden, waar ook de ‘gewone’ Eindhovenaar het woord
voert.
Te frivool
Fuchs, zijn opvolger, moet van dat laatste niets hebben. Als één
van zijn eerste daden laat hij de bankjes uit het museum verwijderen, omdat
‘het een beetje te frivool was geworden.’ Fuchs wilde een streng, puriteins
museum. ‘Ik heb alle banken laten verwijderen, mensen mochten niet meer
gaan zitten, vond ik. Ik heb hier nooit van die kankerpartijen meegemaakt
zoals je vaak in het Kröller-Möller ziet: dan gaan er van die bustochten
naar de wildvoederplaats en dan koffiedrinken in het museum. Dat wordt
giechelen of lachen om die rare kunst.’
Jan Debbaut, Fuchs’ vroegere rechterhand, neemt het roer in 1986 over
en neemt de (omstreden) uitbreiding ter hand. Vooral om de eigen collectie
permanent te kunnen tonen en daarmee de woorden van Edy de Wilde te kunnen
logenstraffen. Die zei in 1982: ‘Ik durf gerust te zeggen dat er nergens
in Europa een collectie te vinden is die zo compact en toch zo volledig
is. Overal in de Westerse wereld is dat bekend, behalve in Eindhoven.’
Vorig jaar organiseerde De Effenaar voor het eerst een gecombineerde
film- en muziekavond rond één thema. Dat beviel zo goed dat het dit jaar
herhaald wordt met de ‘Spacenight’ van de Duitse regisseur Andrei Ujica.
Vertoond wordt de film ‘Out of present’. Daarin wordt origineel archiefmateriaal,
waaronder de allereerste 35 mm beelden van het universum, zo perfect gemonteerd,
dat er een nieuwe thriller ontstaat. Het verhaal speelt zich af rond twee
kosmonauten die in 1991 door de Sovjet-Unie de ruimte werden ingestuurd
naar het ruimtestation MIR. Een van hen kwam na vijf maanden terug, de
ander pas na tien maanden. Oftewel na de revolutie rond Gorbatsjov die
toen plaatsgevonden had. Na de film is er het Basement Beauty’s Ball, waarin
spacemuziek de boventoon voert met ‘Get Spacy’. Te zien en horen op 28
mei.