Cultuer

Herkansing voor de passie en blues-chansons van Arno

Wie Arno Hintjes vorige keer gemist heeft in het Muziekcentrum (zie Cursor 26) krijgt alsnog een herkansing. Arno, synoniem aan passie, gestileerde en/of rauwe melancholische blues-chansons en altijd bewegend en gesticulerend als Joe Cocker in zijn beste dagen, komt op 14 juni in De Effenaar. De Belgische ex-zanger van TC Matic speelt nummers van zijn prachtige CD ‘Arno à là Francaise’, maar ongetwijfeld ook oudere hits als ‘Putain Putain’, ‘Elle adore le noir’ en ‘Ratata’. Voor iedereen die van eerlijke muziek houdt, ‘straight to the heart’.

Nederland herontdekt de Arno Hintjes (1949, Oostende) van nà de succesen met TC Matic. Interviews verschenen in Muziekkrant Oor en op teevee bij het programma ‘Kunstmest’ en hij trad op in de ‘Zeven Meter Sessies’. Arno vergelijkt zijn muziek graag met koken: neem wat kip, selderie en allerlei andere ingrediënten en maak er een goede pot au feu van. Zo ook zijn muziek die allelei stijlen bevat. Hij vermengt Europese en zwarte muziek, maar vooral de blues en het chanson.
Een opschepper is Arno niet, liever noemt hij het vreselijk veel geluk, getuige het volgende verhaal dat hij regelmatig vertelt: ‘Ik zat in een stoel en er werd op de deur geklopt. Dat was Mr. Lucky. Ik heb opengedaan en daaraan heb ik alles te danken.’ Maar ook aan zijn hekel aan werken, want muziek is zijn maîtresse en optreden is voor hem geen werk. Weinigen weten dat Arno ook filmmuziek componeert, zoals voor ‘Merci la vie’ van Bertrand Blier en ‘Suite 16’ met Antonie Kamerling van Dominique Deruddere. Hij zet werk van Jacques Brel en Leo Ferre naar zijn hand en maakt eigen blues- en rockcomposities, vaak naar eigen ervaringen. Bij een benefietconcert voor Sarajevo vond hij het schrijnend om te merken dat het Westen zich volvreet met XTC en Prozac en dat men zich druk maakt om een kapotte teevee of elektrische tandenborstel. Dat, terwijl duizend kilometer verder mensen van de honger kreperen. Goed voor het door merg en been gaande ‘Laisse moi danser’.

100 jaar film: Amerika tegen de rest

door Gerard Verhoogt
Als iets de filmwereld de laatste twintig jaar kenmerkt is het de dominantie van de Amerikaanse cinema. Nieuwe filmstromingen zijn er nauwelijks, of het moet de Nouveau Violence zijn. Hoewel menigeen zich afvraagt of dat een stroming of trend is. De belangrijkste verandering vond plaats op technologisch gebied: het gebruik van grote computers die de meest fantastische special effects mogelijk maken.
Het waren en zijn de succesjaren van Francis Ford Coppola (‘Apocalypse Now’; ‘The Godfather I, II en III’; ‘Dracula’), Martin Scorsese, vaak met vaste acteur Robert de Niro (‘Taxi Driver’; ‘Raging Bull’; ‘Cape Fear’) en Steven Spielberg (‘Jaws’; ‘ET’; ‘Indiana Jones’; ‘Jurassic Park’). Spielberg kreeg zijn eerste Oscar echter pas voor het serieuze ‘Schindler’s List’. George Lucas verfilmde ‘Star Wars’, maar richtte ook Industrial Light and Magic op. Dat bedrijf zorgde voor dé doorbraak van computeranimaties in onder meer ‘Jurassic Park’. Van Amerikaanse makelij zijn ook kaskrakers als ‘Alien’; ‘The Bluesbrothers’; ‘Ghost Busters’; ‘Back to the Future’; ‘Basic Instinct’; ‘Thelma and Louise’; ‘Robocop’; ‘Dancing with Wolves’ en vele andere. Veel traditionele (Europese) filmlanden proberen de Amerikaanse dominantie te stoppen door hun filmindustrie ruim te subsidiëren (Frankrijk, Spanje, Italië), contracten aan te gaan met tv-maatschappijen en door beperkingen af te dingen bij de Gatt-onderhandelingen. Het tast de Amerikaanse positie nauwelijks aan. Om een idee te geven: ‘Jurassic Park’ bracht in het eerste weekend 50 miljoen dollar op, in de eerste week 81 miljoen en wereldwijd 1 biljoen dollar. Een beetje Amerikaanse film kost al gauw rond de 40 miljoen dollar, terwijl de omloopsnelheid klein is door de videobranche.

Oosterse cinema
Daartegenover staat dat de oosterse cinema de laatste tien jaar sterk in opkomst is. De Taiwanese regisseur Hou Hsiao-Hsien wint in 1989 de Gouden Leeuw op het filmfestival van Venetië. Vooral Chinese regisseurs als Chen Kaige en Zhang Yimou maken prachtfilms. Kaige met ‘King of the Children’ en ‘Farewell to my Concubine’ (winnaar van de Gouden Palm in Cannes) en van Yimou ‘Het rode korenveld’, ‘Raise the Red Latern’ en ‘Yu Dou’. Navrant is dat hun films vaak noodgedwongen worden geproduceerd en gedistribueerd vanuit Taiwan of Hong Kong door de politieke situatie in China. Kaige en Yimou zijn dan ook overal ter wereld bekender dan in China. En de laatste jaren timmert Hong Kong aan de weg. Er zijn de gestileerde actiefilms van John Woo, nu werkzaam in Hollywood, en het nieuwe talent Wong Kar Wai met rauwe films als ‘Chunking Express’ en ‘Fallen Angels’. Ze sluiten beiden nauw aan bij de ‘Nouveau Violence’ van Quentin Tarantino. Die had niet alleen hits met ‘Pulp Fiction’ en ‘Reservoir Dogs’, maar schreef ook scenario’s als ‘Natural Born Killers’ voor Oliver Stone.

Eigenzinnigheid
Toch blijven er altijd eigenzinnige regisseurs als Hal Hartley (‘Trust’), Jim Jarmush (‘Down by Law’) en Spike Lee (‘Do the right thing’). Als een van de weinige regisseurs beschikt Lee wèl over miljoenen, maar weigert om naar Hollywood te gaan omdat hij onafhankelijk wil blijven. Einzelgänger David Lynch (‘Blue Velvet’ en winnaar in Cannes met ‘Wild at Heart’) is een van de filmers die ook de stap naar de teevee maakten met ‘Twin Peaks’. In Europa hebben Lars von Trier (‘Europa’), de droogkomische Fin Aki Kaurismäki (The Matchfactory Girl; ‘Leningrad Cowboys go America’) en de Oostenrijker Michel Haneke (Benny’s Video) zo’n onafhankelijke positie. Eigenzinnig was ook de onlangs overleden Krzysztof Kieslowski (‘Dekalog’ en het drieluik ‘Trois Couleurs Blanc, Bleu en Rouge’) evenals de Nieuw-zeelandse Jane Campion. Ze was de eerste vrouw die de Gouden Palm in Cannes won met ‘The Piano’.
Wie films uit 1975-1995 wil zien kan de komende maand terecht bij Plaza Futura, die rondom 100 jaar film films vertoont als ‘Lola’ (Fassbinder), ‘ET’ (Spielberg), ‘Paris, Texas’ (Wim Wenders), de Nederlandse Oscarwinnaar ‘De Aanslag’ van Fons Rademakers, ‘Short Cuts’ (Robert Altman) en ‘Het rode korenveld’ van Zang Yimou. Daarnaast draait er een Michael Haneke-trilogie.