Studietempo stijgt niet

door Hanne Obbink HOP
Wie deze cijfers vergelijkt met gegevens die het ministerie van Onderwijs een paar jaar geleden verzamelde, komt tot de slotsom dat de jongste lichtingen het precies even goed (of slecht) doen als degenen die in 1982 en 1983 zijn begonnen. Ook van die lichtingen haalde 19 procent zijn diploma na vijf jaar. In het aantal studenten dat na zes jaar is afgestudeerd, zit evenmin veel beweging. Dat schommelt al jaren tussen de 42 en 45 procent van het totaal. Volgens de VSNU-cijfers was dit percentage de afgelopen jaren 44.
Wel duidelijk veranderd is het rendement van de propedeuse. Eind jaren tachtig haalde ongeveer tweederde binnen twee jaar de propedeuse. Dat aantal is gedaald tot 56 procent van degenen die in 1992 en 1993 aan de studie begonnen. Dat zou erop kunnen wijzen dat er in de propedeuse strenger geselecteerd wordt. Studenten zijn door de maatregelen van minister Ritzen dus niet sneller gaan studeren. Wel lijkt Ritzen bereikt te hebben dat zwakke studenten minder lang blijven hangen. Cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek deze zomer publiceerde laten althans zien dat steeds meer studenten stoppen met hun studie zonder een diploma gehaald te hebben. In 1990 had dertig procent van de studenten die de universiteit verlieten geen diploma; in 1994 was dat opgelopen tot veertig.