Werknemers Cemsto wachten aanbestedingsbeslissing af

door Gerard Verhoogt

‘Durven jullie actie te ondernemen, om te gaan staken?’ ‘Hèndig.’ Woorden van deze strekking klonken meermalen spontaan op tijdens de actievergadering die de FNV maandag hield. De actiebereidheid onder de schoonmakers van Cemsto, circa 40 deelnemers van de 104 die bij de TUE werken, was groot. FNV-districtsvoorzitter Mari Martens maant ze voorlopig tot kalmte: ‘Stakingsacties kunnen pas als alles geprobeerd is om te overleggen.’ In een brief eist de FNV een garantie van de TUE dat alle schoonmakers daar onder dezelfde arbeidsvoorwaarden kunnen blijven werken. Maar naast de actiebereidheid bleef ook de ongerustheid bij de Cemsto-werknemers.

In het voorjaar werd bekend dat de TUE het contract met Cemsto niet verlengde. Een contract ter waarde van circa vier miljoen gulden per jaar. Er volgde een nieuwe inschrijving waar meerdere bedrijven aan mee konden doen. Omdat de TUE zo groot is, verdeelde die het werk in twee clusters, met aparte inschrijving voor twee bedrijven, die elk een van de twee delen krijgen. Cyril Quirijnen, hoofd Dienst Interne Zaken van de TUE: ‘Zo kan ook de gezonde concurrentie een rol spelen en kunnen we bovendien het risico spreiden. De nieuwe bedrijven krijgen een contract voor vijf jaar.’ Maar waarom nu ineens die aanbesteding bij meer bedrijven? Quirijnen: ‘Sinds 1957 werd het contract met Cemsto steeds stilzwijgend verlengd, want de TUE is helemaal niet ontevreden over de Cemsto. We moeten sinds 1994 bij Europese richtlijn voor de diensten eens in de zoveel tijd (maximaal vijf jaar) een open inschrijving doen. Wij houden een besloten inschrijving, zodat we tevoren criteria op kunnen stellen om alleen serieuze bedrijven te krijgen. Het is ook ‘niet ongezond’ om je op de markt te oriënteren.’

CAO
Cemsto heeft uit voorzorg collectief ontslag aangevraagd voor alle werknemers, omdat het onduidelijk is of ze een deel van het werk krijgen. De kans dat deze ontslagen ingetrokken worden is volgens Cemsto-directeur Henk Verstappen uiterst klein. Martens vindt ook dat de TUE de plicht heeft om het huidige personeel aan het werk te houden, met behoud van de huidige arbeidsvoorwaarden. Quirijnen hierover: ‘Nogmaals, de TUE is niet ontevreden over de Cemsto. Maar we zijn er ook ‘niet mee getrouwd’, het is niet onze verantwoordelijkheid om het personeel van Cemsto aan het werk te houden.’
De CAO voor het schoonmaakpersoneel kent een zogenaamde 50%-regel als het werk in andere handen overgaat. Cemsto kan maar voor een deel van het werk inschrijven. Zit die niet bij de gegadigden, dan moeten de andere twee bedrijven volgens de CAO vijftig procent van het aantal nieuwe formatieplaatsen, dat zijn er dus vijftig, overnemen; 25 per bedrijf en dan is de positie van 54 mensen bedreigd. Is Cemsto een van de twee bedrijven die bij de TUE aan de slag kunnen, dan nemen ze zelf vijftig mensen over, het andere bedrijf 25 en is de positie van 25 mensen bedreigd.
Quirijnen: ‘Het spreekt voor zich dat het ook in het belang van het nieuwe bedrijf is om zoveel mogelijk mensen die op de TUE werken en de situatie goed kennen, in dienst te nemen.’

Oudere Cemsto-werknemers verkeren in onzekere positie

De CAO voor schoonmaakperso-neel schrijft ook voor dat er een afspiegeling van de anciënniteit moet zijn onder het nieuwe personeel. Daardoor kunnen niet alleen jongere werknemers van de Cemsto aangenomen worden. FNV’er Martens heeft daar zo zijn eigen gedachten over: ‘Met de moordende concurrentie in de schoonmaakbranche vrees ik voor de oudere en duurdere werknemers. Wie daarvan niet mee overgaat naar de TUE, komt nog moeilijk aan de bak. En wie controleert die anciënniteit? De TUE heeft de morele plicht om àl deze mensen het werk te laten doen, desnoods in een ander bedrijf. Als de TUE de bedrijven verplicht om dezelfde mensen aan te nemen lukt dat wel, dat gebeurt informeel wel vaker.’ Directeur Verstappen beaamt dit: ‘Ondanks de zware concurrentie en een inkrimpende markt loopt zoiets meestal soepel. We hebben ook al een vacaturestop.’ Maar ook hij kan niet garanderen dat de oudere werknemers die niet mee gaan naar het nieuwe bedrijf, weer nieuw werk krijgen.’
Quirijnen: ‘Eén van de criteria was dat bedrijven tevoren moesten aangeven hoeveel jeugdigen en ouderen men wil gaan gebruiken. Wij willen ook ouder personeel, die kennen de TUE goed en kunnen ‘toezicht’ houden. Dit controleren we zeker.’

Voorbeeldfunctie
Intussen groeit de onrust onder de Cemsto-werknemers, zo blijkt op de actievergadering. Sommigen hebben al ander werk gezocht (en gevonden), anderen hebben interesse voor vergelijkbaar werk bij de Hogeschool Eindhoven, ook bij Cemsto. Er zijn verhalen dat één baan van dure krachten (de ouderen) vervangen zal worden door twee Melkertbanen. Noch Martens, noch Verstappen is hier iets van bekend. Uit de zaal klinkt instemming, iemand zegt: ‘Dalijk zijn er twee bedrijven, maar één portemonnee.’
Ook bestaat het vermoeden dat er al een keuze onder het personeel is gemaakt. Nog een bron van ergernis: wie niet meer bij Cemsto werkt, telt nog wel in het bestand mee. Verstappen beaamt dat: ‘Als men dat wil kan men ingeschreven blijven. Maar bij de verdeling van het nieuwe werk hebben de anderen, die nog op de TUE werken, wel voorrang.’
Op het eind van de vergadering vraagt Martens hoe TUE-medewerkers op de werkplek reageren. ‘Bij ons snappen ze niet dat ze zo met ons omgaan en dat wij nog niets gedaan hebben. Maar we hebben al handtekeningen’, is één van de reacties. Iemand anders: ‘Het moet benadrukt worden dat de TUE menselijker met zijn personeel om moet gaan, ook omdat de TUE een voorbeeldfunctie heeft in de maatschappij.’ Woensdagmorgen ontving Quirijnen en secretaris Harrie Roumen van het personeel van het paviljoen tweehonderd handtekeningen, waarbij aangedrongen werd op het behoud van de werkplaatsen van de Cemsto-werknemers. Waarschijnlijk neemt het college van bestuur deze week een beslissing welke bedrijven het schoonmaakwerk krijgen.