Schuimbekken
‘Ik heb een vriendje!’ Tanja kwam met een gigantische grijns op haar gezicht de Schuimkraag binnenlopen, of zweven is eigenlijk een beter woord. De Slak en Sander keken op van hun potje bier. ‘Ik ben verliefd. Yes!’ De eerstejaars, maar zeer volgroeide Tanja vloog haar huisgenoot om de nek. ‘Hoi, lekker ding’, zei ze, terwijl ze Sander een zoen gaf. ‘Ga je eens scheren, vent!’ Sander werd nog even door zijn lange haren gewoeld en daarna plooide ze zich om Slak’s nek. ‘Snor, een rondje van mij!’ Terwijl de barman naar zijn kranen liep, vroeg de Slak voorzichtig: ‘Is er dan niks meer tussen jou en de Snor?’ ‘Welnee gekkie, dat stelde toch niks voor. Dat was echt niet serieus, nietwaar Snor?’ De tapper plaatste de glazen op de viltjes en bromde wat onverstaanbaars. De stamgasten wisten dat de Snor een man van weinig woorden was, maar een goed verstaander heeft maar een halve brom nodig. Zoals een hondenbezitter precies kan horen wat zijn viervoeter wil aan de toon van zijn geblaf, zo wisten deze studenten na al die jaren precies wat de Snor bromde. Het zat wel goed, concludeerden de Slak en Sander.
‘Wat is het voor een vent?’, wilde Sander weten. Tenslotte zou hij waarschijnlijk binnenkort de ontbijt-, c.q. lunchtafel met hem moeten delen. ‘Het is een vierdejaars corpslid. Ik moest een handtekening van hem hebben, maar ik kreeg heel wat meer.’ De Slak zuchtte. ‘Ik ben trouwens ook smoorverliefd.’ Sander en Tanja keken verbaasd op. De Slak is een jongen die heel erg populair is, maar nog nooit een vriendin heeft gehad. ‘Vertel op, wie is het?’ ‘Het Mexx-meisje. Tjonge, wat een poppetje.’ Sander lachte: ‘Die heeft al een vriend. Dat kun je toch duidelijk zien.’ De Slak zuchtte. ‘Ja, lach maar om mijn emoties.’ ‘Ach kom nou Slak’, zei zijn vriend, ‘je hebt al het Fa-meisje op je slaapkamer en het H&M-meisje en de Sloggi-meisjes. Je hebt al een hele tweedimensionale harem!’ De Slak lachte gewoon mee, maar zijn rechterhand voelde in zijn broekzak. Daar zat een klein aluminium buisje waar een X-vorm in gezaagd was en twee hoekjes uitgebroken. Hij wist nog bushokjes die dit oude systeem gebruikten en hij dacht: ‘She will be mine, oh yes, she will be mine.’
Een paar uur later fietste de Slak dolgelukkig met een rol papier onder zijn arm naar huis. Misschien had hij iets te veel gedronken, want het leek net alsof het fietspad steeds even blauw werd. ‘Komt u maar even mee naar het bureau meneer.’ Nadat de Slak twee uur in een cel had zitten wachten ‘om alvast maar even te wennen, meneertje’, kreeg hij de Zaanse verhoormethode voor de kiezen. Een uur lang werd de Slak doorgezaagd. ‘Je hebt vast veel meer posters op je kamer!’ ‘Nee hoor.’ ‘En u reed bovendien zonder licht!’ ‘Ja, maar de zon was al bijna op.’ ‘Inderdaad, maar u heeft bovendien helemaal geen licht.’ Na anderhalf uur praten, de Slak begon al aardig nuchter te worden, bond de agent in. Er werd een AQ’tje 24 ingevuld: betreden danwel beklimmen van openbare danwel particuliere gebouwen danwel constructies: fl. 75,- boete. Het had de Slak nog heel wat moeite gekost de agent over te halen dat hij niet bij hem thuis zou komen kijken. Op zijn fietsje naar huis besloot de Slak dat hij direct alle posters en borden die hij had weg zou gooien. Met een enorme kater sleepte de Slak zich de trap op naar zijn kamertje. De zon stond al hoog aan de hemel en hij wilde alleen nog maar slapen. Er zat iets achter zijn deurklink geklemd. Een rol papier met een strik erom en een briefje: ‘Alsjeblieft verliefde knul, een cadeautje van je Schuimsmarcheerder-vriendjes Sander en Tanja’.

Rati

Schuimbekken is een wekelijks terugkerend feuilleton over een groep studenten, die als vaste uitvalsbasis voor hun activiteiten het café De Schuimkraag hebben.