‘Wij zijn niet een soort Sinterklaas, maar we geven wel geld voor studentenactiviteiten’

door Siem Simonis

De Stichting Fonds Studentenvoorzieningen Eindhoven vierde op 17 augustus haar zesde lustrum. Stichting Fonds is in de studentenwereld niet zo’n bekende instelling. Toch biedt zij al dertig jaar financiële steun voor studentenactiviteiten. Achter de schermen opereert de stichting als een Maecenas voor organisaties die het studentenleven in Eindhoven stimuleren. Gezelligheidsverenigingen, sportverenigingen en festivalcommissies hebben de weg naar deze weldoener weten te vinden en kloppen regelmatig aan. Maar Stichting Fonds ondersteunt ook actieve studenten die een auditorenlening moeten aangaan.

Bij het oprichten van de TUE in 1956 worden direct de Eindhovense burgers betrokken. Verenigd in een Burgerijcommissie denken zij na over de voorzieningen die de stad voor de aankomende studenten moet treffen. In januari 1957 richt de Burgerijcommissie de Stichting Studentenvoorzieningen Eindhoven (SSE) op, waarin burgers, universiteitsmensen en studenten zitting hebben. De eerste voorzitter van de SSE was Huub van Doorne, oprichter van DAF. Begaan met het lot van studenten, deed Van Doorne een pand cadeau om als studentencentrum te dienen. De opbrengst uit de verkoop van dit stuk onroerend goed leverde ruim twee ton kapitaal op voor het negen jaar later op te richten Stichting Fonds.

Burger-bestuursleden
In augustus 1966 werd de Stichting Fonds Studentenvoorzieningen Eindhoven (SFSE) opgericht om niet-subsidiabele studentenvoorzieningen te ondersteunen. Alhoewel de Stichting Fonds onafhankelijk is van Stichting Studentenvoorzieningen, bestaat het bestuur van de twee stichtingen de eerste acht jaar nog uit dezelfde personen. Ook tegenwoordig is aan het bestuur nog de herkomst van de SFSE af te lezen. In het bestuur hebben naast twee CvB-leden en drie studentleden nog altijd drie mensen uit de burgerij zitting, die de functies voorzitter, penningmeester en secretaris vervullen. Traditiegetrouw worden de ‘burger-bestuursleden’ geworven bij de drie grote bedrijven die Eindhoven rijk is: Philips, DAF en de Rabobank. Deze drie bedrijven zijn in de beginjaren van de SFSE dan ook de grote gevers geweest die ervoor gezorgd hebben dat de stichting over voldoende kapitaal beschikt.
De drie studentbestuurders worden geïnstalleerd op voordracht van de studentengezelligheidsverenigingen en de universiteitsraad. Arine Crielaard, oud-bestuurslid van SSRE, werd door de studentenverenigingen genomineerd. Zij vertelt welke organisaties geld van de Stichting Fonds kunnen krijgen. ‘Studieverenigingen, sportverenigingen, cultuurverenigingen, festivalcommissies, noem maar op. Zo hebben wij veel bijgedragen aan de oprichting van het culturele centrum aan de Kanaalstraat. Maar ook een Tunafestival of VIRUS heeft geld van ons gehad.’ Elly van den Broek, adviseur van het stichtingsbestuur voegt daar aan toe: ‘Er komen bij mij ook veel aanvragen binnen van disputen. Daar kunnen we meestal niet op ingaan. De activiteit waar het geld voor gebruikt wordt, moet algemeen toegankelijk zijn. Het is dus zeker niet bedoeld voor feestjes voor een klein publiek.’
Ook studieverenigingen kloppen soms vergeefs aan bij de Stichting Fonds. Van den Broek: ‘Studiereizen subsidiëren wij niet. Dat vinden wij de verantwoordelijkheid van de faculteit. In principe bekostigen wij geen jaarlijks terugkerende evenementen. Die moeten op eigen benen kunnen staan. De Stichting Fonds moet niet als een sponsor gezien worden.’

Kosten laag houden
Hoe gaat de aanvraag voor een financiële bijdrage in zijn werk? Gerrit Vroom, penningmeester van de SFSE, legt dit uit. ‘Eerst dien je een gespecificeerde begroting plus je aanvraag in. Die aanvraag hoeft niet per se voor een gift te zijn. Wij geven ook leningen of garantstellingen. Zo lenen wij de introcommissie ieder jaar geld om de vijfhonderd T-shirts voor de kroegentocht voor te kunnen financieren. Dan komt je aanvraag bij het bestuur, die je eventueel nog vraagt om deze toe te komen lichten.’ Van den Broek vertelt lachend: ‘De studentbestuurders zijn bij het beoordelen van de aanvragen meestal het meest kritisch.’ Crielaard reageert hierop: ‘De studenten hebben veelal ervaring met het organiseren van activiteiten. Zodoende hebben zij er meer zicht op of dingen haalbaar zijn.’
Bij de beoordeling let het bestuur op een aantal criteria. Er wordt niet alleen gekeken naar de haal-baarheid. De bestuurders vinden het ook heel belangrijk dat de organisatoren laten zien dat zij er alles aan doen om de kosten zo laag mogelijk te houden. Dit kan zijn door het zoeken van sponso-ring, maar ook door zelf de handen uit de mouwen te steken. Van den Broek: ‘Zo hebben wij de ten-nisvereniging Fellenoord een gift gedaan om nieuwe verlichting aan te leggen. Om de kosten te drukken, hebben ze zelf de sleuven voor de bedrading gegraven.’
Bij aanvragen van sportverenigin-gen neemt de Stichting Fonds altijd contact op met de directeur van het sportcentrum. Sportverenigingen hebben wel iets meer kans op een financiële bijdrage. De SFSE heeft namelijk een extra potje voor sportactiviteiten. Frans Otten, oudvice-president van Philips, heeft ooit met Kerstmis een bedrag van 50.000 gulden geschonken, die gebruikt mocht worden voor de stimulering van sportactiviteiten.

Kennisoverdracht
Vroom vertelt dat het niet echt storm loopt met de aanvragen bij de Stichting Fonds. ‘Wat wij jaarlijks uitkeren kan variëren van een paar duizend gulden tot een paar ton. De laatste jaren zijn er eigenlijk te weinig aanvragen geweest, want het kapitaal groeit nog steeds.’ Crielaard denkt dat het niet aan de bekendheid van de SFSE ligt: ‘Bij de besturen van de verschillende verenigingen zijn wij wel bekend, alhoewel ik vind dat de kennisoverdracht tussen opvolgende besturen erg slecht is. Maar daarom sturen wij ieder jaar een brief naar de verschillende besturen om ze op ons bestaan te attenderen.’
De Stichting Fonds geeft overigens niet alleen geld voor de organisatie van activiteiten. Sinds twee jaar verstrekt de SFSE ook rentesubsidies voor studenten die een auditorenlening gaan afsluiten. De subsidie is bedoeld voor ex-bestuurders van studie- en studentenverenigingen, die niet in aanmerking komen voor het auditorenfonds. De Stichting Fonds neemt voor deze personen de rentelasten van de auditorenlening over.

EHBO-tapperscursussen
Tenslotte is er één voorziening die jaarlijks door de SFSE gesponsord wordt en waarbij de stichting dus een uitzondering op haar eigen regels maakt. De EHBO-cursussen die ieder jaar voor studenten gegeven worden aan de TUE worden structureel door de Stichting Fonds bekostigd. Van den Broek: ‘Voor deze cursussen is altijd belangstelling. De SFSE betaalt het cursusmateriaal en de instructeur. De deelnemende studenten betalen het symbolische bedrag van tien gulden. Erg in trek zijn ook de speciale EHBO-tapperscursussen. Daarbij wordt het barpersoneel van de verschillende verenigingen in drie avonden geleerd eerste hulp te verlenen bij de belangrijkste verwondingen die in café’s kunnen optreden.’