Chemie krijgt eerste ‘Ritzen-hoogleraren’

door Frank Steenkamp HOP

Minister Ritzen heeft het plan uitgewerkt om met extra geld alvast jonge hoogleraren aan te stellen in vakgebieden waar de continuïteit in gevaar komt door de komende ‘pensioengolf’. Als experiment krijgen de universitaire chemici de primeur van deze Ritzen-proffen. Tijdelijk kunnen ze er ongeveer twintig aanstellen. In totaal gaat dat zo’n 20 miljoen gulden kosten. De helft daarvan betaalt de minister.

De bewindsman had eerder toegezegd dat hij op Prinsjesdag met een plan komt om in vakgebieden die met vergrijzing kampen, tijdelijk een extra aantal jonge hoogleraren aan te stellen.
Op een landelijk chemie-congres heeft top-ambtenaar ir.R. de Wijkerslooth nu meer details bekend gemaakt. De minister steekt komend jaar 10 miljoen gulden in het experiment; hij verwacht dat de universiteiten en onderzoekfinancier NWO daar samen eenzelfde bedrag aan toevoegen. In totaal ontstaat zo een pot van 20 miljoen. Daarvan kunnen de komende jaren naar schatting twintig hoogleraren tijdelijk worden aangesteld, inclusief bijkomende kosten. Wat vergrijzing betreft is de universitaire chemie al langer een erkend probleem-gebied. In de jaren zestig groeide het vak sterk en kon men veel staf-leden aanstellen. In de decennia daarna was de groei eruit en waren er nauwelijks vaste aanstel-lingen te vergeven. Het gevolg is een zeer scheve leeftijdsopbouw. Daardoor gaan er de komende tien jaar 80 chemiehoogleraren met pensioen, en dreigt er een tekort aan opvolgers. Naar schatting kunnen de universiteiten zelf hooguit 30 geschikte kandidaten leveren. Hoe de plaatsen voor Ritzenhoogleraren precies in gebruikt worden, moet in praktijk blijken. Deels zullen ze wellicht gebruikt worden om te voorkomen dat geschikte interne kandidaten naar elders verdwijnen. Maar ze kunnen ook dienen om tijdig talent van buitenaf aan te trekken en in te werken. In beide gevallen zullen er op één leerstoel tijdelijk twee hoogleraren zitten.
In universitaire kringen zijn vooraf al twijfels geuit over deze ‘dakpanconstructie’. Want òf de vertrekkende prof moet vroegtijdig de teugels in onderwijs en onderzoek uit handen geven, òf de komende hoogleraar mag bij zijn start alleen maar toekijken. In dat laatste geval zal het niet meevallen om topkandidaten van buiten aan te trekken. Om dit probleem te verkleinen, krijgt elke Ritzen-hoogleraar nu waarschijnlijk een investeringsbudget mee om toch al wat eigen onderzoek te kunnen starten.