Taaltekens
Bulder (1941) studeerde in 1979 af aan de Kunstacademie van Arnhem en gaf tot 1985 les. Vanaf dat jaar is hij full-time beeldend vormgever, met als lijfspreuk ‘Zwervend langs taal en teken’. Al heel zijn leven is hij gefascineerd door (taal)tekens, waarvan vooral de eenvoudige en heldere vormen hem aantrekken. Het gebeurt hem regelmatig dat hij eerst ‘verliefd’ wordt op de vorm en het karakter van tekens, voor hij aan de inhoud toekomt. Bulder: ‘Een teken kan van alles zijn, een symbool of metafoor, die naar een bepaalde inhoud refereert; maar dit geldt alleen voor een grafische vorm of een gestileerd pictogram.’
Bulder houdt zich tegenwoordig ook bezig met gedichten, waarbij hij het taalteken gebruikt als beeld. De dichtregels van Bert Schierbeek ‘Schrijven is geloven in de woorden die je wantrouwt’ hebben voor hem algemene geldigheid. Bulder: ‘Dat dualisme vind ik heel spannend, het representeert de kick van het leven.’
Ontkrachten
Is een teken het begin van een nieuw werk, of een idee? En hoe verwerkt hij die twee? Bulder: ‘De tekens komen de ene keer wel, de andere keer niet manifest terug in het eindresultaat. Het begin is vaak een idee dat ik vertaal in een teken of een combinatie daarvan.
Eigenlijk voer ik steeds een constante dialoog, dat vaak in één gecomprimeerd beeld uitmondt. Voor het nieuwe gebouw ga ik uit van de begrippen ‘kristal’ en ‘kristalliseren’. Kristalvorming zie ik als een (organisch) groeiproces, dat alleen onder bepaalde voorwaarden plaatsvindt. Als metafoor kun je dit koppelen aan het algemene karakter van het onderwijs. Kristallen uit een ‘zelfde bad’ zijn in hun groeiwijze en vorm niet altijd gelijk. Kristalliseren kun je ook vertalen naar het onderwijs en de beroeps- en persoonlijke ontwikkeling van mensen. Met dat gedeelte ben ik nu bezig.’ Vervolgens probeert hij dit idee te vangen in een symbool, hetzij letters, hetzij tekens uit het periodieke systeem.
Bulder gaat een reliëf maken dat uit drie losse, geschakelde, houten basiselementen bestaat, de kristalvormen. Daarop groepeert hij op een aantal plaatsen en clustersgewijs kleinere kristal-elementen. Elk van deze basiselementen komt op een stalen frame om de trekspanningen, die ontstaan door temperatuurs- en vochtschommelingen, op te vangen. Op de houten ondergrond wordt coltron verlijmd, een non-woven kunststof vlies dat de Akzo ontwikkelde, en dat wordt gebruikt voor dakbedekking, vloerbedekking, dijkbeschoeiing of drainage. Bulder: ‘Daarna kan ik met de kleuren nog veel kanten op: ik kan het symbool versterken, maar het ook ontkrachten, daar ben ik nog niet uit. Dat is ook het dualistische.’