Techniek en Maatschappij en Technische Bedrijfskunde zullen geen vijfde studiejaar krijgen als het aan minister Hermans ligt. Decaan Wim van Gelder vindt het standpunt van de minister teleurstellend, maar aan de andere kant ook geruststellend. Hermans baseert zijn keuze namelijk op oude rapporten van vier jaar geleden. Die gaan niet meer op voor de huidige situatie.
Minister Hermans schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat er ‘geen dringende redenen zijn om voor de opleidingen Technische Bedrijfskunde, Technische Bestuurskunde en Techniek en Maatschappij een langere cursusduur in overweging te nemen.’ Dat betekent dat de twee opleidingen van de faculteit Technologie Management van de TUE van de minister geen vijfde jaar krijgen.
Al sinds 1995 bestaat er een verschil tussen de zogenaamde ‘techniekmanagement-opleidingen’ en andere ingenieursopleidingen. In dat jaar namelijk besloot de toenmalige minister Ritzen, mede op basis van een advies van de RCO (Raad van de Centrale Ondernemersorganisaties), dat de managementopleidingen met vier jaar cursusduur toekonden, maar de andere ingenieursopleidingen niet. Die kregen de begeerde cursusduur van vijf jaar toegewezen.
Lange tijd was het stil rond dit onderwerp. De discussie over dat vijfde studiejaar is dit jaar echter weer flink opgelaaid, wat vooral ligt aan het wetsvoorstel Tijdelijke Wet Aanwijzingen Bèta-opleidingen. Deze wet regelt dat er voor een aantal bèta-opleidingen aan algemene universiteiten ook een vijfde jaar beschikbaar komt. In het kielzog van de discussie die hierover in de Tweede Kamer is gevoerd op 10 maart, kwam ook de kwestie van het vijfjarig maken van de resterende ingenieursopleidingen aan bod. Waarom immers, zo redeneerden een aantal fracties in de Kamer, zou je wel een aantal bèta-opleidingen vijf jaar geven, maar de opleidingen techniekmanagement niet? De discussie hierover in de Tweede Kamer leidde tot een motie van een aantal kamerleden, waarin onder andere de minister gevraagd werd om eens wat dieper in te gaan op de beweegredenen die geleid hebben tot het vijfjarig maken van de bèta-opleidingen en het vierjarig laten van de management-opleidingen.
Dat leidde tot de brief die Hermans afgelopen vrijdag naar de Kamer heeft gestuurd, met de negatieve uitkomst voor de twee opleidingen van Technologie Management.
Steun
In zijn brief geeft Hermans drie criteria waaraan een opleiding moet voldoen om vijfjarig te worden: de opleiding is niet studeerbaar binnen de gegeven cursusduur, de eindtermen zijn - ook in internationaal perspectief - niet overdreven zwaar en er is sprake van een aantoonbaar tekort op de arbeidsmarkt voor afgestudeerden van deze opleiding. De opleidingen techniekmanagement konden de toets van Hermans’ kritiek niet doorstaan. Reden voor een, overigens vrij stellig geformuleerde afwijzing. Alle relevante argumenten zijn nu de revue gepasseerd, zo stelt Hermans; de discussie moet nu maar eens afgerond worden.
De decaan van Technologie Management, prof.dr. Wim van Gelder, is naar eigen zeggen ‘teleurgesteld’ over de conclusie van de minister, maar aan de andere kant echter ook ‘gerustgesteld’. ‘De minister trekt zijn conclusies namelijk op basis van oude oordelen’, zo stelt hij. ‘Er is inmiddels al weer heel veel veranderd.’ Zoveel, dat de decaan met een gerust hart de discussie met het ministerie aangaat. Naar Van Gelders idee is de discussie nog lang niet afgerond. ‘Daarvoor hebben we te veel steun van bijvoorbeeld het KIvI, VNO-NCW en honderden bedrijven.’ Zeker de inbreng van VNO-NCW is hierbij van belang. Het was immers deze organisatie die bij monde van de RCO een negatief advies gaf aan de minister in 1995 over de toekenning van een vijfde jaar voor TB en TEMA.
Van Gelder zet allerlei vraagtekens bij de brief van Hermans, zeker wanneer deze de studieduur van de management-opleidingen vergelijkt met de duur van buitenlandse studies. ‘Hermans constateert in zijn brief zelf dat in het buitenland de science-studies vaak vierjarig zijn en de engineering-studies vijfjarig. Hij trekt daar echter geen goede conclusies uit voor de Nederlandse situatie’, aldus Van Gelder. Hij vindt het verder jammer dat Hermans in de visitatierapporten de positieve gevolgen van een vijfde jaar lijkt te negeren. ‘In het visitatierapport over TEMA staat dat als de opleiding een vijfde jaar krijgt, ze kan concurreren met de vergelijkbare opleiding aan het MIT, die overigens wel zes jaar duurt.’
Het argument dat er geen vraag op de arbeidsmarkt is naar de bedrijfskunde- en TEMA-ingenieur bestrijdt Van Gelder. ‘De laatste KIvI-barometer geeft aan dat er naar dit type ingenieur een grote vraag is. Het gaat maar liefst om een aandeel van meer dan vijftig procent.’ De ambtenaren op het ministerie van OC&W gaan onzorgvuldig om met de belangen van zijn opleiding, zo is zijn conclusie.
Het ziet er dus naar uit dat de discussie over het vijfde jaar nog niet is afgesloten, ook al wil Hermans dat graag. CDA-kamerlid Camiel Eurlings heeft namelijk in een eerste reactie ook al laten weten dat er wat hem betreft nog te veel vragen openblijven.
Fred Gaasendam