spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

De week van/Rik
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Schuitje varen, pilsje drinken: Mystery Tour 2007
20 september 2007 - Met een pilsje in de hand en een luxe boot onder de voeten is het prettiger kennismaken dan in een stoffig TU/e-kantoor. Vanuit die gedachte vond op donderdag 13 september de zesde Mystery Tour plaats: het tweejaarlijkse uitje van het College van Bestuur met zo’n honderddertig studentbestuurders uit alle gelederen van het Eindhovense studentenleven. Het bier vloeide, het orkest speelde en de tongen kwamen los tijdens een zonovergoten boottocht over de Rotterdamse Maas.

Het water onder de Erasmusbrug weerkaatst de gekleurde lichten van de kantoren aan de Maasboulevard. Het is al donker en een grote groep TU/e’ers staat, zit en ligt op de kade. Ze praten wat na en mopperen over de vertraagde bussen die hen terug naar Eindhoven moeten voeren. Twee studenten vragen zich hardop af hoeveel deze zesde Mystery Tour de universiteit gekost heeft. De vergadering en de lunch in de Rotterdamse Kuip, de rondtocht op het monumentale stoomschip De Majesteit, een bierproeverij in Dordrecht en het royale dinerbuffet op het schip met zeker tien soorten toetjes. “Minstens vijftienduizend euro”, schat Geert Jansen overtuigd. Het werkelijke bedrag blijft onduidelijk, aangezien het CvB dit liever voor zichzelf houdt. De meeste deelnemers zijn te moe, te verzadigd of te beschonken om zich er druk over te maken. Het uitstapje heeft de hele dag al weinig scherpe randjes gehad. Niet dat de studenten mak zijn. Ze hebben gretig gebruik gemaakt van de gelegenheid het universiteitsbestuur aan de tand te voelen over allerlei onderwerpen. Avondeten in de kantine. De toekomst van De Bunker. De integratie van de buitenlandse TU/e-studenten. De huisvesting op de campus. Maar het was toch bovenal reuzegezellig, zo met zijn allen op die boot. De zon scheen, de fanfare speelde vrolijke liedjes en universiteitssecretaris Harry Roumen liep zichtbaar in zijn element rond over het dek met een glas in zijn hand en studenten aan zijn zijde.

Slangenkuil
’s Morgens tegen elven, de vergaderruimte in De Kuip. “Dus ik teken Israël op een kaartje, trek er een cirkel omheen en zeg tegen de geest uit de fles: zorg maar dat er vrede komt”, vertelt rector Hans van Duijn zijn verbaasde, gniffelende toehoorders. “En de geest antwoordt: sorry, dat is zo’n enorme slangenkuil, dat is me te complex. Ik zeg, maak in dat geval Feyenoord maar kampioen. De geest kijkt me aan en vraagt: mag ik dat kaartje nog eens zien?”
De grapjes van de rector en secretaris Harry Roumen over hun favoriete voetbalclubs zijn voorspelbaar, maar vallen deze ochtend in zeer goede aarde. Ze zetten de toon voor de rest van de dag. Hoewel er wel degelijk veel inhoudelijk wordt gediscussieerd, blijft de sfeer altijd opgewekt en ontspannen. Even dreigt bestuursvoorzitter Amandus Lundqvist het tij die ochtend te keren met een tergend formele bestuurlijke agenda. Maar discussieleider en Bouwkundedecaan Jan Westra brengt de moraal met zijn spitsvondige opmerkingen weer snel op het juiste niveau.
Van de discussiepunten die Van Duijn die ochtend presenteert, blijven enkele de gemoederen de rest van de dag bezighouden. Ten eerste het idee om voor elke bacheloropleiding een canon vast te stellen: een zogenoemde ‘body of knowledge’ dat elke student aan het eind van de bachelor toetsbaar moet beheersen. Het idee oogst bij de studenten voornamelijk kritiek. Een onderwerp dat veel studenten na aan het hart blijkt te liggen, is de integratie van buitenlandse studenten in het Eindhovense studentenleven. Terwijl ze vanaf het dek van De Majesteit Kinderdijk voorbij zien glijden en begeleid door de fanfare in lange stoet door Dordrecht struinen, zetten de studenten en de bestuursleden hun discussies hierover begeesterd voort (zie de kaderstukken).

Kennis maken
Het doel van de tweejaarlijkse Mystery Tour is al jaren onveranderd: de aanwezigen krijgen uitgebreid de mogelijkheid elkaar beter te leren kennen en te begrijpen. De meeste studenten kennen rector Hans van Duijn en bestuursvoorzitter Amandus Lundqvist als abstracte personages die hen stijfjes toespreken tijdens de dies natalis of de opening van het academisch jaar. Vandaag kan daar verandering in komen.
Discussieleider Jan Westra heeft de bestuurders ‘s ochtends nadrukkelijk de opdracht gegeven zich zo weinig mogelijk met elkaar te bemoeien en zoveel mogelijk met de studenten. Dat geldt ook voor de verschillende directeuren bedrijfsvoering, de decanen en de beleidsmensen die deze Mystery Tour opluisteren.
Af en toe drukken de bestuurders hun snor. Terwijl de studenten opeen gepakt hun glas heffen in de Dordrechtse bierproeverij De Raedtskelder, nippen Van Duijn en Lundqvist samen met een tiental kaderleden buiten op de balustrade van hun pilsje. “Hier staat de oude garde”, zegt Harry Roumen zodra ze op hun afzondering worden aangesproken. “Er is hier meer zuurstof”, voert Lundqvist op als excuus.
Toch krijgen de studenten ruimschoots de gelegenheid om met de heren van gedachten te wisselen. “Ik heb met Van Duijn gepraat over de rekrutering van studenten”, zegt Egbert Teeselink van de Tuna avonds tevreden. “Ze rekruteren in het buitenland en in de regio, maar waarom niet boven de rivieren? We hebben hier genoeg om daar te promoten. Daar was hij het mee eens.” Ook Eugen Schindler van de Japanse cultuurvereniging Kinjin is na afloop zeer voldaan. Hij vouwt een lijstje open met eigen discussiepunten. Ze zijn allemaal aan bod gekomen. “We hebben goed gebruik gemaakt van de mogelijkheid te praten met de hoge piefen. Ze namen alle vragen heel serieus. We kregen een duidelijk ja of nee, of werden doorgestuurd naar de juiste persoon. Ze deden absoluut niet moeilijk.”
Mieke Nickien van het Eindhovens Studenten Corps vindt dat Lundqvist en Van Duijn wel erg samenklitten. “Dat was wel grappig. Ze gingen het gesprek wel aan, maar zochten het niet echt op.”
Ook het CvB is tevreden over de interactie. Universiteitssecretaris Harry Roumen heeft ontdekt dat er onvrede bestaat over de selectie van de teams voor de Europese kampioenschappen. Dit jaar deed geen enkel team van de TU/e mee, terwijl de kampioenschappen in Eindhoven plaatsvonden. “Daar moeten we dus wat aan doen.” Voor Van Duijn waren vooral de gesprekken over het betrekken van de buitenlandse studenten in de universiteitsgemeenschap zeer nuttig. “Hoe kunnen we bijvoorbeeld de introducties van verschillende groepen studenten- bachelor- en masterstudenten, buitenlandse studenten- beter met elkaar stroomlijnen? Dergelijke opmerkingen neem ik echt ter harte.”/.


Intro en integratie buitenlanders

“We praten vaker over buitenlandse studenten dan met ze”, merkt rector Hans van Duijn op aan het begin van de dag. “Hoe zouden we buitenlandse studenten meer kunnen betrekken bij het studentenleven?”
Ideeën hierover zijn er genoeg. Egbert Teeselink, bestuurslid van de Tuna, denkt dat de Intro hiervoor een goed instrument kan zijn. “De introductieweek voor de masterstudenten vindt een week na de gewone Intro plaats. Veel masterstudenten zijn buitenlanders. Waarom zouden we ze niet gewoon laten meedoen met de gewone introductieweek? Zo worden ze meteen betrokken bij het studentenleven.”
Het idee krijgt veel bijval. Net zoals de suggestie om buitenlandse studenten een Nederlandse buddy toe te wijzen. De opleiding Technische Bedrijfskunde heeft daar enige ervaring mee. De exchange studenten krijgen hun introductie tijdens de normale introductieweek en Nederlandse studenten zijn hun mentor. “Je ziet dat die buitenlandse studenten later heel vaak terugvallen op intropapa’s”, weet Sander van Wijk uit ervaring. Van Wijk is voorzitter van studentenfractie PF en student Technische Bedrijfskunde. “Je hebt gewoon zo’n bruggetje nodig. Pas stonden er 38 buitenlanders bij onze eerste borrel na de vakantie. Omdat ik ze had meegenomen. Ze zijn nieuwsgierig en willen graag meedoen. En via die exchange studenten bereik je vaak ook de buitenlanders die hier langer blijven.”
Het Eindhovense studentenleven is voor buitenlanders vaak onzichtbaar, weten verschillende aanwezigen. Ze willen wel meefeesten, maar weten niet waar en wanneer die feesten plaatsvinden. Joep Huiskamp, beleidsmedewerker en projectleider Eindhoven Studentenstad, denkt dat het voor alle studenten makkelijker moet worden elkaar te ontmoeten. “Eindhoven is een stad waar heel veel gebeurt, maar er is veel versplintering. Daardoor weten verschillende clubjes niet van elkaar wat ze organiseren. Het zou een idee zijn om een studentenportal te maken, waarop iedereen gemakkelijk kan zien wat er te doen is.”

Canon: kennis of vaardigheden?

“Studenten werken van tentamen naar tentamen”, licht rector Hans van Duijn zijn vraagstelling op donderdagochtend toe. “Zeker als docent bij de faculteit Wiskunde & Informatica heb ik me vaak afgevraagd wat daarvan na het tentamen nou eigenlijk blijft hangen. Is het wenselijk dat we voor elke bacheloropleiding een soort canon vaststellen? Een ‘body of knowledge’ dat elke student paraat moet hebben als we hem of haar middenin de nacht wakker bellen?”
Wellicht schiet vooral dat ‘middenin de nacht wakker bellen’ de studenten in het verkeerde keelgat. Hun reactie op het voorstel van de rector varieert van licht sceptisch tot zeer afwijzend. Dat heeft deels te maken met een praktisch bezwaar: hoe moet deze basiskennis aan het eind van de bachelor getoetst worden? “Ik ben wel voor een canon, maar je bent zeker drie dagen bezig om zoiets aan het eind van een opleiding te toetsen”, zegt Willem Burger van studievereniging Thor (Elektrotechniek). “Als het minder lang duurt, houdt het te weinig in.”
Een Bouwkundestudente maakt zich zorgen over de inhoud van de canon. “De opleiding Bouwkunde biedt veel keuzevrijheid. Belemmert de canon niet onze vrijheid om een eigen richting te kiezen?” Tenslotte zijn er nog studenten die zich verzetten tegen het hele principe van een canon. Iemand oppert voor een ‘body of skills’ in plaats van een ‘body of knowledge’. “Het is belangrijk om handvaten te krijgen waarmee je theorieën in praktijk kunt brengen”, vindt een bestuurslid van roeivereniging Thêta. “Het kan me niet schelen als ik kennis uit een boek moet halen, als ik maar weet dat de theorie bestaat en waar ik hem moet zoeken. De ingenieursopleiding geeft je een probleemoplossend vermogen. Harde kennis hoort daar wel bij, maar het toepassen van de kennis is het belangrijkst.”
Van Duijn laat zich niet overtuigen door dit argument. “Natuurlijk zijn vaardigheden ook belangrijk. Maar elke opleiding moet kunnen formuleren waar de studie voor staat. Wat hebben we meegegeven? Het gaat me niet alleen om het toetsen van de student, maar ook van de opleiding. Mijn ervaring bij wiskunde is dat weinig beklijft. Dan is er iets niet goed. Misschien moeten we tijdens de studie meer nadruk leggen op bepaalde verbanden, zodat begrippen vaker terugkomen.”
Opleidingsdirecteur Faas Moonen heeft binnen zijn faculteit Bouwkunde al gesprekken over de canon gevoerd. De meningen verschilden over welke begrippen in een Bouwkundecanon thuis horen. “Eigenlijk vind ik het praten over een canon interessanter dan de canon zelf. Het is zoals bij andere canons: wat uiteindelijk hoger op de ranglijst komt, vind ik niet boeien. Maar het erover hebben is interessant. Ik stond daarin wel alleen.”
Ook Bouwkundedecaan Jan Westra voorziet problemen bij de formulering van een canon. “Ik heb al verschillende discussies meegemaakt. Men wordt het nooit met elkaar eens, want iedereen vindt zijn eigen vakgebied het belangrijkst. Ik zie ook het gevaar dat een canon iets encyclopedisch wordt.”

Mystery Tour/Enith Vlooswijk
Foto’s/Irene Wouters