spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

TU/e en CERN

Binnendoor wordt buitenom

Biodieselfabrikant uit Zeeland
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Cabbolet: “Tilburgse rector adviseerde door te gaan met mijn promotie”
18 september 2008 - De Tilburgse rector magnificus Frank van der Duyn Schouten heeft op 27 december 2007 een brief geschreven aan zijn Eindhovense collega Hans van Duijn waarin hij adviseert de geplande promotie van Marcoen Cabbolet te laten doorgaan. Dat schrijft Cabbolet in een open brief die hij vorige week stuurde aan Cursor en aan het Tilburgse universiteitsblad Univers.



Cabbolet zegt met zijn ingezonden brief nog te willen reageren op de brief van Van der Duyn Schouten, die op 31 januari van dit jaar werd afgedrukt in zowel Cursor als Univers. Daarin schreef de rector dat er vanuit de Tilburgse promotiecommissie ernstige kritiek was op het proefschrift. Tevens verwijt hij de Tilburgse promotor Harrie de Swart de Tilburgse voorgeschiedenis te hebben verzwegen in Eindhoven en dat De Swart in Univers heeft gezegd dat Cabbolet opnieuw welkom zou zijn in Tilburg. In Eindhoven besloot het College voor Promoties na advies van deskundigen het proefschrift alsnog af te wijzen, ook al was het in eerste instantie goedgekeurd door de promotiecommissie van de faculteit Wiskunde & Informatica.

In zijn open brief van vorige week verwijt Cabbolet de Tilburgse rector dat hij er niet voor uitgekomen is dat hij in de brief aan Van Duijn toegeeft dat de Tilburgse procedure niet helemaal vlekkeloos is verlopen. Ook zou Van der Duyn Schouten een positief advies hebben uitgebracht over het doorgaan van de promotie.

In een reactie verwerpt de Tilburgse rector de beschuldigingen. Cabbolet heeft zich zelf teruggetrokken uit Tilburg en dat maakt “een onomkeerbaar eind aan zijn promotietraject in Tilburg”. Het positieve advies aan de Eindhovense rector is daarmee volgens Van der Duyn Schouten niet in tegenspraak. “Het feit dat de promotie in Tilburg is spaak gelopen, was op zichzelf geen doorslaggevend argument om het traject in Eindhoven af te blazen. Wat onverlet laat dat de Eindhovense rector daar anders over kan denken”, aldus Van der Duyn Schouten. (Univers)/.




Open brief Marcoen Cabbolet aan rector Frank van der Duyn Schouten

Hooggeleerde heer Van der Duyn Schouten,

Kort na het annuleren van mijn promotie aan de TU/e eerder dit jaar, heeft u op 31 januari tegelijkertijd in Cursor en Univers een open brief geplaatst. Hierin insinueert u onmiskenbaar dat het proefschrift eerder in Tilburg teruggetrokken zou zijn vanwege ‘ernstige kritiek’ van ‘fysici binnen de Tilburgse promotiecommissie’ en beticht u de beoogde eerste promotor, prof.dr. Harrie de Swart, ervan ‘misleidend’ te hebben gehandeld jegens het Eindhovens College voor Promoties en ‘verzuimd’ te hebben de Tilburgse voorgeschiedenis aan de pers mede te delen.

Het eerste punt is dat uw insinuaties en aantijgingen onjuist zijn. Zoals ik ook in mijn brief van 21 oktober 2007 aan de voorzitter van de Tilburgse promotiecommissie, prof.dr. Van Roermund, heb medegedeeld, was de hoofdreden voor terugtrekking de neerbuigende houding van de Tilburgse hoogleraar prof.dr. Stephan Hartmann jegens mij: prof. Hartmann is onder meer blijven eisen dat ik inging op de vraag waarom ik geen theorie had ontwikkeld vanuit de hypothese dat een verafgelegen ster is gemaakt van groene kaas, ook nadat ik hem uiteen had gezet dat deze hypothese geen aanname betreft over een van de vier fundamentele wisselwerkingen. Met dit soort argumentatie kan prof. Hartmann in een kroeg de lachers op zijn hand krijgen, maar het heeft absoluut geen plaats in een wetenschappelijke discussie – en als fysicus en wetenschapsfilosoof weet hij dat zeer wel. Dat de Tilburgse voorgeschiedenis wel degelijk was gemeld aan de TU/e is inmiddels al bekend; daarbij is prof. De Swart geenszins verplicht een en ander aan de pers mede te delen.

Nu we het daar toch over hebben, en dat is het tweede punt, u heeft zélf iets verzuimd aan de pers mede te delen. In uw brief aan de Rector Magnificus van de TU/e, verstuurd op 27 december 2007, heeft u namelijk niet alleen toegegeven dat prof. Hartmann ‘wellicht wat te kort door de bocht heeft gereageerd’ en dat prof. Van Roermund ‘te traag heeft gehandeld in het bijeenroepen van de commissie’, maar heeft u bovendien de TU/e geadviseerd om mijn promotie door te laten gaan.

De vraag is dan ook: wie is eigenlijk degene die een misleidende voorstelling van zaken geeft? Velen zullen u in uw hoedanigheid van Rector Magnificus op uw woord geloven, maar ik weet dat u Repelsteeltje heet.

Marcoen Cabbolet


Reactie Frank van der Duyn Schouten op brief Marcoen Cabbolet

De zaak komt wat mij betreft door de onthullingen van Cabbolet op geen enkele wijze in een ander licht te staan.

Laten we de feiten nog eens op een rijtje zetten:

1. Cabbolet trekt zich uit het Tilburgse promotietraject omdat hij zich geschoffeerd voelt door leden van de promotiecommissie. Dat is vrij ongebruikelijk en mij gedurende mijn tienjarig rectoraat nog nooit overkomen, terwijl ik in promotietrajecten wel zwaardere criticasters heb meegemaakt. Desalniettemin is dit het goed recht van Cabbolet, maar daarmee komt wel een onomkeerbaar eind aan zijn promotietraject in Tilburg. Kennelijk betreurt Cabbolet deze stap terugkijkend nog steeds niet. Het zij zo.

2. Over de mogelijke uitslag van het traject als hij deze stap niet had gezet kan ik geen uitspraken doen, want dat blijft gissen. In ieder geval was de kritiek vanuit de commissie zo substantieel dat (volgens het Tilburgse protocol) de commissie fysiek of virtueel bijeen moest komen. Gelet op het feit dat de promovendus de voorgeschreven termijnen van inleveren van het manuscript had overschreden kon de oorspronkelijk geplande promotiedatum niet langer worden gegarandeerd. Bovendien geven we in het promotieprotocol expliciet aan dat wanneer een manuscript in of kort voor de zomervakantie wordt aangeleverd (hetgeen hier het geval was) met een extra maand in het beoordelingsproces moet worden gerekend. Ook als Van Roermund sneller de commissie bijeen had geroepen (waartoe hij gelet op de vakantieperiode niet gehouden is) dan nog had de oorspronkelijke promotiedatum niet gegarandeerd kunnen worden.

3. Met het zich vrijwillig terugtrekken van Cabbolet is aan het traject in Tilburg dus een einde gekomen. Toen ik hoorde dat promotor en promovendus zich in Eindhoven hadden gemeld, heb ik mijn Eindhovense collega over de voorgeschiedenis ingelicht. Dat was niet gebeurd en ik blijf van mening dat de promotor dat officieel had moeten doen door een brief aan het College van Promoties van de TU/e te schrijven (bij voorkeur met afschrift aan mij). Ik dat geval had ik mij van actie in de richting van de TU/e kunnen onthouden.

4. Ik heb de rector van Eindhoven geadviseerd (ongevraagd overigens) om de promotietraject in Eindhoven, uiteraard volgens het daar geldende protocol, door te laten gaan en het feit dat de promotie in Tilburg spaak is gelopen niet als een doorslaggevend argument te gebruiken om het geheel in Eindhoven af te blazen. Dit laat uiteraard onverlet dat de Eindhovense rector daar anders over kan denken.

Dat zijn de feiten. Ik denk dat de uitlatingen die ik tot nu toe over deze case heb gedaan met deze feiten niet in tegenspraak zijn. Ik werp de beschuldigingen van Cabbolet derhalve verre van mij.