Passend op de gevels van De Hal en het Gaslab, precies aansluitend op de trappen van het Auditorium: kunstenaar Jurgen Bey ontwierp de blob in 2003 nadrukkelijk voor de TU/e-campus. De waardering voor het bouwwerk kwam echter vooral van búiten de universiteit, constateert ir. Arno Pronk, bedenker van de 'blowing structure method' waarmee de blob is gemaakt.

'Hard feelings' heeft de Bouwkundedocent er naar eigen zeggen niet over, “maar het is wel jammer dat de TU/e de blob niet echt heeft 'opgepikt', dat men blijkbaar niet goed wist wat men ermee moest. Ik heb verschillende keren overlegd met mensen van Studium Generale en de Beeldbank, maar vooral de Beeldbank zag de blob eerder als concurrent dan als kans.”

Na een enkele tentoonstelling, een tijdelijke standplaats aan de Dommel en een prominente plek op het 18 Septemberplein tijdens het festival Image Radio in 2007, verdween de blob uit het zicht en in de Koepel aan de noordkant van de campus. Pronk is er niet rouwig om dat hij de blob, waarbij hij nadrukkelijk aan de wieg stond, nu uit handen moet geven. “Als ik mede iets heb gemaakt, dan geniet ik daar enorm van. Maar ik ben geen beheerder, eerder een initiator.”

Het fort bij Vijfhuizen, herbestemd tot centrum voor actuele kunst, is onderdeel van de Stelling van Amsterdam, een negentiende-eeuwse verdedigingslinie rond de hoofdstad. De stichting Kunstfort Vijfhuizen meldde zichzelf bij de TU/e als belangstellende voor de blob. Op het fort is vanaf 23 augustus het project ‘Trailer-Park’ te zien, over tijdelijke en niet-plaatsgebonden kunstwerken, waarvoor men het Eindhovense expositiepaviljoen-op-wielen maar wat graag wilde hebben.

De prijs moet volgens Pronk nog worden afgestemd, “maar het voorstel is om het voor één euro te verkopen, op voorwaarde dat de blob netjes wordt beheerd en bij een eventuele nieuwe verkoop ook weer voor één euro wordt doorgegeven. Daarmee wordt het een soort estafetteding en dat is precies wat er met het paviljoen wordt beoogd: mensen uitdagen en uitnodigen om er op hun manier iets mee te doen.”