Ambitieus plan moet Nederland naar logistieke top voeren
Grote innovaties zijn noodzakelijk om de logistieke sector te behoeden voor verval. Met die noodroep kwam de onafhankelijke Commissie van Laarhoven in 2006 na eigen onderzoek over de stand van zaken in de Nederlandse logistiek. Volgens de adviesgroep, ingesteld door het ministerie van Verkeer en Waterstaat, zou ons land zijn leidinggevende positie in de branche hebben afgestaan aan België, Duitsland en Frankrijk.
Het gezamenlijke signaal van toppers uit het bedrijfsleven en de wetenschap, onder wie TU/e-hoogleraar Fransoo, bleef de jaren erop niet zonder gevolgen. De commissie Van Laarhoven schreef op basis van haar bevindingen het Innovatieprogramma Logistiek & Supply Chains. Dit plan moet de komende vier jaar worden uitgevoerd en beschrijft op detailniveau hoe de samenwerking tussen bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid eruit moeten komen te zien. Diezelfde partijen hebben circa zestig miljoen euro uitgetrokken om het plan te realiseren. Het innovatieprogramma telt een drietal pijlers. Zo moet er een regiecenter komen dat met de modernste technologie de afstemming en samenwerking tussen leveranciers en afnemers moet verbeteren en aansturen. Dit gebeurt niet alleen bij fysieke goederenstromen, maar ook bij financiële stromen en datamanagement. Daarnaast moet Nederland een koppositie gaan bekleden in de wereld op het gebied van service logistiek. Dit is de ketenregie op de producten en diensten, tussen het moment waarop zij worden geleverd totdat hun levensduur is beëindigd. Als derde moet er een regievoering komen op transport- en informatiestromen rondom Schiphol, de Rotterdamse haven en binnen- en buitenlandse verkeersknooppunten.
Om de drie pijlers handen en voeten te geven, zijn er een viertal instellingen in het leven geroepen: het topinstituut Dinalog, de Supply Chain Campus, Stichting Nederland is Logistiek en het Strategisch Platform Logistiek. Breda is vanwege zijn gunstige geografische ligging de thuisbasis van dit netwerk. Een bestuur van topmannen, onder wie Fokke van der Veer (Unilever), Enno Osinga (Schiphol) en Fransoo, gaat toezien op de naleving van het plan.
Bij Dinalog, waarover TU/e Innovation Lab directeur Wim Bens vanaf april fulltime de regie voert, vindt onderzoek en ontwikkeling plaats van nieuwe innovatieve concepten. Het onderzoek spitst zich toe op de drie pijlers uit het innovatieprogramma. Kennisinstellingen en bedrijven bundelen er hun wetenschappelijke knowhow. Bij het instituut zijn verder topopleidingen op het gebied van supply chain management ondergebracht. Verder ligt bij Dinalog de dagelijkse leiding over de uitvoering van het innovatieprogramma. De campus van veertien hectare biedt plek aan Dinalog, het regiecentrum en de supply chains van verladers en logistieke dienstverleners. Ook ondernemingen kunnen gezamenlijk hun innovatieve regiecentra op de campus stationeren.
De Stichting Nederland is Logistiek zet zich de komende twee jaar in voor de imagoversterking van de sector. Het verslechterde imago blijkt onder meer uit de te lage instroom bij logistieke opleidingen. Het onafhankelijke Strategisch Platform Logistiek (SPL) komt drie keer per jaar bijeen en bestaat uit topnamen uit het bedrijfsleven en kennisinstellingen, zoals Jos Nijhuis (Schiphol), Hans Smits (havenbedrijf Rotterdam), Alexander Sakkers (Transport en Logistiek Nederland) en TU/e-hoogleraar Fransoo. Dit orgaan zet de logistieke strategie van Nederland uit, adviseert de politiek en zorgt ook voor de afstemming met Den Haag. |