Schakelprogramma’s zijn bijspijkercursussen, bedoeld voor hbo’ers die een universitaire master willen volgen en voor wo-bachelors die hun masteropleiding op een ander vakgebied kiezen. De universiteiten moeten zulke cursussen tegen het lage, wettelijke collegegeldtarief aanbieden.
Maar duren deze schakelprogramma’s langer dan een half jaar, dan beschouwt dit kabinet ze als gecomprimeerde bacheloropleidingen. En daar mogen de universiteiten elk tarief voor kiezen dat ze willen, want die gelden als ‘tweede studies’. Aangezien de meeste schakelprogramma’s momenteel eenjarig zijn, dreigen ze onbetaalbaar te worden, vrezen studentenorganisaties ISO en LSVb. Daarmee beknot het kabinet de doorstroommogelijkheden en smoort het talent in de kiem,
Maar met het ISO valt te praten. In een gisteren gepubliceerde reactie op de plannen van staatssecretaris Zijlstra stelt de studentenorganisatie dat ‘goedkope’ schakelprogramma’s een jaar moeten kunnen duren. Mocht dat echt niet mogelijk zijn, dan biedt ze een alternatief: het kabinet kan ook een hoger bedrag vaststellen voor programma’s met een studielast tussen de dertig en zestig studiepunten. “Je zou dat tarief bijvoorbeeld kunnen maximeren tot twee keer het gewone collegegeld”, licht voorzitter Sebastiaan Hameleers toe.
Het idee stuit de bestuurders van de Landelijke Studenten Vakbond enigszins tegen de borst, blijkt uit de reactie van vicevoorzitter Jelmer de Ronde. “Elke stap die de staatssecretaris dichterbij ons standpunt komt, vinden wij mooi”, zegt hij. “Maar wij zijn niet tevreden totdat je een schakelprogramma van zestig studiepunten tegen het normale tarief kunt volgen.” (HOP) |