Prof.ir. Renz van Luxemburg studeerde in 1976 af aan de faculteit Bouwkunde en is vanaf die tijd betrokken geweest bij de groep Building Physics & Services. Met zijn onderzoek richtte hij zich op akoestiek en geluid, met name op zaalakoestiek. Zo is hij onder meer verantwoordelijk voor de akoestiek van het Muziekgebouw Eindhoven (voorheen Muziekgebouw Frits Philips), het Casa da Música in Porto en het CCTV-complex in Beijing. Bij veel van deze projecten was hij de vaste partner van het bekende architectenbureau OMA van Rem Koolhaas. In 2006 richtte Van Luxemburg het bedrijf Level Acoustics BV op, bedoeld om externe partijen expertise te kunnen aanbieden en voor het geven van opleidingen.
In zijn intreerede, uitgesproken op 1 juli 2011, benadrukte Van Luxemburg dat het in zijn vakgebied nodig is om je voortdurend te blijven focussen op nieuwe technieken en innovatieve oplossingen. Dit omdat de gebouwde omgeving telkens weer nieuwe eisen stelt aan zijn vakgebied, de akoestiek. Om daar zo succesvol mogelijk in te kunnen zijn, pleitte hij voor vergaande internationale samenwerking tussen universitaire onderzoeksgroepen op het gebied van akoestiek. Aan de TU/e was hij bezig met het oprichten van een onderzoeksinstituut voor toegepaste akoestiek. In zijn intreerede noemde hij zijn onderzoeksveld uitdagend en betoverend tegelijk.
Nicole van Hout, werkzaam bij Level Acoustics BV, noemt Van Luxemburg een inspirerend wetenschapper en adviseur. Van Hout: “Hij sprak de taal van de architect en dacht binnen de kaders van de architect. Hij was er bij elk project op uit om een balans te vinden tussen het visuele en het auditieve. Als werkgever was hij de beste baas die je je kunt voorstellen. Hij dacht altijd aan zijn medewerkers en pas als laatste aan zichzelf. Ook bij zijn benoeming tot hoogleraar, waar hij zeer trots op was, ging het hem er toch vooral om wat dat betekende voor de groep.” (HK)
Enkele weken geleden had Cursor nog een uitgebreid interview met Van Luxemburg. Dat interview verschijnt in Cursor 12, die donderdag 23 februari verschijnt. |