Twee jaar lang was De Ronde studentbestuurder: eerst bij een lokale Utrechtse studentenfractie en daarna bij de Landelijke Studenten Vakbond. In september pikt hij zijn masterstudie weer op. Zonder ov-kaart. De Tweede Kamer heeft gisteren namelijk een wet aangenomen die het recht op een ov-studentenkaart met twee jaar inkort. Studenten mochten voorheen drie jaar uitlopen voordat ze de ov-kaart moesten inleveren, maar straks is dat nog maar één jaar.

Voor verreweg de meeste studenten gelden tot 1 januari de oude regels, maar een klein groepje heeft pech: vertraagde studenten die hun studiefinanciering tijdelijk hebben stopgezet en daarom geen ov-kaart hebben. Die kunnen hem in september ook niet meer aanvragen, zei staatssecretaris Zijlstra tegen de Tweede Kamer. Want dan gaat de nieuwe wet al in.

De Ronde is zo’n student. “Ik studeer in Utrecht en woon in Utrecht, dus de schade blijft beperkt”, zegt hij. “Maar ik zou eigenlijk ook studieconferenties willen volgen buiten Utrecht. Ik ben er twee jaar uit geweest, dus ik wil hard aan de slag.”
Voor zijn bestuursjaar bij de LSVb heeft hij zich een jaar kunnen uitschrijven, maar voor zijn bestuursjaar bij de lokale studentenvakbond USF Studentenbelangen niet. “Ik heb wel een paar vakken gevolgd, maar toen liep ik wel flinke vertraging op. Nu val ik tussen wal en schip: anderen houden tot januari een ov-kaart, maar ik krijg hem niet.”

Hij weet niet hoeveel lotgenoten hij heeft. “Dat is moeilijk in te schatten. Hoeveel studenten schrijven zich een jaar uit? Het zijn vooral bestuurders, denk ik, maar misschien ook studenten die een tijdje naar het buitenland gaan.”

Hij baalt ervan dat de wet is aangenomen. “Je moet welhaast hogeronderwijskunde hebben gestudeerd om het nog te snappen. Er zijn nu twee categorieën langstudeerders. Je mag zowel in je bachelor als in je master één jaar langer studeren voordat je de langstudeerboete moet betalen. Maar je raakt je ov-jaarkaart kwijt als je alles bij elkaar één jaar uitloopt. Een jaar eerder, dus.”
Het had niet zover hoeven komen, vindt hij. “Deze maatregel levert in 2013 tien miljoen euro op. Dat is weinig, vergeleken met de miljarden die bezuinigd moeten worden. De beslissing had best uitgesteld kunnen worden tot er een nieuw kabinet is.” (HOP)