Marleen van Heusden van STU en Edith Snelders van het CEC waren aanwezig op het jaarcongres ‘Internationalisering van het hoger onderwijs’ van Nuffic, een organisatie die het Nederlands hoger onderwijs promoot in het buitenland. Ze waren beiden geïnteresseerd in de International Student Barometer van het Britse bedrijf i-graduatue. Dit instrument is een zogenoemd benchmarking tool. Dat betekent dat de eigen prestaties en processen worden vergeleken met andere deelnemers. Met de analyse van de resultaten kom je achter de kenmerken waarin de TU/e zich onderscheidt ten opzichte van andere technische universiteiten in binnen- en buitenland.
Van Heusden is beleidsmedewerker internationalisering bij STU. In haar takenpakket hoort het medeontwikkelen van het beleid op het gebied van internationalisering, waaronder het werven van meer studenten vanuit het buitenland en het bieden van services. Snelders is accountmanager bij het Communicatie Expertise Centrum. Ze is verantwoordelijk voor communicatiebeleid bij de faculteiten Werktuigbouwkunde en Technische Natuurkunde en voor het communicatiebeleid op het gebied van internationalisering voor de gehele TU/e.
Dat CEC en STU samen een instrument inzetten om de internationale studentenwerving van de TU/e te professionaliseren, is nieuw.“Het combineren van de expertise op het gebied van marketing die het CEC heeft met het beleid en de ervaring van STU maakt dat we elkaar versterken”, zegt Van Heusden. In het maandelijkse overleg tussen haar en Snelders wordt alles uit de kast gehaald om meer internationale studenten aan te trekken. Dat is een van de speerpunten van de TU/e omdat de regio sterk behoefte heeft aan hoog gekwalificeerde ingenieurs en de binnenlandse aanwas niet aan die vraag kan voldoen.
Hoe werkt de International Student Barometer? Alle buitenlandse studenten die dit jaar aan de TU/e studeren, wordt verzocht een vragenlijst in te vullen met circa zeventig vragen. Dat gebeurt wanneer het collegejaar net op dreef is en in het voorjaar van 2009, wanneer er meer ervaring opgedaan is. In de eerste serie vragen gaat het vooral om hun start aan de TU/e en hun verwachtingen voor de studie. Bij de tweede serie wordt gevraagd naar hun werkelijke ervaringen. De vragen staan zes weken online. “Voorbeeld van een vraag waarbij we erg benieuwd zijn naar de antwoorden is: ‘Welke van de volgende elementen hebben je geholpen een keuze te maken voor de TU/e? Kies uit: ouders, website TU/e, sponsoren, kranten, info van de overheid in je eigen land, et cetera’”, zegt Snelders. Naast vragen over de communicatie vanuit de TU/e zijn er ook vragen over de secundaire voorwaarden waarop de studenten hebben geselecteerd. Die zijn verdeeld in drie thema’s: wonen, onderwijs en dienstverlening.
“Wij gaan ervan uit dat de TU/e hoog scoort in de samenwerking met het bedrijfsleven in de regio. Dat studenten bij ons komen studeren omdat ze weten dat er goede onderzoeksplaatsen en researchbanen in de buurt zijn. Dat gebruiken we nu in onze marketing. Met de International Student Barometer kunnen we dit toetsen. Misschien komen we wel op heel andere ideeën”, aldus Snelders.
Ze komt terug op de ten voorbeeld gestelde vraag. “Stel dat er onder andere uitkomt dat studenten vooral de informatie van hun ouders ter harte hebben genomen. Dan zouden wij er serieus over moeten nadenken of we onze folders niet in het Chinees of Turks moeten uitgeven.” STU richt zich momenteel nadrukkelijk op China, Turkije en Mexico. “Mochten we kiezen voor zo’n investering als vertaalde folders, dan kunnen we dat dadelijk staven met gegevens.”
De eerste resultaten worden begin 2009 bekend. Het succes hangt af van de mate van respons van de studenten. In een kwartier kunnen zij de vragenlijst invullen, maar ze moeten daar wel toe gestimuleerd worden. Daarom gaan CEC en STU aan alle accountmanagers van de verschillende faculteiten vragen de International Student Barometer onder de aandacht te brengen en komen er mails en brieven aan de studenten zelf om het nut ervan te benadrukken.
Van alle studenten wordt medewerking op prijs gesteld, of ze nu bachelor, master of exchange student zijn./.
|