spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

De harde knip, wat moeten we ermee?

11 december 2008 - De harde knip, de maatregel waarbij studenten pas aan hun master mogen beginnen als ze alle vakken in hun bachelor hebben gehaald, houdt de gemoederen de laatste tijd flink bezig. We vroegen betrokkenen naar de mogelijke voor- en nadelen en consequenties.
Illustratie: David Ernst

Het bachelor/mastersysteem is in 2002 in Nederland ingevoerd. Het doel daarvan was om meer aan te sluiten op het systeem dat in de rest van Europa gebruikelijk is. Universiteiten zijn tot nu toe niet verplicht geweest om studenten op te leggen dat ze eerst hun bachelor geheel afronden, voordat ze aan hun master mogen beginnen. Veel universiteiten hanteren een zogenoemde zachte knip, waarbij studenten nog wat bachelorvakken tijdens hun master mogen halen. Onderwijsminister Ronald Plasterk wil de universiteiten nu een harde knip opleggen, opdat studenten na de afronding van de bachelor beter nadenken over hun vervolgstudie. Ze zouden dan vaker kiezen voor een master in een andere stad, in het buitenland of in een andere studierichting. Deze week werd bekend dat Plasterk de knip niet knoerthard zal maken en randvoorwaarden wil stellen.

 

Opleidingsdirecteuren

Prof.dr.ir. Jan Friso Groote, opleidingsdirecteur bij Informatica. “We zijn er nog niet heel hard mee bezig geweest, maar ik verwacht dat de maatregel bij ons gewoon kan worden ingevoerd. We moeten goed kijken wat er al is en wat er nog moet gebeuren. In de praktijk is het nu al mogelijk om halverwege het jaar in te stromen, maar ideaal is het niet. We hebben niet echt de capaciteit om vakken vaker te tentamineren. Je ziet echter geregeld dat studenten juist lagere cijfers halen, als ze vaker een tentamen kunnen maken. Als ze het écht moeten halen, zetten ze een tandje bij. Hangt de doorstroom echt af van één of twee tentamens, dan moet er naar alternatieven worden gekeken. Ik denk aan een mondeling tentamen of extra bijlessen. Ik juich het persoonlijk toe dat het minder vrijblijvend wordt. Het zet wat meer druk op de ketel. Het typische voorbeeld is de middelbare school. Als je een vak niet haalt, kan het zijn dat je een jaar lang alles over moet doen. Een kleine misser heeft dan grote consequenties. Je ziet wel dat de rendementen daar hoger liggen. Op universiteiten is de druk niet zo groot om jaar na jaar af te ronden.”

Dr.ir. Faas Moonen, opleidingsdirecteur van de faculteit Bouwkunde: “Ik zie er niet veel voordelen van, maar het kwaad is toch al geschied. Ik ben er niet gelukkig mee. Binnen onze faculteit wordt er informeel wel over gesproken, maar we wachten af wat de randvoorwaarden worden, voordat we plannen gaan maken. We hebben nu al twee instapmomenten, dus dat is wel op orde. Meer tentamens houden of meer vakken geven, wordt lastig. Daar hebben we de capaciteit niet voor. Bovendien hebben we een ander nadeel ontdekt, namelijk dat de roosters er niet op zijn afgestemd. Het kan zijn dat een student nog op zaterdag een tentamen moet maken en er maandag een nieuw vak begint, waarvoor de studiepunten van het tentamen een vereiste zijn. Je kunt een student dan niet zomaar bij dat vak toelaten en hem later weer wegsturen. Ik zie ook niets in het argument dat studenten beter nadenken over wat ze na hun bachelor doen. Volgens mij doen ze dat nu al. En waarom zou je ze tegen hun wens in dwingen om aan een andere universiteit verder te studeren? Op korte termijn zal het studenten wel aanzetten om er een tandje bij te zetten, maar niet op langere termijn.
De zachte knip die we nu hebben, functioneert prima. Daarin is duidelijk bepaald welke vakken en projecten studenten gehaald moeten hebben, voordat ze aan een nieuw onderdeel beginnen.”

 

College van Bestuur

Peter van Dam, woordvoerder van het College van Bestuur (CvB) van de TU/e: “Het CvB ziet de invoering van de harde knip als een onontkoombare consequentie van de invoering van het bachelor-/masterstelsel. De kern daarvan is dat studenten niet automatisch doorgaan in de aansluitende masteropleiding, maar een zorgvuldige afweging maken welke masteropleiding het beste aansluit bij hun mogelijkheden, interesses en ambities. Dat kan zijn binnen hun eigen universiteit, maar ook op een andere universiteit in binnen- of buitenland. Die afweging is in hun eigen belang en in dat van een maatschappij die steeds internationaler en competitiever wordt. In de praktijk is gebleken dat de zachte knip naar de doorstroommaster studenten ervan weerhoudt deze afweging te maken. Van de beoogde mobiliteit op het overstappunt van bachelor- naar masteropleiding komt in Nederland nauwelijks iets terecht. Het CvB acht het nu raadzaam voorbereidingen te treffen. Inzet daarbij is een zodanige invoering van de harde knip dat studievertraging wordt voorkomen. Wat daarvoor nodig is, zal onderwerp van gesprek zijn met de opleidingsdirecteuren, studieadviseurs en studenten.”
De protesten van studentenfractie PF zijn volgens Van Dam ‘voorbarig en conservatief’. “Het was beter eerst met elkaar te bezien welke maatregelen nodig zijn om ervoor te zorgen dat de harde knip niet tot studievertraging leidt.”

Andere universiteiten

De Vereniging van Universiteiten (VSNU) heeft 28 november haar standpunt over de harde knip geformuleerd richting Tweede Kamer. Daarin staat onder meer dat ‘duidelijke toelatingseisen een goede stimulans zijn om de bachelorfase goed af te sluiten’. Verder constateert ze dat het ‘in verband met de kosten onmogelijk is voor alle studies een dubbel instapmoment aan te bieden’. De VSNU pleit ervoor om de maatregel niet voor 2011 in te voeren. Dit gebeurt ook niet; Plasterk heeft aangegeven dat de harde knip pas in 2011 actief wordt.

TU Delft
De TU Delft heeft de harde knip al ingevoerd. De studenten die in 2006 zijn gaan studeren, zullen de eersten zijn die vanaf september 2010 met de maatregel van doen hebben. Anka Mulder, directeur Onderwijs & Studentenzaken van de TU Delft: “Wij hebben onze eigen discussie twee jaar geleden uitgebreid gevoerd. Toen was het politiek nog geen groot issue. We hebben veel buitenlandse studenten en promovendi en wilden eenzelfde systeem als in het buitenland hanteren met een duidelijke scheiding tussen bachelor en master. Bovendien zien we het als een kwaliteitsstempel, omdat we de TU Delft als internationale universiteit willen profileren. Er is veel discussie geweest, maar de implementatie van de harde knip lijkt uiteindelijk mee te vallen. We hebben volop gesproken met studenten en docenten. We hebben ervoor gezorgd dat er bij faculteiten minstens twee instroommomenten komen. Bij de grotere was dat geen probleem. De kleinere hebben in veel gevallen juist voor meerdere instroommomenten per jaar gekozen. Verder hebben we ons gericht op mogelijke struikelvakken. Bij studenten die in het laatste semester van hun bachelor zitten, wordt gekeken in hoeverre een extra tentamenmogelijkheid noodzakelijk is. Bovendien hebben we studenten zo goed mogelijk voorgelicht over de harde knip.”

Rijksuniversiteit Groningen
Jos Speekman is woordvoerder van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). “Wij zijn tegen de harde knip. De verklaring van bestuursvoorzitter Poppema verwoordt het best de mening van het college: ‘Laat de universiteiten de vrijheid om zelf te bepalen of ze de harde knip invoeren’. We hanteren nu een gecontroleerde zachte knip en daar zijn we tevreden over. Momenteel moeten studenten bijvoorbeeld wel hun bachelorscriptie hebben afgerond voordat ze aan hun master mogen beginnen. Als grootste nadeel van de harde knip zien we de studievertraging. Voor bepaalde opleidingen is het ongunstig om meerdere instroommomenten te creëren. Zeker bij de kleine opleidingen wordt dat lastig. Het is wel goed mogelijk dat de universiteit het standpunt moet herzien, gezien de ontwikkelingen bij de invoering van nieuwe wetgeving. We wachten het definitieve voorstel eerst af.”

 

Studentenfracties

Studentenfractie PF richt zich vooralsnog tégen de invoering van de harde knip. De fractie verzamelt handtekeningen en stond vorige week letterlijk stil bij de harde knip. Deze actie werd niet alleen in Eindhoven uitgevoerd, maar ook in Nijmegen, Utrecht, Wageningen, Groningen en Amsterdam. De studentenfractie betreurt vooral de verwachte studievertraging. PF sprak onlangs via een ingezonden brief in Cursor de verwachting uit dat studenten heel calculerend te werk zullen gaan en nevenactiviteiten tot een minimum zullen beperken. Bovendien, zo staat in de brief, zou de PF het heel jammer vinden als de projecten die de TU/e en de gemeente willen uitvoeren in het kader van Eindhoven Studentenstad geen doorgang kunnen vinden wegens onvoldoende studentenparticipatie.

Geert-Jan Evers, vertrekkend voorzitter van studentenfractie Groep-één: “Wij protesteren niet, omdat in onze ogen de invoering van een harde knip niet meer tegen te houden is. Dit betekent niet dat we vóór zijn. We zijn tegen een harde knip en vinden de regeling zoals die nu aan de TU/e is, de zachte knip, ideaal. Minister Plasterk gebruikt als argument dat studenten nu niet bewust kiezen waar ze hun master doen. Maar dat ligt ook aan de beperkte voorlichting vanuit andere universiteiten. Daar kan nog een slag worden gehaald. Studenten zullen, met de harde knip, veel minder snel geneigd zijn om bestuursfuncties te vervullen. Als ze in het bestuur gaan om invulling te geven aan de opgelopen vertraging, is dat in onze ogen niet de beste motivatie om een dergelijke functie te bekleden. Bovendien zullen studenten heel berekenend hun vakken doen.”
Zodra vaststaat dat de harde knip wordt ingevoerd, wil Groep-één zich er hard voor maken om randvoorwaarden in te voeren. Zo wil de fractie meer instroommomenten in de master en meer tentamenmogelijkheden. Verder zouden er strengere eisen aan de nakijktermijn moeten komen. Als een student langere tijd stil ligt doordat hij of zij op dat moment een tentamen niet kan doen, wil de fractie dat er snel een alternatief komt. Het voorstel is dan om een mondeling aan te bieden.

 

Studieverenigingen

Rick Maas is voorzitter bij Japie, de studievereniging van Scheikundige Technologie: “De studenten die ik over de harde knip heb gesproken, zijn er behoorlijk negatief over. Voorstanders heb ik niet kunnen vinden. Ze vrezen dat de harde knip voor nog meer studievertraging zorgt. Enerzijds is het zo dat studenten die een jaar bestuur doen, er toch al van uitgaan dat ze langer over hun studie doen. Degenen die actief zijn, zal het niet veel uitmaken. Aan de andere kant zal het misschien juist moeilijker zijn om nieuwe bestuursleden te vinden, omdat studenten niet nóg langer over hun studie willen doen. Persoonlijk zie ik weinig voordelen van de harde knip.”

Koen op ’t Hoog is voorzitter bij Van der Waals, de studievereniging van Technische Natuurkunde. “Het meest gehoorde argument van studenten is dat ze geen zin hebben om jaren over twee vakken te moeten doen, voordat ze aan hun master beginnen. Degenen bij wie de studie toch al niet zonder problemen verloopt, zullen minder geneigd zijn om zitting te nemen in een bestuur. Het scheelt wel dat bij ons vooral tweedejaarsstudenten een jaar bestuur doen. Ik zie niet veel in het argument dat studenten een bewustere keuze maken. Veel studenten blijven hier, omdat ze het naar hun zin hebben. Ik verwacht niet dat dat verandert.”

 

Studenten

Hoewel het voor veel studenten nog een ver-van-mijn-bed show is, in de praktijk hebben de meesten naar verwachting weinig te maken met de nieuwe maatregel, zijn er genoeg studenten die hun mening paraat hebben. Doménique van Gennip zit in een schakelprogramma. Hij heeft de bachelor van Industrial Design gedaan en heeft een aansluitende master gepland bij Industrial Engineering & Innovation Sciences. “Voor beide kanten valt iets te zeggen. Misschien is het wel een stok achter de deur om aan een andere universiteit je master te doen. Anderzijds denk ik ‘kunnen ze dat niet op een andere manier bereiken?’. Bovendien word je dadelijk min of meer gestraft als je de juiste keuze hebt gemaakt en je master op je bachelor bij dezelfde studie en universiteit laat aansluiten.”

Ook Maarten Meulen, masterstudent Wiskunde & Informatica, heeft een afgewogen oordeel. “Het zou goed zijn als de studies op verschillende universiteiten beter op elkaar aansluiten en je gemakkelijker kunt overstappen. Maar ik vind het kwalijk als studenten veel vertraging oplopen, doordat ze één of twee vakken niet hebben gehaald. Dan gaan ze erbij werken en voor je het weet, vinden ze een leuke baan. Dan beginnen ze überhaupt niet meer met een master en dat wil minister Plasterk toch ook niet.”
Harde knip/Judith van Gaal
Illustraties/David Ernst