spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB



Cursor in PDF formaatCursor als PDF
Special Cursor 50 jaarSpecial Cursor 50 jaar
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Geluidsoverlast Ommel opgelost dankzij Fysicawinkel
6 mei 2010 - Dat inwoners van Ommel weer rustig in de tuin kunnen zitten deze zomer, is mede te danken aan onderzoek van studenten van de Fysicawinkel. Op dinsdag 4 mei werd de aarden geluidswal voor ‘af’ verklaard. Die wal houdt de herrie van het verkeer op de A67 op afstand.

De geluidswal is er gekomen doordat TU/e-medewerker Jos van Ruijven in 2004 namens een buurtvereniging de Fysicawinkel verzocht geluidsmetingen te verrichten. Job Beckers (destijds Technische Natuurkundestudent en nu aan het promoveren aan de TU/e) heeft samen met andere TU/e-studenten metingen uitgevoerd. “We hebben de geluidsdruk op drie buitengevels gemeten en ook metingen binnenshuis verricht. Uit de meetresultaten bleek dat de norm van maximaal 50 decibel werd overschreden.” Met een rapport dat er 53,6 decibel op anderhalve meter hoogte en 73 decibel op vier meter hoogte te horen was, stapte Van Ruijven naar de dorpsraad en zes jaar later is er een wal van driehonderd meter lang gerealiseerd.

Het was een typerende opdracht voor de Fysicawinkel. Het doel is een brug te slaan tussen TU/e en maatschappij. “De schat aan kennis die aanwezig is aan de TU/e komt zo ter beschikking aan mensen, of groepen van mensen, die niet vermogend genoeg zijn om een commercieel ingenieursbureau in te schakelen. Denk hierbij ook aan verenigingen van huiseigenaren, milieubescherminggroepen en dergelijke”, zegt Job Beckers. De Fysicawinkel wordt grotendeels gefinancierd door de faculteit Technische Natuurkunde. De laatste jaren verrichtten de studenten van de winkel ook opdrachten tegen vergoeding voor het MKB. “Vooral startende ondernemingen kunnen tegen een gering tarief de Fysicawinkel inhuren voor advies en het opzetten en uitvoeren van metingen. Deze vragen worden uitgevoerd om de opdrachten met een meer maatschappelijke waarde te kunnen bekostigen.” (NS).