Vorige week konden we kennismaken met de ‘Houtskoolschets’, het beleid op hoofdlijnen dat de basis vormt voor de ‘Strategie TU/e 2020’. Naar mijn idee is het geen ruwe schets meer. Er kan nog wat gegumd en gekrast worden, maar de lijnen staan al vet op papier en zullen grotendeel overgenomen worden in het finale kunstwerk, dat zo’n slordige zes- à zevenhonderd miljoen euro gaat kosten.
De hoofdlijnen: Engels wordt de voertaal. Geen discussie over mogelijk.

Er komen vier faculteitsdoorsnijdende thema’s. Gelukkig passen we daar nog allemaal in, want de huidige faculteiten blijven bestaan. Drie thema’s worden al genoemd. Om de vierde mag gevochten worden. Of gaan daar ‘de restjes’ in?
Maatschappelijke thema’s en mens- en geesteswetenschappen moeten in alle opleidingen aan de TU/e worden geïntegreerd. Hiermee winnen de opleidingen aan duurzame maatschappelijke herkenbaarheid en worden ze bovendien aantrekkelijker voor nieuwe groepen potentiële studenten, met name voor vrouwen. HELP. Waarom moeten die laatste vier woorden er toch weer bij? Waarom moeten we juist vrouwen lokken met geesteswetenschappen? Laten we in hemelsnaam de term ‘multidisciplinair’ blijven gebruiken en inspelen op ambities: “Technologisch toptalent (m/v) wordt in Eindhoven opgeleid”. De instroom van studenten, vrouwen en buitenlanders moet sterk omhoog. En: in 2020 moet één op de vijf wetenschappers een vrouw zijn. Fijn! En nou maar hopen dat niet bij elke aanstelling van een vrouw aan deze universiteit schokschouderend gezegd wordt: ach en wee, maar we moeten die twintig procent toch halen binnen tien jaar…

Er komt een Engineering College voor excellente bachelorstudenten en een instituut voor life long learning. Met dat laatste moet een universiteit zich natuurlijk standaard onderscheiden van andere onderwijsinstellingen. Dag in dag uit moeten we kennis vergaren en uitdragen om vooraan te kunnen staan in de wetenschap en bij te kunnen dragen aan innovatie. Met de brede bacheloropleiding is vooral mijn oudste zoon heel blij. In 2020 is hij op de leeftijd van de nieuwe bachelor student. Met zijn relatief beperkte visie van het universitaire leven geeft hij aan dat de TU/e hem wel wat lijkt als hij maar “veel verschillende dingen kan leren” op een “goede universiteit (maar niet zo’n hele grote)” van “mensen die alles weten van een bepaald onderwerp”. En hij wil graag op een campus wonen. Hij komt er aan en ik bereid me voor. We hebben nog maar tien jaar te gaan….

Carlijn Bouten, hoogleraar faculteit Biomedische Technologie