Prof.dr. Mark Peletier, hoogleraar bij de faculteit Wiskunde en Informatica, is één van de betrokkenen bij het nog op te richten instituut. Hij betitelt het initiatief als een samenwerking tussen een aantal personen. Het moet volgens hem zeker niet gezien worden als een interfacultair project. Op dit moment kan hij enkel zeggen dat er een aantal keer over gesproken is en dat de andere participanten afkomstig zijn van de faculteiten Scheikundige Technologie en Biomedische Technologie. Voor meer bijzonderheden verwijst hij door naar prof.dr. Bert Meijer van Scheikundige Technologie. Ook Meijer kan op dit moment echter niets concreets vertellen over het topinstituut in oprichting. Noch over de aard van het onderzoek of over de relevantie ervan, noch over de financiën die er de komende jaren mee gemoeid zullen zijn. Laat staan dat er al een voorlopige naam te noemen is, of dat het bekend is of het hier gaat om een privaat-publiek instituut, waar ook het bedrijfsleven bij betrokken gaat worden. Het enige dat hij erover kwijt wil, is dat hij het een fantastisch initiatief vindt, dat het gebied zeer uitdagend is en essentieel voor de vooruitgang van de wetenschap en technologie. Ook is hij overtuigd van het toekomstige succes.
CvB-voorzitter Lundqvist meldde maandag nog het instituut een herkenbare plaats te willen geven op de campus en het te willen faciliteren met laboratoriumvoorzieningen en een internationaal studie- en ontmoetingscentrum. Ook zal er ruimte zijn voor de inzet van een substantieel aantal promovendi en post-doc’s. Op termijn zal aan het instituut ook een hoogwaardige masteropleiding verbonden worden.
Lundqvist: “Het moet een internationaal herkenbare ‘pocket of excellence’ worden, die niet alleen uitblinkt in fundamenteel maar ook in toegepast onderzoek en die op zijn gebied stevige impulsen kan geven aan kennisvalorisatie. De plannen worden momenteel uitgewerkt en zullen binnenkort worden geagendeerd voor de diverse interne overlegorganen. We rekenen op een enthousiast onthaal van en brede steun voor dit baanbrekende initiatief dat de TU/e internationaal steviger op de kaart moet gaan zetten.”/.