spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

“Als kind wilde ik al niet uit bad”

Carnaval barst los in Lampegat

Studentengolf groeit
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Lager cijfer door veel drinken
12 februari 2008 - Studenten die meer dan twintig glazen alcohol per week achterover tikken, scoren bij tentamens slechter dan gemiddeld. Dat concludeert het Nijmeegse universiteitsblad Vox na een eigen internetonderzoek onder 550 studenten.
x10_s.jpg

Haalt een gemiddelde Nijmeegse student een kleine zeven bij tentamens; de veeldrinker (meer dan twintig glazen per week) komt niet verder dan een 6,3. De slechtere prestaties komen ook tot uiting in het aantal behaalde studiepunten per jaar, zo becijferden de onderzoekers: 53 voor de normaalverbruiker, 42 voor de veeldrinker.

De veeldrinkers blijken vooral mannen. Eén op de vier heren drinkt wekelijks meer dan twintig glazen, tegenover slechts drie op de honderd dames. Daarbij lijdt bij ruim acht procent van de mannen de studie onder dit drinkgedrag, tegenover nog geen anderhalf procent bij de vrouwen.

Verder ontdekte Vox dat filosofie, rechten en managementwetenschappen in Nijmegen de faculteiten zijn waar bovengemiddeld wordt gepimpeld; de bètafaculteit bezet de vierde plaats. Ook leden van gezelligheidsverenigingen, mannen én vrouwen, weten er doorgaans net wat beter raad mee dan anderen. Bier voert in Nijmegen de boventoon, hoewel vooral de aankomend filosofen ook wel uit de voeten kunnen met een wijntje.

Bijzonder hoogleraar prof.dr. Reinout Wiers noemt het onderzoek in Vox interessant, onder andere omdat volgens hem tot nu toe alleen Amerikaanse cijfers bestonden over het verband tussen drank en prestaties, en geen Nederlandse. Wiers, die onderzoek doet naar verslaving bij jongeren, maakt zich weinig zorgen over de veeldrinkende studenten.

Deze groep verdeelt de glazen over méér drinkmomenten per week dan bijvoorbeeld scholieren en bovendien is de kans op hersenschade bij een eenentwintigjarige een stuk kleiner dan bij een veertienjarige, bij wie belangrijke gebieden in de hersenen zich dan nog moeten ontwikkelen. Daarbij, zo stelt de hoogleraar, maken vaste banen en verkeringen na de studietijd meestal snel korte metten met de meters bier.