spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB


Columnist:
Bram van Gessel

Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
En hoe is het in Seoul?
29 januari 2009 - Studenten van de TU/e gaan steeds vaker voor hun studie naar het buitenland. Voor stage of voor het verrichten van onderzoek, omdat het verplicht is of omdat ze het leuk vinden. Cursorlezers kunnen iedere week over de schouder van een TU/e-student in het buitenland meekijken.

Zo’n honderdvijftig kilometer ten zuiden van Seoul, hoofdstad van ’s werelds enige verdeelde land ter wereld Korea, ligt het Korean Institute of Advanced Science and Technology. Aan deze prestigieuze universiteit doe ik mijn laatste keuzevakken, voordat ook ik aan het afstuderen moet geloven. De manier van studeren is hier wel even wennen. Naast de sociale collegeplicht is het hier eerder regel dan uitzondering dat je tot een uur of zes ’s ochtends in de bibliotheek studeert of de nacht zelfs helemaal overslaat. Maar ik laat me niet kennen en beperk het studeren door middel van mijn uiterst Hollandse 9-tot-5 mentaliteit. Zo blijft er in de avonduren en de weekenden genoeg tijd over om de omgeving te bekijken.

Er zijn namelijk talloze traditionele dorpjes, tempels en natuurgebieden in Korea waarmee je dagen zoet bent als je ze allemaal gaat bekijken. Maar het hoogtepunt is toch wel de surrealistische Demilitarized Zone. Dit stuk land op de grens tussen Noord- en Zuid-Korea wordt extreem goed bewaakt en speelt een grote rol in de Koreaanse geschiedenis.

Wanneer ik niet de toerist aan het spelen ben, zit ik voornamelijk in mijn lab. Alle masterstudenten en promovendi krijgen een lab toegewezen waar je met zijn achten een werkplek hebt. Dit lab wordt door de studenten als heilig beschouwd, aangezien aanwezigheid bij elke labactiviteit een must is.

De manier van studeren is niet het enige waaraan ik moest wennen. Aangezien ik bijna twee meter lang ben, steek ik overal bovenuit. Dat resulteert vaak in verbaasde Koreaanse blikken en opmerkingen. Dat de wasbakken tot mijn knieën en de spiegels vaak maar tot borsthoogte komen, neem ik voor lief.

Ook is het eten wel even wennen, wat geen verrassing is voor een Aziatisch land, maar het eten van levende inktvis is toch wel een opmerkelijke ervaring.

Wat de Koreanen echt typeert, is hun behulpzaamheid en gastvrijheid. Zo heeft een willekeurige op straat aangesproken Koreaan mij ruim een halfuur geholpen met het zoeken van een winkel waar je pasfoto’s kunt laten maken. Dat zie ik in Nederland niet snel gebeuren!

Rutger Ploeger, student Operations Management & Logistics