Koopmans bereikte de finish na 45 ronden, omgerekend ruim twintig kilometer. Over de piste niets dan lof. “Geweldig ijs. Geen scheurtje te zien. Ze hadden de baan goed geveegd en de bochten lagen er prachtig bij. Ach, goed of slecht, natuurijs is altijd een genoegen.”
Het gebeurt niet iedere dag dat een TU/e-hoogleraar een medaille haalt. En zeker niet tijdens een kampioenschap op natuurijs, dat door de zachte winters nog maar sporadisch mogelijk is. Maar dat Koopmans in de prijzen rijdt, is voor insiders niet echt een verrassing. Hij mag dan wel hoogleraar Fysica van Nanostructuren zijn, maar is tevens een begenadigd schaatser. Geboren in Norg, in de strenge winter van 1963. Het legendarische schaatsjaar waarin Reinier Paping de Elfstedentocht won.
In zijn jeugdjaren zat hij in de schaatsselectie van Jong Oranje en op zijn 23ste kreeg hij een plaats binnen de Nederlandse kernploeg. Baantjes draaien met Hein Vergeer en Leo Visser, met een voorliefde voor de lange afstand. Op NK’s veroverde hij een reeks medailles en in 1987 was hij reserve voor het EK en WK. “De mate van getraindheid is tegenwoordig wat minder”, zegt hij. “Ik oefen nog maar twee keer een uurtje per week op de ijsbaan in Eindhoven.” (FvO)/.
|