spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
Special Cursor 50 jaarSpecial Cursor 50 jaar
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

Uitreiking Marina van Damme Beurs voor het eerst aan de TU/e
Een stimulans voor vrouwen om nieuwe stappen te zetten

28 januari 2010 - Jonge vrouwelijke TU/e-alumni in de wetenschap of het bedrijfsleven stimuleren om zich verder te verdiepen of te verbreden in hun loopbaan. Dat is het doel dat Marina van Damme, initiatiefneemster van de beurs met haar naam, nastreeft. Vandaag, donderdag 28 januari, wordt de beurs voor het eerst uitgereikt aan de TU/e. Maar liefst 63 vrouwen schreven zich in om mee te dingen naar de beurs van negenduizend euro, waaruit de jury drie kanshebbers selecteerde.
Foto: Gijs van Ouwerkerk

Initiatiefneemster Marina van Damme (1930) studeerde in de jaren vijftig aan de TU Delft. Ze was een van de weinige vrouwelijke studenten. Van Damme: “Mijn ouders hebben me altijd aangemoedigd om te studeren. Door de beurs beschikbaar te stellen kan ik nu anderen stimuleren.” Op dit moment houdt ze zich naast haar werk voor diverse verenigingen en universiteitsfondsen bezig met de financiering van de Marina van Damme Beurs en de Marina van Damme Prijs. De prijs bestaat zeven jaar aan de Universiteit Twente en de beurs wordt sinds 2004 in Delft jaarlijks toegekend aan een vrouwelijke alumnus. Aan de TU/e kunnen jonge getalenteerde vrouwelijke alumni sinds dit jaar een gooi doen naar een beurs. Het geldbedrag dient door de winnares van de beurs binnen drie jaar te worden besteed aan versterking van haar loopbaan, door verbreding dan wel verdieping van haar kennis of internationale oriëntatie in de vorm van een studie, stage of project.

Van Damme initieerde de beurs omdat het volgens haar nog steeds nodig is om vrouwen met een opleiding in de technische wetenschap te stimuleren. “Jonge vrouwelijke ingenieurs vinden het werk dat ze doen erg boeiend en blijven er daarom lang in hangen. Ik vind dat je na een bepaalde tijd, juist als het werk nog leuk is, weer eens een andere weg moet inslaan. Zorg voor diversificatie in je ontwikkeling. Durf nieuwe stappen te zetten.” Hoewel ze alweer vele jaren van haar pensioen geniet, beginnen haar ogen te stralen als ze terugdenkt aan haar eigen loopbaan. “Ik kreeg grote verantwoordelijkheden, maar ook veel vrijheid. Dat maakte mijn carrière ongelofelijk divers. Ik heb kansen gekregen, gegrepen, maar ook zelf gecreëerd. Dat vind ik nog steeds belangrijk voor moderne vrouwen: dat ze zich verdiepen en verbreden in hun carrière. Deze beurs moet vrouwen tot nadenken stemmen, ze moeten zich afvragen welke richting ze willen inslaan met hun werk en hun leven. Getalenteerde vrouwen hebben recht op net zo’n mooie en diverse carrière als ik zelf heb gehad.”/.

 

Van Damme ging in 1947 Chemische Technologie studeren in Delft. “Ik heb enorm genoten van mijn studie en nooit grote moeilijkheden ondervonden van mijn vrouw-zijn. Ik werd lid van de Delftsche Vrouwelijke Studenten Vereeniging. Daar leerde ik een grotere en andere wereld kennen dan in mijn HBS-tijd in Rotterdam en raakte ik mijn verlegenheid kwijt. De vereniging bestond uit vijftig vrouwelijke studenten. Ter vergelijking, er liepen op dat moment vijfduizend mannelijke studenten rond.”

In 1953 studeert ze af en na vijf leerzame jaren bij TNO in Delft, stapt ze over naar Koninklijke Nederlandse Zoutindustrie (KNZ, tegenwoordig gefuseerd tot Akzo Nobel -red). Eerst als researchmedewerker, later als hoofd van het laboratorium en als adjunct-directeur van KNZ. In die periode promoveert ze ook als eerste vrouw aan de Universiteit Twente. Via tal van andere functies wordt ze in 1977 directeur Chemische Strategie van Akzo. Ze zit in die periode in de Raad van Toezicht van TNO en van ABN AMRO, is actief in ondernemersorganisatie VNO en lid van studiegroepen die zich in Brussel en op het ministerie van Economische Zaken buigen over technologiebeleid.

 

 

 

Ir. Cristina Onete (24)
Netwerkbijeenkomst voor vrouwen in cryptografie

Deze Nederlandse met Roemeense wortels studeerde Technische Wiskunde aan de TU/e met als specialisatie Discrete Mathematics and Applications. Haar moeder is wiskundige, met haar vader -ingenieur in de elektrotechniek- schrijft ze samen wetenschappelijke artikelen. In oktober 2008 was haar studie afgerond en ze wist zeker dat ze in de wetenschap verder wilde.

Onete vond een promotieplek bij een nieuw Duits instituut, het Center for Advanced Security Research in Darmstadt, net onder Frankfurt. “Ik weet nog precies hoe heerlijk de eerste dag hier was. Ik had een gloeiend en gelukkig gevoel - nog steeds krijg ik dit gevoel wanneer ik een nieuw idee krijg of als ik een gezellige discussie heb met collega’s.”

Haar promotieonderzoek gaat over de cryptografie met betrekking tot de nieuwe Radio Frequency Identification-chips (RFID), waarmee het mogelijk is op afstand informatie op te slaan en te lezen. Tal van toepassingen zijn op dit moment in ontwikkeling. De technologie wordt bijvoorbeeld al gebruikt bij de beveiliging van medicijnen en het beheer van voorraden.

Het idee waarmee Onete zich heeft opgegeven voor de Marina van Damme Beurs ontstond tijdens een zomerschool in Barcelona. In die vijf dagen ontmoette ze veel mannen en slechts een handjevol vrouwen. “Het is voor vrouwen in de wetenschap en techniek lastig dat ze met zo weinig zijn. Je krijgt soms het gevoel dat je niet serieus genomen wordt, dat we niet volwaardig meedoen. Terwijl we voor ons werk juist zelfverzekerd moeten zijn - dat is nodig om tot resultaten te komen. Tijdens die zomerschool wist ik dat ik iets ging organiseren voor vrouwen in mijn vakgebied. Dat ik kort daarop een mailtje kreeg van de Marina van Damme Beurs was bijna profetisch. Ik móest wel reageren.”

De promovenda wil in de komende vier jaren jaarlijks een driedaagse workshop organiseren voor vrouwen die werken in de cryptografie. Tijdens de ochtenden geven de wetenschappers presentaties over actuele onderzoeksresultaten. Daarbij zijn er vooraanstaande sprekers uit het vakgebied. Na de lunch vertellen alle deelneemsters iets over hun eigen werk. Aan het einde van deze kleine presentaties moeten ze bekend zijn met elkaars werk. Met die kennis gaan ze samen actuele problemen en vragen te lijf. “Ik hoop met dit concept de creativiteit en productiviteit in de groep te stimuleren, en de vrouwen en het vakgebied verder te brengen.” Met de Marina van Damme Beurs wil Onete deelnemers een kleine beurs geven zodat ze naar de driedaagse workshop kunnen komen.

Een netwerk is onontbeerlijk in haar vakgebied, zegt Onete. “Je kunt in je eentje tot resultaten komen, maar niet tot de beste resultaten. Je hebt als individu maar één brein en één methode om problemen te lijf te gaan. Wanneer ik met bijvoorbeeld een hardwarespecialist kan nadenken over een probleem, kunnen we samen ook aan de implementatie werken. Terwijl ik dat met mijn abstracte oplossingen misschien over het hoofd zie.”

Onete kijkt met spanning uit naar de workshops. “Ik heb nog nooit zoiets groots georganiseerd - ik ben daarom best zenuwachtig om dit te gaan doen. Het feit dat de jury van de Marina van Damme Beurs me heeft genomineerd en dat ik ook direct veel positieve reacties kreeg van vrouwen in de cryptografie, bevestigt mijn vertrouwen in het idee.” (CvdG)


Ir. Jannie Wijnen (28)
Monitoren chemotherapie bij borstkanker met fosfor-MRS

Onder begeleiding van professor Klaas Nicolay deed Jannie Wijnen een afstudeeronderzoek met MR-technologie naar het hart van muizen. De dieren kregen een hartinfarct toegebracht en vervolgens werd met beeldvorming door middel van MRI bekeken hoe het hartje zich na zo’n infarct ontwikkelt.

Wijnen is geboeid door de fysica achter MRI en de vele toepassingen van deze techniek voor de medische wetenschap. Ze wilde er daarom na haar afstuderen bij Biomedische Technologie in 2005 mee verder. Ze kwam in contact met een onderzoeksgroep van het Radboud Universiteit Nijmegen Medisch Centrum, waar ze onderzoek ging doen aan hersentumoren en daarbij gebruik maakte van multimodality, MRI en MR-spectroscopie. Op dit moment is haar contract afgelopen en legt zij de laatste hand aan haar proefschrift. In de zomer zal ze dat verdedigen.

De promovenda hoorde van de Marina van Damme Beurs via een mail van het Alumninetwerk van de TU/e. Op dat moment maakten ook vrienden en kennissen haar erop attent. Wijnen wil de beurs gebruiken voor onderzoek naar borstkanker. “In september ga ik met mijn vriend naar het buitenland om daar te werken. We richten ons nu op de VS of Singapore. Ik zoek er een postdocplaats. Tot die tijd zou ik in het Universitair Medisch Centrum in Utrecht een postdoconderzoek kunnen doen naar borstkanker. Een traject van een half jaar.”

Het onderzoek wordt gedaan met MRS, Magnetische Resonantie Spectroscopie. Er wordt binnen de medische wetenschap veel van verwacht. “MRS brengt het metabolisme (ofwel de stofwisseling, red.) van lichaamsweefsels in beeld. Daarmee kijk je niet alleen naar anatomie van de borst en de kanker, maar juist naar hoe de tumor functioneert en of de stofwisseling verandert door bijvoorbeeld chemotherapie. Via de anatomie kun je dat eigenlijk niet goed zien. Op dit moment krijgen veel vrouwen een chemotherapie die ze moeten afmaken, terwijl deze helemaal geen effect heeft. Nu kun je pas na een kuur zien of een behandeling effectief is geweest. Wij denken dat we met fosfor-MRS eerder kunnen zien of een behandeling effect heeft.”

Een half jaar is volgens Wijnen voldoende om een nuttige bijdrage leveren. “Ik heb tijdens mijn promotie al met deze technologie gewerkt. Het is ook een overzichtelijke opdracht: de stap maken van preklinisch naar klinisch onderzoek.”

Om de postdocpositie te krijgen, heeft de onderzoeker de negenduizend euro van de beurs nodig. “Als ik de beurs krijg, kan ik daarvan leven terwijl ik het onderzoek doe aan het UMCU. Ik word dan begeleid en krijg de beschikking over onderzoeksfaciliteiten. Dat is de inbreng van de Universiteit Utrecht.” Als ze de beurs niet krijgt, gaat het onderzoek in Utrecht voor haar niet door, of ze moet een andere sponsor vinden.

Wijnen vindt de Marina van Damme Beurs een goed initiatief, omdat het volgens haar voor veel vrouwen lastig blijkt om stappen te zetten in hun loopbaan als wetenschapper. “Het feit dat er weinig vrouwelijke hoogleraren zijn, is natuurlijk een weerspiegeling van deze moeilijkheden. Maar ik moet er direct bij zeggen: ik heb tot op heden zelf geen problemen gehad en in mijn directe omgeving zie ik ook geen vrouwen die een baan niet krijgen omdat ze vrouw zijn. (CvdG)


Ir. Marte Guldemond (27)
Bedrijfskunde ten dienste van ontwikkelingslanden

Na haar studie Technische Bedrijfskunde aan de TU/e ging Marte Guldemond in maart 2007 voor een half jaar naar Zuidoost-Azië, om vrijwilligerswerk te doen en een rondreis te maken. Ze werkte voor The Women’s Foundation of Nepal aan de marketing van producten van deze stichting. Ook gaf ze Engelse les op een basisschool, “een heel bijzondere ervaring”.

Na terugkomst ging Guldemond aan het werk bij McKinsey. Ze werd consultant voor projecten bij verschillende multinationals, vooral in de olie-industrie. Dat deed ze tot september 2009. Het is bij McKinsey gebruikelijk dat je, wanneer je er direct na de universiteit twee jaar hebt gewerkt, een bepaalde tijd iets heel anders gaat doen om je op verschillende gebieden te ontwikkelen. Veel jonge werknemers kiezen dan voor een MBA-opleiding in het buitenland. “Omdat ik al bedrijfskunde heb gestudeerd en in de praktijk wilde werken, ben ik nu voor een jaar aan het werk gegaan bij stichting NOTS, een ontwikkelingsorganisatie. Ik ben nu bezig met duurzame energie in ontwikkelingslanden.”

Het project waaraan de jonge ingenieur werkt, draait om concentrated solar power (CSP). Zonnestralen worden met spiegels geconcentreerd op een absorberende buis met een vloeistof. Die warmt op tot ongeveer 300 graden Celsius, waardoor stoom ontstaat. Vervolgens wordt de stoom met een stoomturbine en een generator omgezet in elektriciteit. CSP is dus een duurzame energiebron voor elektriciteit of warm water.

In Lesotho in zuidelijk Afrika wordt op dit moment onderzoek gedaan naar de toepassing van deze technologie op kleine schaal. In Spanje en Californië is het al op grote schaal toegepast, maar in ontwikkelingslanden zijn kleine installaties nodig. “Wij zoeken nu naar andere landen om kleine CSP’s te bouwen. We denken aan Kenia, Nepal of India.” Een gebied komt in aanmerking wanneer het een ontwikkelingsland is en wanneer er een grote behoefte is aan elektriciteit. “Anderzijds mag het gebied niet te arm zijn, omdat de mensen die de elektra gaan afnemen er voor moeten kunnen betalen. Weggeven past niet in de filosofie van NOTS.”

De middelen van NOTS zijn beperkt. Met het geld van de Marina van Damme Beurs heeft Guldemond een bijdrage om te reizen naar de plekken waar mogelijk een installatie wordt gebouwd. Zo kan ze op locatie beter onderzoek doen naar de omstandigheden. “Zo kan ik tot een betere afweging voor NOTS komen. Met de beurs sta ik ook dichter bij de projecten en kan ik beter leren hoe de implementatie van projecten verloopt. Ook werk ik met verschillende mensen, uit verschillende culturen en met verschillende opleidingsniveaus. Dat draagt natuurlijk enorm bij aan mijn ontwikkeling als technisch bedrijfskundige.”

Het is prachtig dat je dankzij deze beurs aan je persoonlijke ontwikkeling kunt werken, zegt de ingenieur. “Als ik naar de andere genomineerden kijk, dan zie je dat het criterium is: persoonlijke ontwikkeling en daarmee een maatschappelijk doel dienen. Dat is voor iedereen inspirerend.” (CvdG)