spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB


“Het ouderwetse sterrensysteem is volledig achterhaald”
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
Special Cursor 50 jaarSpecial Cursor 50 jaar
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

De hotelbranche is toe aan een groene revolutie: vervang beton door staal en hout, maak de gebouwen compacter en flexibel in het gebruik, gooi die nutteloze stoelen uit de kamers en trakteer de gasten op draadloos internet. Bouwkundestudent Joep Radermacher ontwierp een hotelgebouw met toekomst.

“Het ouderwetse sterrensysteem is volledig achterhaald”, zegt Radermacher. “Neem die oubollige fauteuils in standaard middenklasse hotelkamers. Je gebruikt ze alleen om je kleren overheen te gooien. Moderne zakelijke reizigers hebben meer aan een flexplek en een koffiecorner.”

Er deugt wel meer niet aan hedendaagse hotels. Meestal zijn het geprefabriceerde betonnen blokken. Goedkoop in de productie, maar door de hoge energiekosten duur in het gebruik. Bovendien is het ontwerp zo toegesneden op de hotelfunctie dat het gebouw nooit meer ergens anders toe kan dienen. “Van oudsher werden hotels gebouwd door de ondernemers zelf”, legt Radermacher uit. “Ze werden zó ontworpen dat ze optimaal geschikt waren als hotel. In zulk exploitatiegebonden vastgoed hebben vastgoedbeleggers weinig interesse.”

Momenteel vindt daarin een kentering plaats: door de relatief grote marges groeit onder beleggers de interesse in hotelvastgoed. Veel exploitanten zouden de gebouwen graag verkopen en terug leasen. Het ontwerpconcept van Radermacher dient de belangen van beide partijen. Zijn hotel heeft een draagconstructie van staal, waar isolerende houten gevels als een jas omheen zitten. Het gebouw is smaller en dieper dan gebruikelijk, waardoor de gevels minder warmte afgeven. Kozijnloze ramen houden de warmte binnen, terwijl grote beweegbare luiken ‘s zomers het zonlicht weren.

“Nu worden hotelgasten met briefjes aangespoord om handdoeken nogmaals te gebruiken”, zegt Radermacher, “maar de grootste energiebesparing haal je uit het gebouw zelf.”

Het stalen casco is zo gemaakt dat leidingen gemakkelijk te verleggen zijn. Mocht het hotel ooit veranderen in een kantoor, dan kunnen de vele waterleidingen bijvoorbeeld plaatsmaken voor datakabels. Ook de houten gevels zijn makkelijk aan te passen of te vervangen.

De bouwkosten van het hotel liggen ongeveer tien procent hoger dan bij een conventioneel betonnen ontwerp. Volgens Radermacher verdient zich dat snel genoeg terug door de energiebesparing tijdens het gebruik. “Dat maakt het voor de vastgoedeigenaar makkelijk om huurders te trekken. Bovendien heeft het gebouw een hogere restwaarde: in de toekomst kan het worden gebruikt als woon- of kantoorruimte. Dat is voor beleggers interessant.”

Namens zijn opdrachtgever BAM Utiliteitsbouw voert de student al gesprekken over het ontwerp met verschillende geïnteresseerde marktpartijen, al wil hij hierover geen details kwijt.

Tekst: Enith Vlooswijk
Fotomontage: Rien Meulman


Heeft u tips voor deze serie; mail ze dan naar cursor@tue.nl .