spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
    PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
    Martin Teley | “Zwemmen is de basis, maar het draait om het redden”
    20 januari 2011 - Met Martin Teley kun je rustig gaan pootjebaden. De student Scheikundige Technologie is de beste reddingszwemmer van Nederland. Een status die is behaald na jarenlang baantjes trekken in het zwembad. Liever sleuren aan een torpedoboei dan romantisch paraderen met mooie meiden op het strand.

    Teley oogt als de optimale zwemmer. Lang, atletisch, kort geknipt, frisse kop. Lichte lijntjes rood in zijn ogen verraden zijn liefde voor het water. Eigenlijk zijn er geen woorden nodig, maar als reddingszwemmen ter sprake komt, schiet hij als een torpedo uit de schacht. Het is de sport waar hij als kind verzot op raakte. Logisch, het zwembad in Heythuysen ligt tweehonderd meter van zijn ouderlijk huis. “Eenmaal binnen, stroom je vanzelf door.”

    De eerste medaille haalt hij op zijn dertiende in 2002. Amper drie jaar later duikt hij op tijdens het Europees Junioren Kampioenschap in Allicante. In het Spaanse water verpulvert hij achteloos drie nationale juniorenrecords. Het prille begin van een succesreeks. De medailles hangen thuis netjes in het gelid aan een gordijnrail. En de rij wordt telkens langer.

    Recent is een individuele bronzen WK-plak toegevoegd. Opgehaald in Egypte waar in november internationale reddingszwemmers met elkaar in de slag gingen. Australië is de onbetwiste koning van deze sport. Daarna volgen steevast landen als Nieuw-Zeeland, Duitsland, Italië, Zuid-Afrika en Japan. Het Nederlandse team strijdt meestal om de plaatsen zeven tot twaalf. “We waren dit keer de ‘best of the rest’. Een belangrijk breekpunt, omdat we daarmee hebben voldaan aan de eisen van het NOC*NSF. We bezitten vanaf februari de A-status en krijgen financiële ondersteuning.”

    Voor Teley reden het vizier nu vooral te richten op zijn sport. Binnenkort verhuist hij naar Eindhoven. De trainingen in Heythuysen worden voortgezet bij PSV in De Tongelreep. Dan gaat het vooral om baantjes trekken. “Zwemmen is de basis. Maar het draait bij de wedstrijden vooral om het redden. Er zijn tien onderdelen in het zwembad, tien onderdelen in het buitenwater. Al dan niet met zwemvliezen, torpedoboeien en poppen. Maar ook sprintjes trekken op het strand en zo. Het 21ste onderdeel is de Simulated Emergency Rescue Competition (SIRC) waarbij binnen twee minuten zoveel mogelijk mensen uit het zwembad moeten worden gevist. Zwemmen met horden? Nee, daarmee zou je de sport onrecht aandoen. Je moet bijvoorbeeld een pop boven water blijven houden, anders word je gediskwalificeerd. Er komt veel techniek bij kijken. De snelste zwemmer wint niet automatisch.”

    Momenteel zit Teley in een rustperiode en traint drie tot vijf uur per week. In de voorbereiding op een grote wedstrijd gaat de frequentie omhoog. Zes keer per week zwemmen, zes keer per week fitness, plus twee ‘oceaanuren’ met oefeningen op een surfski en peddelbord. Het onverstoorbare ritme van een kampioen.

    Zelf heeft hij niet de pretentie om zijn slag te slaan bij het ‘gewone’ zwemmen onder hoede van de Koninklijk Nederlandse Zwembond. “Ik ben een redelijk goede zwemmer, maar voor deelname aan het NK kom ik nèt te kort. Er zijn zeker tachtig tot honderd betere in Nederland.” Opmerkelijk is wel dat Teley met zijn reddingsbrigade uit Heythuysen bij de top drie zit van Nederland. Samen met die uit Echt. In het twaalf koppen tellende WK-team zitten elf Limburgers. Geen Zeeuwen of Hollanders waar het kustwater zowat in het bloed kolkt. Vreemd toch? “In Nederland ontbreekt de link tussen reddingswerk en sport. In Australië en andere landen is die er wel. Daar is reddingszwemmen in competitieverband bedacht om hulpverleners fit te houden. Zodat ze bij noodsituaties optimaal getraind zijn. Bij ons in Nederland gaat het vooral om de sport.”

    De droom om aan een zonnige kust over het water te spieden, leeft zeker bij Teley. Een aantal maatjes van zijn team zijn zo al eens in Australië geweest. Zelf heeft hij als toezichthouder (zeg geen badmeester) bijbaantjes gehad bij Limburgse zwembaden en recreatieplassen. Een enkele keer waren zijn eerstehulpkunsten nodig. Maar een levensreddende zwemactie heeft hij nog niet op zijn conto staan.

    Met zijn 22 jaar zal het lint medailles voorlopig blijven groeien. In de regel verdwijnt de wereldtop rond het dertigste levensjaar uit zicht. “Zolang ik niet voorbij word gezwommen door de jeugd die achter me aan komt, wil ik prijzen pakken. Ja, altijd op zoek naar waardering. Dat is een topsporter eigen.”

    www.lifesaving.nl

    Foto | Bart van Overbeeke
    Interview | Frits van Otterdijk