spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB


Een vitrine zonder die apparatuur kan soms echter net zo goed zijn - en misschien zelfs beter.
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
Special Cursor 50 jaarSpecial Cursor 50 jaar
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

Een echt pronkstuk krijgt vaak een plaatsje in een glazen vitrine, uitgerust met sensoren en apparaten die de temperatuur en de luchtvochtigheid rondom het object automatisch constant houden. Een vitrine zonder die apparatuur kan soms echter net zo goed zijn - en misschien zelfs beter. Bouwfysica-student Ferdi Adriaensen doet er onderzoek naar.

‘Actieve’ vitrines met klimaatbeheersing geven relatief veel bescherming, maar hebben ook nadelen. “Soms onttrekt een object zelf vocht aan de omgeving”, vertelt Adriaensen. “Wanneer daarmee geen rekening wordt gehouden, slaat het apparaat om de luchtvochtigheid te reguleren voortdurend aan. Apparatuur kan bovendien kapot gaan en is voor veel musea een te dure oplossing. Het is dus de moeite waard om te onderzoeken of en wanneer een passieve vitrine voldoende bescherming biedt.”

Een ‘passieve’ vitrine is niet uitgerust met allerlei elektronica om het klimaat achter de ruitjes constant te houden. Toch zijn er ouderwetse exemplaren die na enkele decennia nog prima functioneren. Of een passieve vitrine genoeg bescherming biedt, hangt onder andere af van zijn directe omgeving. Ook de hoeveelheid objecten in de kast speelt een rol, net als het materiaal waarvan de objecten zijn gemaakt. Voor zijn onderzoek onderscheidt Adriaensen objecten die zelf vocht opnemen en objecten die dat niet doen.

“Ik bekijk de worst-case-scenario’s die in een museum kunnen voorkomen”, zegt Adriaensen. “Dat er bijvoorbeeld extreme temperatuurverschillen optreden, doordat de ene kant van de vitrine tegen een ongeïsoleerde buitenmuur staat en de andere kant vlakbij een radiator. Of de vitrine staat dicht bij een raam, waardoor de kans op directe zoninstraling groot is. Hoe verandert het klimaat in een passieve vitrine bij die verschillende situaties en hoe kan de vitrine worden aangepast zodat het klimaat stabiel blijft?”

Passieve vitrines hebben vaak een geperforeerde bodemplaat, met daaronder een compartiment met hygroscopisch materiaal. Dit materiaal heeft een bufferende werking: als de luchtvochtigheid in de vitrine stijgt, neemt het materiaal vocht op. Daalt de luchtvochtigheid onder een bepaald niveau, dan geeft het materiaal het vocht weer af.

“Meestal wordt hiervoor silicagel gebruikt”, zegt Adriaensen, “maar alledaagse materialen als papier en karton zijn ook geneigd vocht op te nemen en af te staan. Mijn onderzoek richt zich deels op het gebruik van dergelijke materialen als buffermateriaal.”

De vitrine waarin Adriaensen zijn metingen doet, is gemaakt van glas en pvc. De metingen die hij de komende weken uitvoert, worden verwerkt in een simulatiemodel. Door aanpassingen te maken in het model, is een variëteit aan situaties te simuleren. Zo kan snel worden berekend of deze passieve vitrine de gewenste bescherming biedt in een gegeven situatie.

Tekst: Enith Vlooswijk
Fotomontage: Rien Meulman


Heeft u tips voor deze serie; mail ze dan naar cursor@tue.nl .