spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
TU/e’ers breinen op uitbreiding museum in Slowakije
10 september 2009 - Op uitnodiging van Eindhovens zakenman Gerard Meulensteen togen negen masterstudenten Bouwkunde vorige week voor een workshop naar Danubiana in Slowakije. Doel was om samen met bouwkundestudenten uit Bratislava een definitief concept uit te werken voor de uitbreiding van een museum voor moderne kunst.

Het Danubiana Meulensteen Art Museum kent jaarlijks zo’n twintigduizend bezoekers, van wie driekwart uit Slowakije komt. Er worden grote wisseltentoonstellingen van vooraanstaande nationale en internationale kunstenaars gehouden en onder anderen koningin Beatrix en de Spaanse koning Juan Carlos brachten eerder al een bezoek en spraken hun waardering uit voor het museum.

Meulensteen, oprichter van het elektronicabedrijf Neways en al jaren verzamelaar van moderne kunst, liet het museum negen jaar geleden bouwen in Danubiana, een dorpje vlak bij de Slowaakse hoofdstad Bratislava. De Eindhovenaar betaalt de exploitatiekosten. Het museum heeft sinds de oprichting een goede naamsbekendheid gekregen in het land, zowel bij kunstenaars als kunstminnende bezoekers. Maar Meulensteens ambities reiken verder: hij wil er een wereldwijd bekend museum van maken. Maar daarvoor is het huidige gebouw te klein.

De Eindhovense masterstudenten Bouwkunde die zich op het museum hebben gestort, zijn Linda Elshout, Egbert Eshuis, Geert Folmer, Martje van Horrik, Gert Janssen, Jeroen Mak, Desiree Melgers, Jasper van Oosterhout en Sientje van der Veeken. Ze bezochten het museum, gelegen op een schiereiland in de Donau en omringd door een grote beeldentuin, al eerder om de eerste ontwerpen te maken. De studenten worden begeleid door prof.ir. Jouke Post en prof.ir. René van Zuuk van de TU/e en Kees van der Meiden, directeur van het nieuwe museum Twentse Welle. Ook de Slowaakse architecten Jan Kukula en Peter Salman voegden zich vorige week in Slowakije bij het gezelschap.


Studenten aan het werk tijdens een workshop.


Jouke Post (links) en Gerard Meulensteen (rechts).

Visie
De eerste dag van het symposium begint met lezingen van Meulensteen, Salman, Kukula en Van der Meiden. Tussendoor zouden de studenten van de TU/e en hun collega’s uit Bratislava presentaties geven. Die opzet wordt verstoord als blijkt dat de Slowaakse studenten niet komen opdagen. Het was de bedoeling om hun ontwerpen én die van de TU/e-studenten samen te voegen tot één definitief concept. Met een aangepast programma wordt de tweedaagse workshop voortgezet.

De TU/e-studenten bestudeerden diverse aspecten van een museum die het karakter ervan mede bepalen. Hoe moeten de uitbreiding en het bestaande gebouw zich tot elkaar verhouden? Welke routing komt er, zowel in het gebouw als op het omliggende terrein? In hoeverre moet het bestaande gebouw intact blijven? Wil je een open museum, waarin bezoekers zelf hun weg zoeken, of moeten ze een vaste route volgen?

In zijn lezing beschrijft Van der Meiden het ontstaan van ‘zijn’ museum Twentse Welle, dat na de vuurwerkramp in Enschede ontstond uit het natuurkundig-, textiel- en het regionaal museum. “Dit is geen museum voor moderne kunst, wel kende het bij het bouwproces veel universele problemen. Bij Twentse Welle zijn fouten gemaakt die voorkomen hadden kunnen worden”, stelde hij.

Het grootste probleem was het ontbreken van een visie. Bovendien was er geen directeur die beslissingen durfde te nemen, terwijl de tentoonstellingsontwerpers en architecten al bezig waren. Van der Meiden: ”Het belangrijkste is dat je, ook voor jezelf, het volgende heel duidelijk maakt: wie ben je, wat wil je, wie is je bezoeker, hoe vaak verwacht je hem en wat wil je in de toekomst? Concretiseer die visie expliciet.”

De Slowaakse architect Kukula, die het ontwerp van Salman uitwerkte, beschrijft praktische zaken waarmee bij het ontwerp rekening gehouden moet worden. Het gebouw heeft de vorm van een boot die landen en culturen overbrugt en moet intact blijven. Van de buitenkant is het echter te weinig herkenbaar als museum en mensen die langs varen, kunnen niet aanleggen voor een bezoek. Er is geen ruimte voor workshops of conferenties en het binnenklimaat moet beter, zeker bij grote(re) bruiklenen.

De eerste dag wordt afgesloten met een atelierbezoek aan één van de belangrijkste Slowaakse kunstenaars, Milan Lukác, wiens werk ook in de beeldentuin van het Danubiana staat.

Sponsoring
Op de tweede dag vragen studenten en begeleiders Meulensteen het hemd van het lijf over zijn bedoelingen. Meulensteen: “Als ik er niet meer ben of als directeur Polakovic wegvalt, is er een groot probleem. In de toekomst is een staf nodig, want het museum mag niet van één of twee personen afhankelijk zijn. Dat kan alleen met sponsoring en subsidies, met name van de Europese Commissie en de Slowaakse overheid. Daarvoor moet het een internationaal bekend museum worden met een groter gebouw en een vaste collectie van hoog niveau. Dus is er twee keer zo veel ruimte nodig, met plaats voor een ontmoetingsruimte, een art café en een bibliotheek.”

Meulensteen stelt zijn eigen privécollectie ter beschikking aan het museum, met werk van Karel Appel, Jim Dine, Sam Francis en Christo. Met die informatie kunnen studenten en begeleiders Van Zuuk en Kukula aan de slag. In twee werkgroepen wordt drie uur koortsachtig getekend en gediscussieerd. Van Zuuk later: “Nu is duidelijk wat Meulensteen precies wil en waarom. Dat is een grote stap, dat heb je als architect nodig. In de drie uur die we hebben, kunnen we geen echt ontwerp maken, maar wel twee concepten die een goede aanzet kunnen geven.”

Keuken
De eerste groep presenteert een concept voor een uitbreiding op hoogte, die over het hele eiland loopt als een glooiend landschap, met daarin de nieuwe gebouwen. Het andere concept is een uitbouw op het bestaande gebouw, dat als een handschoen over het huidige gebouw past. Meulensteen is verrast over wat er in korte tijd bereikt is. Een voorkeur voor één ontwerp kan en wil hij nog niet uitspreken; daar gaat de ondernemer over nadenken.

Ook de studenten zijn tevreden. Geert Folmer: “Ik heb kunnen zien hoe opdrachtgevers beslissingen nemen en wat de criteria kunnen zijn. Door de samenwerking hebben we in zeer korte tijd een aantal bestaande ideeën kunnen combineren, zodat het ontwerp beter aansluit bij de wens van de opdrachtgever.”

Linda Elshout: “Ik vond het erg jammer dat de studenten uit Bratislava niet zijn gekomen. Achteraf bleken de workshops goed te werken. Wat ik zeer boeiend vond, was de discussie op de workshopdag met Meulensteen. Van der Meiden vond dat Meulensteen zijn collectie vast moet stellen en moet bepalen wie de bezoekers worden. Meulensteen wilde puur een uitbreiding en daarna verder zien. Als architect moet je natuurlijk zoveel mogelijk vooraf vaststellen, randvoorwaarden maken, zodat het ontwerp daarop kan inspelen. Deze discussie gaf me een kijkje in de keuken hoe dat er in werkelijkheid aan toe gaat.”

Als het aan Meulensteen ligt, wordt in september volgend jaar de eerste steen van de uitbreiding gelegd; tien jaar na de opening van dit museum./.

 

Zie www.danubiana.sk voor meer informatie over het museum.

Tekst en foto’s/Gerard Verhoogt