Nard van der Sanden bouwde bij het hardlopen een voorsprong op van bijna een minuut en bij het fietsen nog eens ruim drie minuten. Zijn eindtijd was 1:22:10.282, ruim tweeënhalve minuut sneller dan Rein de Vries. Bij het schaatsen moest hij iets inleveren. “Ik ben altijd meer een wielrenner geweest. Ik begon op mijn zevende en heb vroeger heel veel wedstrijden gereden. Met schaatsen ben ik pas later begonnen dus ik mis veel techniek.”
Behalve zo hard mogelijk lopen, fietsen en schaatsen moet je bij een triathlon ook nadenken over de overgangen. Bij het fietsen en schaatsen krijg je het sneller koud dan tijdens het hardlopen, dus je moet eigenlijk andere kleding aan. En je moet natuurlijk wisselen van hardloop- naar wielrenschoenen naar schaatsen. Van der Sanden: “Ik heb alles gedaan in schaatsbroek en fietsshirt, en alleen bij het schaatsten trok ik een paar handschoenen aan. Verder heb ik heel veel geoefend met mijn veters, want met dat wisselen kun je veel tijd verliezen.” (SK)/. |