spacer.png, 0 kB
Volg Cursor via Twitter Volg Cursor via Facebook Cursor RSS feed
spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB


“Tja, ik houd nou eenmaal van motoren. Veel herrie, veel vermogen, dat verhaal.”
Cursor in PDF formaatCursor als PDF
PrintE-mail Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook
Tijdelijke arbeidskrachten voordeliger in fluctuerende arbeidsmarkt
30 oktober 2008 - Opereren in een fluctuerende markt is niet eenvoudig. In goede tijden kan het lastig zijn om de gevraagde goederen of diensten op tijd te leveren. Daalt de vraag -bijvoorbeeld door de kredietcrisis- dan kost het overtollig personeel alleen maar geld. Om deze fluctuaties op te vangen, worden steeds meer arbeidskrachten ingehuurd via uitzend- en detacheringbureaus. Promovendus Gergely Mincsovics (Industrial Engineering & Innovation Sciences) onderzocht in welke omstandigheden het gunstig is om extern personeel in te huren. Op 3 november verdedigt hij zijn proefschrift.
Gergely Mincsovics. Foto: Bart van Overbeeke

Extern personeel hoef je niet te betalen als er geen werk is, maar er staat tegenover dat van buiten ingehuurde arbeid per uur duurder is, en niet altijd direct beschikbaar. Toch zijn tijdelijke arbeidskrachten in een fluctuerende markt per saldo vaak voordeliger, zegt Mincsovics (28). De Hongaar studeerde wiskunde en informatica in Budapest en paste zijn verworven vaardigheden toe in modellen die het gebruik van deze zogeheten ‘contingente capaciteit’ beschrijven. De opkomst van detacheringbureaus is een relatief nieuw fenomeen, en er is daardoor volgens Mincsovics nog betrekkelijk weinig onderzoek naar gedaan.

Mincsovics stelde modellen op om te bepalen wanneer het voor een organisatie voordeliger is om externe arbeidskrachten in te huren. Hij nuanceert de toepasbaarheid van zijn modellen: “Ik heb mijn modellen opgesteld voor sterk vereenvoudigde situaties, die alleen de belangrijkste kenmerken uit de praktijk bevatten.” Belangrijker dan harde getallen die uit de modellen komen rollen, zijn volgens hem dan ook de algemene conclusies die je uit de resultaten kunt trekken: “De modellen geven inzicht in het probleem.”

Ook bewees de Hongaar inzichten uit de praktijk op een formele manier, voor processen in de categorie ‘productie op voorraad’. Voor deze productieprocessen geldt dat de goederen eerst worden gemaakt, en dat er dan pas een klant voor wordt gevonden. Intussen worden de goederen dus ergens opgeslagen. Dit in tegenstelling tot de categorie ‘productie op bestelling’, waarbij een product in opdracht van een klant wordt gemaakt, en waarop andere modellen van toepassing zijn. De laatste categorie waar Mincsovics naar heeft gekeken, is de dienstensector. Hierin worden geen tastbare goederen geleverd, en een groot verschil met de voorgaande categorieën is dan ook dat diensten niet kunnen worden opgeslagen. Een andere complicerende factor in de dienstensector is het feit dat er veel interactie is met de klant, en dat kan onvoorspelbare situaties opleveren.

Velgen
De door Mincsovics gebruikte categorieën zijn niet altijd eenduidig. Bovendien bevatten veel bedrijfstakken elementen van meerdere categorieën. Mincsovics geeft een voorbeeld: “In de auto-industrie wordt de auto vaak al voor een groot gedeelte in elkaar gezet. Dat past in productie op voorraad. Maar de klant heeft nog wel de mogelijkheid om een auto in een bepaalde kleur te bestellen, en het type velgen te bepalen. Dat is weer typisch een kenmerk van productie op bestelling.” Het gehele proces valt dus niet zo eenvoudig met één van de modellen te beschrijven. De modellen van Mincsovics houden trouwens maar rekening met een enkele productiestap. Toch bleek hij in staat aan te tonen dat een bepaalde klasse van strategieën in veel gevallen optimaal, of tenminste bijna-optimaal is.

In de dienstensector wordt soms geaarzeld om extern personeel in te huren, vertelt Mincsovics. “Als een manager de beschikking heeft over een bepaald jaarbudget voor extern personeel, durft die het in een periode met toegenomen vraag vaak niet aan om extra personeel in te huren, omdat hij bang is aan het eind van het jaar personeel te kort te komen. Dat leidt er vaak toe dat het overgebleven budget in de laatste maanden juist te makkelijk wordt uitgegeven.” Dit risicomijdend uitstelgedrag wordt ook voorspeld door Mincsovics’ modellen. Het kan ten koste gaan van de geleverde kwaliteit, en dat moet worden afgewogen tegen de gevolgen van een mogelijke budgetoverschrijding.

Kredietcrisis
Een belangrijke conclusie uit zijn onderzoek is dat als je arbeidskrachten per direct kunt oproepen, het voordeliger wordt om externe arbeidskrachten in te zetten naarmate de markt meer fluctuaties vertoont. Wanneer het zoeken naar extern personeel echter te veel tijd kost, is het gunstiger in plaats van externe krachten meer mensen in vaste dienst te nemen. Daarbij hangt het van de situatie af welke zoekduur nog onder ‘per direct’ valt, zegt Mincsovics: “Als je personeel binnen een week kunt vinden en vervolgens voor een jaar inhuurt, is de zoektijd te verwaarlozen.”

Chipmachinefabrikant ASML is een goed voorbeeld van een bedrijf dat veel gebruik maakt van detacheringbureaus omdat de afzetmarkt aan hevige fluctuaties ondergaat. Mincsovics’ nieuwe werkgever, navigatiesysteemontwikkelaar TomTom, maakt volgens hem daarentegen weinig gebruik van tijdelijk ingehuurd personeel: “Dit is een bedrijf dat nog in de groeifase zit, als het door de kredietcrisis even wat slechter zou gaan, nemen ze gewoon minder mensen aan. Maar voor de meeste bedrijven wordt in onzekere tijden de grote waarde van tijdelijk personeel wel duidelijk.”/.