Begin september stuurde de TU/e de gemeente haar ‘Ontwikkelingsvisie TU/e Science Park’. In dit document geeft de universiteit een vooruitblik op de
gewenste ontwikkelingen voor het terrein tot het jaar 2020. Het streven is om het terrein nadrukkelijker in te richten ‘als een hot spot in de Eindhovense regio, waar technisch onderwijs en
onderzoek, op academisch en hbo-niveau, in nauwe synergie met innovatieve bedrijven tot bloei kan komen’.
Naast het naar de campus halen van de technische opleidingen van Fontys en het aantrekken van meer bedrijven en technostarters, wil de TU/e ook meer permanente wooneenheden voor met name buitenlandse studenten en medewerkers. Er is volgens het visiedocument bouwcapaciteit voor ruim zeshonderd à zevenhonderd eenheden. Dat onderdeel komt echter pas aan de orde wanneer de faculteit Electrical Engineering in 2013 Potentiaal en de omringende gebouwen verlaat. Ook wil men de mogelijkheid openhouden voor de bouw van één of twee hoogbouwtorens aan de Dommel en voor ondergrondse parkeerfaciliteiten op het terrein. Maar volgens projectleider ir. Herman Rikhof zijn dat slechts opties en bestaat daarvoor nog geen enkel concreet plan.
Het ontwerp voor het raadsbesluit waarover dinsdag wordt gestemd en dat zijn uitwerking krijgt in een bestemmingsplan, sluit bijna volledig aan bij de uitgangspunten van de TU/e-notitie. In het stuk staan nog wel twee alinea’s over de Bunker. De gemeentelijke Commissie Ruimtelijke Kwaliteit beschouwt dit gebouw als een icoon van de Nederlandse architectuur en wil dat het meegenomen wordt in het gebouwenprotocol dat de universiteit samen met de gemeente gaat opstellen. Volgens Rikhof betekent dit dat als de TU/e iets wil gaan doen met de Bunker, dit eerst besproken moet worden met de gemeente. “Maar dat is nu niet aan de orde en de Bunker valt ook buiten het gebied waarop de ontwikkelingsvisie zich richt.” (HK)/.
|