De Goey, sinds 2000 hoogleraar aan de TU/e-faculteit Werktuigbouwkunde, ontvangt de onderscheiding voor zijn onderzoek op het gebied van schone en zuinige verbranding in gasturbines, motoren, kleinschalige branders en biomassasystemen. Daarbij past De Goey, van huis uit theoretisch natuurkundige, zogeheten ‘multi-scale’-technieken toe op de analyse van het gedrag van vlamfronten. “Het is ons gelukt op basis van deze modellen op allerlei niveaus naar het verbrandingsproces te kijken; in deze ‘multi-scale’ technieken ligt de kracht van het onderzoek”, aldus De Goey.
Dankzij het onderzoek van De Goey is het mogelijk om brandstoffen bij lagere temperaturen te verbranden, waardoor er minder schadelijke stoffen zoals NOx vrijkomen. Zijn systematische aanpak heeft er volgens STW toe geleid dat er de laatste jaren steeds meer toepassingen en oplossingen voor schone en zuinige verbranding gevonden zijn.
De verbrandingsexpert verwacht het gewonnen bedrag op termijn in te zetten voor fundamentele studies naar het gedrag van vlammen, die in de samenwerking met bedrijven minder aan bod komen.
De Goey is na prof.dr.ir. Arthur van Roermund (E, 2004) en prof.dr.ir. Jaap Schouten (ST, 2006) de derde TU/e’er die zich Simon Stevin Meester mag noemen. Hij kreeg van STW al diverse Valorisation Grants, waaronder twee fase 2 grants van 200.000 euro: voor het ontwikkelen van een schone heimachine en een op restenergie draaiende airconditioning voor in de auto.
De Goey is ook een van de vier themaleiders van het nieuwe Eindhoven Energy Institute en spreekt op 6 april op het oprichtingssymposium van dit instituut (meer hierover in Cursor 25, die op donderdag 1 april verschijnt). (TJ) |