Morris slaagt erin om van een serieus en gevoelig thema een komedie te maken. Terroristen worden in deze film geportretteerd als doodgewone jongens die naar westerse muziek luisteren, merkkleding dragen en naar ‘X-factor’ kijken, maar rondlopen met radicale ideeën, die ze bovendien tot uitvoering proberen te brengen.
De idiotie van het fanatisme is het thema dat de regisseur probeert uit te dragen. Dit doet hij door de terroristen als een dom zooitje ongeregeld neer te zetten. De vraag is dan ook: voor wie vormen ze de grootste bedreiging? Voor de samenleving of voor zichzelf? Door op een ongepolijste manier te filmen, met het gebruik van grofkorrelige beeldkwaliteit en schokkerig handcamerawerk, heb je het gevoel dat je als kijker meeloopt met de hoofdpersonages. (JF)
De film is te zien in filmhuis De Zwarte Doos
op het TU/e-terrein op donderdag 9, dinsdag 14 en
woensdag 15 december, steeds vanaf 20.00 uur.
|