/Voorpagina
/Mensen
/Nieuws
/Cultuur
/English page
/Onderzoek
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Ranzigt
/Colofon
/Faculteits Berichten
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/TUE
/Zoeken:
/ Cursor nummer 4 nummer 2

jaargang 42, 31 augustus 2000


Onderzoek

Naamloos document Ingenieur in de New Economy-wetenschappen

Ondernemerschap/Xavier Theunissen

Hij is goedgeluimd. Met een groots gebaar wijst hij naar het Twinning gebouw. ìKijk, dit is nou ÈÈn van die centra waar prachtige jonge internet-bedrijven kunnen groeien.î Prof. dr. Leo Verhoef is zichtbaar enthousiast en heeft een gezonde spanning in zijn lijf, want over twee weken begint zijn nieuwe college: Ondernemerschap in de New Economy. ìUniek in zijn soort, zoiets bestaat nog niet in Nederlandî, vertelt hij trots.

Verhoef geeft al zes jaar het vak ondernemerschap in het MKB. Een college geschoeid op de leest van de oude economie. Daar kan hij nu niet meer mee aankomen, vindt hij zelf. Twee jaar geleden kreeg Verhoef opeens van studenten, medewerkers en geÔnteresseerden uit het bedrijfsleven allerlei vragen over die nieuwe bedrijfjes, de internet start-ups. Studenten en scholieren die net de pubertijd waren ontgroeid konden daarmee in korte tijd multimiljonair worden, zonder noemenswaardige kennis van het functioneren van bedrijven.

In twee jaar tijd is deze sector enorm geÎxplodeerd en geprofessionaliseerd met een groot aantal gevestigde spelers. Maar volgens Verhoef zitten we nog steeds in de pioniersfase van internet en zijn er nog volop kansen voor jonge studenten om een succesvol bedrijf te beginnen. En de studenten willen wel, aldus rector magnificus dr. ir. Henk de Wilt die er bij de opening van het Twinning Center in Eindhoven op wees dat twaalf procent van de Eindhovense studenten nadenkt over het starten van een eigen bedrijf.

Twaalf procent van in totaal 15.000 studenten, de collegezalen zullen uitpuilen bij dit vak. ìOchî, zegt Verhoef, ìtheoretisch zouden te veel studenten zich kunnen aanmelden. Maar ik heb een maximum van dertig deelnemers, en wie eerst komt eerst maalt. En als er genoeg interesse is, geef ik het college later in het jaar nog een keer.î


Prof.dr. Leo Verhoef. Foto: Bram Saeys

Verhoef hanteert ook geen strenge toelatingseisen voor het college. Iedereen is welkom, ongeacht de studierichting. En niemand hoeft met concrete plannen in zijn hoofd rond te lopen om een bedrijf op te starten. Als iemand een gezonde interesse heeft in de internetwereld is hij of zij meer dan welkom.

Deelnemers aan het college internet start-ups krijgen fundamenteel andere dingen te horen dan de collegegangers in voorgaande jaren. Verhoef: ìHet is fascinerend hoe groot de verschillen zijn tussen de oude en de nieuwe economie. Ten eerste de marketing. De traditionele MKBíer was afhankelijk van een paar vertrouwde leveranciers en klanten, marketing ging langzaam en was vaak regionaal georiÎnteerd. De nieuwe internetbedrijfjes doen dat fundamenteel anders. Binnen de kortste keren kunnen zij wereldwijd hun producten afzetten en kunnen ze meteen een grote klant binnenhalen. Zo had een student van mij twee jaar geleden in no-time een opdracht gekregen om de web-site voor het ABP te bouwen. Een gigantische klant voor een starter natuurlijk.î

Internet-miljonairs

Naast de marketing verschilt de financiering. Iedereen kent de verhalen over de jonge internet-miljonairs, jonge ondernemers die in een klap schatrijk zijn geworden. Verhoef: ìIn het begin heeft een starter weinig tot geen startkapitaal nodig om producten te maken. Met dank aan de TU/e, want een groot deel van de studenten heeft nu een laptop. Na die beginfase kan het echter heel snel gaan, de omvang van het bedrijf neemt snel toe en er is veel geld nodig voor intensieve marketing, extra personeel en gebouwen. Wat de meeste ondernemers dan vaak doen is zich laten overnemen door een Venture Capitalist als Gorilla Park of Atlas. En dan gaat het vaak om vele miljoenen. Vroeger adviseerde ik de studenten naar een bank te gaan om geld te lenen voor investeringen. Dat is nu helemaal niet meer nodig, bovendien heeft de bank helemaal geen interesse om te investeren in een internet start-up. Veel te risicovol voor hen.î

Een derde aspect dat de nadruk krijgt in de colleges van Verhoef is de verandering van de bedrijfsvoering. De bedrijven uit de oude economie zijn veelal sterk hiÎrarchisch van aard. Kort gezegd, de top van het bedrijf bedenkt de strategie en de rest moet dat uitvoeren. In de nieuwe economie is dat vaak omgekeerd. De mensen die het echte werk doen zorgen ook voor de bedrijfsstrategie. Zij zijn in feite ondernemers.

De nieuwe organisaties zijn hierdoor ook een stuk platter en werken veel meer in netwerken. ìIn mijn oude colleges raadde ik de studenten aan nooit twee of meer kapiteinen op het schip te zetten, want dat gaf altijd ruzie. Nu adviseer ik het tegenovergestelde. Je moet met meer personen aan het avontuur beginnen, en snel zoveel mogelijk mensen erbij betrekken. In de nieuwe economie draait alles om netwerken, samenwerken is veel belangrijker dan concurreren.î

Hij schetst het voorbeeld van een ex-student van de TU/e. Hij is oprichter van een bedrijf dat cursussen geeft in het beheersen en toepassen van Microsoft pakketten. Met name voor hoger opgeleiden. Een ander bedrijfje dat in Valkenswaard opereert geeft ook cursussen, maar dan voor de lager opgeleiden. ìToen ze lucht kregen van elkaars activiteiten hebben ze elkaar meteen opgezocht. Niet om elkaars hersenen in te slaan, iets wat je bij traditionelere bedrijven als de metaalsector zou verwachten, maar om samen te werken.î

Verhoef denkt dat het college veel kansen zal opleveren voor de deelnemers Èn de gastdocenten. ìIk heb veel docenten uit de praktijk erbij gehaald, internetondernemers of kapitaalverschaffers. Zij willen graag hun expertise met de studenten delen, maar zijn ook altijd op zoek naar goede handel. Dus de kans is groot dat er tijdens mijn college vruchtbare relaties ontstaan tussen de studenten en de docenten.î

Verhoef heeft daarom geprobeerd om de interactie tussen de gastdocenten en de studenten optimaal te laten zijn. Daarom zijn een aantal colleges ook op locatie, zodat de studenten ter plekke kunnen zien hoe de nieuwe economie in de praktijk werkt. Verhoef: ìWe gaan bijvoorbeeld een bezoek brengen aan NOB interactief. Dat is de nieuwe media-poot van de NOB die investeert in goede ideeÎn en start-ups op het internet. Naast een interessant bezoek kunnen de studenten ook een kijkje nemen in de keuken van zoín verschaffer van risico-kapitaal.î

Onheilswaarschuwing

De laatste collegedag is op het terrein van de voormalige nucleaire opwerkingsfabriek Kalkar. Nu is het omgebouwd tot een redelijk draaiend pretpark, zonder ook maar een staaf uranium verrijkt te hebben. Met een ironische glimlach vertelt Verhoef de reden van deze keuze. ìDit is echt een voorbeeld van veel te lang vasthouden aan technologieÎn en markten uit het verleden. De mensen die deze fabriek hebben gebouwd, waren totaal ongevoelig voor wat om hen heen gebeurde. In plaats van flexibel in te spelen op de veranderingen in de maatschappij hebben zij koste wat kost hun project doorgezet. Met rampzalige gevolgen. Het is een soort onheilswaarschuwing voor mijn studenten.î

Tijdens dat bezoek neemt Verhoef ook het tentamen af. Hierbij moeten de studenten hun Business Plan verdedigen, als waren zij echte ondernemers op zoek naar financiering bij een Venture Capitalist. Verhoef heeft met opzet gekozen deze tentamens in het pretpark af te nemen. Verhoef: ìDaar doe ik een hele dag over, en de studenten komen per tweetal of alleen bij mij op bezoek. In de tussentijd kunnen ze zich vermaken in het pretpark. Want dat is toch ook de sfeer van de nieuwe economie, veel geld verdienen, maar er nog meer van genieten.î/.














Website Cursor