/Mensen
/Nieuws
/Cultuur
/English page
/Onderzoek
/Reportage
/Bestuur
/Ruis
/Ranzigt
/Colofon
/Vacatures
/Mensa
/Oude cursors
/pdf formaat
/TUE
jaargang 42, 31 augustus 2000
Voorpagina
|
/Voorpagina /Mensen /Nieuws /Cultuur /English page /Onderzoek /Reportage /Bestuur /Ruis /Ranzigt /Colofon |
/Faculteits Berichten /Vacatures /Mensa /Oude cursors /pdf formaat /TUE |
|
jaargang 42, 31 augustus 2000 Voorpagina |
|
Het kunstwerk ëLa PoËme Èlectroniqueí is sinds vorige week maandag weer voorzien van zijn neon letters. De letters waren er afgehaald omdat het kunstwerk twee maanden geleden in zijn oorspronkelijke kleuren is geverfd. De ingenieuze buizenconstructie, die op het grasveld tegenover het Auditorium staat, is in 1958 ontworpen door de architect Le Corbusier. La PoËme Èlectronique was een onderdeel van het gelijknamige paviljoen waarmee Philips zich in 1958 manifesteerde op de wereldtentoonstelling in Brussel.
|
|
De opleiding TeMa van de faculteit Technologie Management (TM) heeft zich goed hersteld na de onderwijsvisitatie van 1997. Er was destijds nogal wat kritiek van de visitatiecommissie.
De opleiding heeft ëadequaat bestuurlijk gehandeld naar aanleiding van de kritiek en aanbevelingen van de visitatiecommissieí, zo valt te lezen in het rapport van de Inspectie van het Onderwijs naar aanleiding van een bezoek aan TeMa begin juni. Bij haar bezoek in 1997 bracht de visitatiecommissie Onderwijs een flink aantal kritiekpunten naar voren over de opleiding. ìWe hebben een groot aantal acties en een complete herstructurering van het onderwijs opgezet na deze visitatieî, zegt onderwijsdirecteur dr.ir. Paul Laperre. ìOp sommige punten gingen wij zelfs nog verder dan de aanbevelingen van de commissie.î Het bezoek van de Inspectie was het vervolg op de aanbevelingen die drie jaar geleden zijn gedaan. ìVolgende week begint voor iedereen een geherstructureerd programma. Dan is het fijn dat je van de Inspectie op papier hebt staan dat het hier geen puinhoop isî, aldus Laperre. ëHet proces van zelfstudie en visitatie is voor de opleiding Techniek & Maatschappij van positieve betekenis geweest: het heeft ideeÎn en impulsen voor de verbetering van het onderwijs opgeleverdí, schrijft de Inspectie in het rapport. Zij uit voorts haar waardering voor de dynamiek van en de betrokkenheid bij de onderwijsvernieuwing die zij bij haar bezoek heeft aangetroffen.
Er waren nog twee kanttekeningen. Ten eerste schiet de studiegids tekort op bepaalde onderdelen. Zo staat er te weinig of geen informatie in over de doelstelling en eindtermen van de opleiding, het mentoraat en het afstudeertraject en de daarbij behorende criteria. De Inspectie waarschuwt verder voor het feit dat TeMa niet meer alle vakken systematisch evalueert. Op die manier kunnen volgens de Inspectie vakken ongemerkt ëwegzakkení, zonder dat dat wordt opgemerkt. ìAl voor het bezoek van de inspecteur hebben we besloten de onderwijsevaluatie anders in te richtenî, zegt dr. Rob van Brunschot, hoofd Bureau Onderwijsbeleid. ìEr ging te veel tijd zitten in het verzamelen van informatie, waardoor er te weinig tijd overbleef om daadwerkelijk iets te veranderen in vakken. We gebruiken nu een beperkte standaardlijst voor de meeste vakken. Als er iets aan de hand is, is er nog een beperkte vragenlijst voor die vakken.î/.
|
|
|
|
Wat ës morgens in het Eindhovens Dagblad nog werd aangekondigd als het uur der waarheid voor het reorganisatieplan van de TU/e, bleek ís middags redelijk snel en soepel afgehandeld te kunnen worden. De universiteitsraad stemde maandag jongstleden in met de implementatieplannen die voortvloeien uit het AVA-onderzoek. Links en rechts werden daarbij nog enkele kanttekeningen geplaatst. Voor de vakantie besloot de U-raad niet in te stemmen met het reorganisatieplan dat het College van Bestuur toen ter tafel had gebracht. Op een aantal punten tekende de U-raad voorbehoud aan. De adviezen van Bureau Berenschot, dat de Added Value Analysis (AVA) uitgevoerd had, zouden slechts informatieve betekenis mogen hebben. Uitspraken over de toekomst van individuele diensten, samenstelling en formatieomvang wilde men niet onder de instemmingsaanvraag laten vallen. Daarnaast zou ook de paragraaf ëAlgemene uitgangspunten bij de implementatieí enkel informatieve betekenis moeten hebben. Tijdens de vakantieperiode is over en weer veel contact geweest tussen de raad en het college, wat uiteindelijk resulteerde in de CvB-notitie ëImplementatie reorganisatie dienstení. (Zie verder op pagina 3) Het eerste wezenlijke punt dat maandagmiddag aan de orde kwam, was het voornemen van het CvB om de drie dienstraden die er nu bestaan voor de ondersteunde diensten terug te brengen tot ÈÈn dienstraad voor alle diensten. De secretaris van de universiteit moet het overleg met die dienstraad voeren. U-raadslid Cor Naninck vond dit een onwenselijke situatie en volgens hem was er ook een aanpassing van het bestuurs- en beheersreglement van de TU/e nodig om zoín constructie tot stand te kunnen brengen. Ook het feit dat de dienst-raden hier zelf nog niet over gehoord waren, leidde tot de beslissing om op een later tijdstip op dit onderwerp terug te komen. Tot die tijd wordt de bestaande situatie met drie dienstraden gehandhaafd. Ook over het outsourcen van het Systeemhuis wenste de U-raad geen beslissing te nemen. Volgens CvB-lid Willem te Beest werd daar in de voorliggende notitie ook geen instemming voor gevraagd. Te Beest wees erop dat het CvB begin 2001 een plan van aanpak zal vaststellen voor de inrichting van het informatiemanagement op de TU/e. In de notitie stond daarbij vermeld dat dan ook wordt gekeken naar de wijze waarop en langs welk tijdpad de informatieservices van het Systeemhuis zullen worden uitbesteed. U-raadsvoorzitter Bob van Winkel stelde voor om het woord ëuitbesteedí te vervangen door ëgeorganiseerdí. Het college ging hiermee akkoord.
Plaatsingsprocedure Zeer gedecideerd was de raad in haar vaststelling dat de plaatsingsprocedure voor medewerkers een zaak was voor het CvB en de vakcentrales, verenigd in Instelling Georganiseerd Overleg (IGO). Bij alles wat over deze kwestie in de notitie ter sprake komt, heeft volgens de U-raad het overleg tussen het CvB en het IGO de eerste prioriteit. Ook het CvB gaf volmondig toe dat dit een zaak is van het college en de bonden. Naninck stipte ook nog de in zijn ogen dreigende versnippering van de Arbo en Milieu Service Organisatie (AMSO) aan. Een deel hiervan, zoals de bedrijfsarts, zal worden ondergebracht bij de afdeling Personeel en Organisatie. Een ander deel komt terecht bij de nieuwe afdeling Bouwzaken. Vooral op dit laatste punt vreesde Naninck mogelijke conflicten. Zouden bij het aanschaffen van bijvoorbeeld een klimaatbeheersingssysteem wel de adviezen van AMSO opgevolgd worden? Mogelijk zouden die duurder uitvallen. CvB-lid Te Beest reageerde hier enigszins geagiteerd op: ìWe leiden hier een respectabel bedrijf en zullen op bouwgebied vanzelfsprekend voldoen aan de wettelijke verplichtingen.î Volgens Te Beest blijft er ook na de reorganisatie voor arbo- en milieuzaken een duidelijk aanspreekpunt bestaan. Ook werd afgesproken dat de U-raad mede betrokken wordt bij het opstellen van evaluatieplannen. Deze worden bij toekomstige visitaties van diensten gebruikt om de kwaliteit van de dienstverlening te meten. Op de vraag hoever het overleg met het IGO over een sociaal plan gevorderd was, liet Te Beest weten dat men op voorhand streeft naar zo min mogelijk gedwongen ontslagen en dat de besprekingen over een sociaal plan op 31 oktober van start gaan.
Na een korte schorsing liet Van Winkel weten dat de U-raad nu wel akkoord ging met het reorganisatieplan. Een duidelijk opgeluchte CvB-voorzitter Henk de Wilt sprak na deze instemming zijn dank uit voor de samenwerking met de U-raadsleden. /.
|
|
Oud-student TU/e opvolger Boonstra bij Philips
Ir. Gerard Kleisterlee (53) is de opvolger van Cor Boonstra als president van Philips en voorzitter van de Raad van Bestuur. Kleisterlee is op 4 januari 1973 afgestudeerd aan de faculteit Elektrotechniek van de toenmalige THE. Kleisterlee werkt al meer dan 25 jaar bij Philips. Hij begon zijn carriËre in 1974 bij de divisie Medical Systems. In 1981 werd hij general manager van de productgroep Professional Audio Systems. Vijf jaar later kwam hij bij Philips Components terecht waar hij aangesteld werd als general manager van Philips Display Components voor Europa en later voor de wereld. In 1996 werd Kleisterlee president van Philips in Taiwan en regionaal manager voor Philips in AziÎ. Van september 1997 tot juni 1998 was hij verantwoordelijk voor de activiteiten van de Philips groep in China.Tijdens de aandeelhoudersvergadering van 29 maart 2001 wordt voorgesteld Kleisterlee als voorzitter aan te stellen.
Symposium over User System Interaction
|
